Na aanvankelijke bedenkingen voeren steeds meer West-Europese landen een verplichte coronapas in. Denemarken schafte de pas vrijdag juist weer af. Een overzicht.
„Mensen die gevaccineerd zijn privileges geven, zorgt alleen maar voor grotere ongelijkheid in de samenleving”, zei de Duitse minister van Binnenlandse Zaken Horst Seehofer in februari. „Daarnaast zorgt het voor minder vertrouwen in politici, omdat wij steeds hebben aangegeven tegen verplichte vaccinatie te zijn.” De Duitse Ethische Raad liet zich in dezelfde tijd al even terughoudend uit over het idee van een coronapas. „Het is onwaarschijnlijk dat Duitsland zich zal voegen bij de landen die een coronabewijs willen invoeren.”
Maar op 10 augustus besloten de Duitse federale en deelstaatregeringen na gezamenlijk overleg toch zo’n pas in te voeren. Vanaf 23 augustus zijn horeca, musea, sportgelegenheden, ziekenhuizen, kapperszaken, verpleeg- en bejaardenhuizen in heel Duitsland enkel toegankelijk voor wie gevaccineerd, uiterlijk 48 uur geleden negatief getest of recent genezen is.
Het is een maatregel die is ingegeven door een snelle stijging van het aantal besmettingen met de deltavariant deze zomer, samen met een relatief laag percentage gevaccineerden. Begin augustus had een kleine 63 procent van de Duitsers tenminste één prik gehad. Nu ligt dat percentage op 67 procent.
Om een zware belasting op intensive care in de herfst en winter te voorkomen moet dat percentage volgens het Robert Koch Instituut, het Duitse RIVM, omhoog naar zeker 85 procent. Cijfers van de Duitse autoriteiten wijzen uit dat 90 procent van de coronapatiënten op de intensive care ongevaccineerd zijn, dus daar valt winst te behalen.
Duitse deelstaten kunnen de zogenoemde 3G-regel (gevaccineerd, getest, genezen) pas weer stopzetten als er zeker zeven dagen achtereen minder dan 35 besmettingen per 100.000 inwoners zijn.
Stijging in Frankrijk
Op het moment dat Duitsland besloot tot de introductie van de coronapas was die in Frankrijk net van kracht geworden. In Frankrijk zijn vanaf 9 augustus tal van publieke ruimten, zoals horeca en medische faciliteiten, enkel met een ”pass sanitaire” toegankelijk.
De maatregel had in Frankrijk, waar veel scepsis rond vaccinaties leefde, een snelle stijging van het aantal gevaccineerden tot gevolg. Sinds president Emmanuel Macron op 12 juli de komst van de coronapas aankondigde, steeg het percentage Fransen dat tenminste één prik heeft laten zetten van 54 procent naar bijna 74 procent.
De invoering ging tegelijk gepaard met grootschalige protesten, die tot op de dag van vandaag voortduren. Het aantal betogers neemt echter al wekenlang gestaag af. Uit een begin september gepubliceerde peiling van onderzoeksbureau Ifop blijkt dat krap twee derde van de Franse bevolking de coronapas steunt, terwijl een derde sympathie zegt te hebben voor de demonstranten. Dat laatste percentage komt ongeveer overeen met de steun voor de protestbeweging rond de zogenoemde gele hesjes.
Direct met de aankondiging van de coronapas verplichtte Frankrijk vaccinatie voor mensen die actief zijn in de zorg of een functie uitoefenen waarbij ze veel in contact staan met mensen. Het is een maatregel die meerdere landen kennen: in Italië geldt die bijvoorbeeld al vanaf 1 april. Anders dan in Frankrijk, zorgde die verplichting daar nauwelijks voor discussie.
Soepeler
In Italië is een coronapas vanaf 6 augustus verplicht voor bezoek aan bijvoorbeeld restaurants. De regels zijn er echter wat soepeler dan in Frankrijk en Duitsland. Voor het terras is de pas niet nodig, zoals in Frankrijk, en één prik volstaat. Sinds deze maand is de pas ook nodig op universiteiten, net als voor reizen over langere afstand per trein, bus of vliegtuig. Voor de metro is de pas bijvoorbeeld niet nodig.
Ook in Italië was het effect van de groene pas goed te merken in de vaccinatiegraad. In Rome gingen in de dagen na de aankondiging bijvoorbeeld een kwart meer mensen een prik halen dan daarvoor.
Andere Europese landen waar de coronapas al in gebruik is, zijn onder meer Griekenland, Portugal, delen van Spanje en Oostenrijk. In Portugal en Spanje is de toepassing beperkt en geldt die vooral voor grote evenementen. Wie in Zwitserland horeca, musea of sportevenementen wil bezoeken, moet vanaf maandag een coronapas tonen.
Opmerkelijk is dat Engeland dit weekend juist besloot voorlopig géén coronapas in te voeren. Die stond op stapel voor onder meer nachtclubs en grootschalige evenementen, maar de minister van Gezondheid, Sajid Javid, kondigde zondag aan dat het plan vooralsnog is geschrapt.
Andere delen van Groot-Brittannië voeren de pas wel in. In Schotland geldt vanaf 1 oktober voor grotere evenementen de verplichting een pas te tonen. Wales beslist later deze week over mogelijke invoering.
Ook in Vlaanderen speelt momenteel de discussie over invoering van een verplichte pas. Later in de week komt er meer duidelijkheid over, maar Vlaamse media meldden maandag dat de pas in de regering zeker geen taboe meer is. Brussel besloot eerder al dat in de stad vanaf 1 oktober onder meer in horeca een coronapas vereist is. In Brussel ligt de vaccinatiegraad relatief laag en is de besmettingsgraad hoger dan in andere delen van België.
Denemarken
Een tegengestelde beweging vond intussen in Denemarken plaats. Kopenhagen schrapte het gebruik van de coronapas eind vorige week, samen met alle andere coronamaatregelen. Het Scandinavische land kende de coronapas vanaf mei, maar die kan wat de regering betreft van de baan nu zo’n 86 procent van de bevolking tenminste één vaccinatie heeft gehad en meer dan driekwart volledig is gevaccineerd. Bovendien is meer dan de helft van de jongeren tussen de 12 en 15 jaar al ten minste één keer gevaccineerd.
„De epidemie is onder controle,” zei gezondsheidsminister Magnus Heunicke eind augustus. „Corona is niet langer een kritieke bedreiging voor de samenleving.” De minister sloot overigens niet uit dat de maatregelen indien nodig weer terugkeren.
De Deense onderzoeker Michael Bang Petersen van de Universiteit van Arhus verklaart de succesvolle indamming van het coronavirus in Denemarken vooral uit het vertrouwen tussen overheid en burger. De overheid was transparant in de communicatie en helder over impopulaire maatregelen. Daarmee ontstond een breed draagvlak.