Binnenland
Waarom oud-leerling Gomarus met haar verhaal naar de media stapte

De vrijheid van onderwijs moet eraan, klonk het in de media en politiek, nadat homoseksuele oud-leerlingen in NRC vertelden over hun ervaringen op de Gomarus Scholengemeenschap in Gorinchem. Lotte, initiatiefnemer van het artikel, staat daar anders in. Als christen deelt ze de visie van de school op homoseksualiteit en kiest ze er zelf bewust voor geen relatie aan te gaan met iemand van hetzelfde geslacht.

Anne Vader
3 September 2021 15:37
beeld RD
beeld RD

Het is al laat op de avond als Lotte –eind vorig jaar– met twee huisgenoten in de keuken van haar studentenhuis zit. Voor het eerst vertelt ze hen uitgebreid over haar gedwongen coming-out. Dat ze gedwongen werd om tegenover haar ouders uit de kast te komen en daarbij opgesloten werd. En dat ze nog altijd last van die gebeurtenis heeft.

„Hoeveel nachten heb je hier het afgelopen jaar niet om geslapen?” vraagt een huisgenoot zich af. „Valt wel mee”, zegt ze. „Een stuk of vijfentwintig.” „Vijfentwintig?! Dat is eens in de twee weken”, rekent de huisgenoot uit.

Elke twee weken een nacht waarin ze wakker ligt of droomt over de dag waarop ze in blinde paniek onder een tafel kroop, ergens in een kamertje op school. Huilend, hyperventilerend. De dag waarop de zorgcoördinator haar ouders vertelde dat ze op vrouwen valt.

In twee dagen tijd zouden er nog twee andere meiden zijn bij wie hun geaardheid in een gesprek met hun ouders naar buiten komt. Haar vroegere vrienden van de Gomarus opperden eerder al om naar de media te stappen met die verhalen. Tot nu toe was Lotte altijd stellig geweest: Ik doe niet mee. „De impact voor school zou heftig zijn en dat wil ik ze niet aandoen. En wat zouden mijn motieven zijn? Ben ik uit op vergelding? Maak ik de Naam van God dan niet voor veel mensen kapot?”

Het rekensommetje van haar huisgenoot zet Lotte aan het denken. Waarom stoppen die akelige nachten niet na 4,5 jaar? Ze wil dat het klaar is. Dat andere leerlingen niet hetzelfde hoeven mee te maken als zij. En ze denkt dat dit wel gebeurt. „Ik zou mezelf omschrijven als stabiel. Ik woon in een fantastisch studentenhuis, heb leuke vrienden, heb een goede band met mijn ouders en familie. Als dit na 4,5 jaar bij mij nog zoveel impact heeft, hoe is dat dan bij mensen die kwetsbaarder zijn?”

Sorry

Lotte zegt als leerling weleens het gesprek met school te zijn aangegaan. „Jouw ouders reageerden toch prima op je coming-out?” was de reactie. Ze voelt zich niet gehoord.

Dat gevoel overheerst ook na het gesprek waarvoor haar ouders naar school werden gehaald. „Ik zag geen enkel teken van spijt of tegemoetkoming, dat ze het anders hadden willen doen.” Ze verzekert: „Had gewoon één keer sorry gezegd. Had erkend dat het mij pijn heeft gedaan en had beloofd om dit voortaan anders te doen. Dan was dat hele artikel er nooit gekomen. Dan had ik er geen moment over gedacht.”

Eind vorig jaar mailde ze haar verhaal naar opiniemaker Madeleijn van den Nieuwenhuizen, met de vraag: „Wat kan ik het beste doen?” Die brengt haar in contact met NRC voor een oriënterend gesprek. Uiteindelijk gaat ze akkoord met een artikel. Dat leidt later tot een onderzoek van de onderwijsinspectie, maar brengt ook een publieke verontwaardiging teweeg die zijn weerga niet kent. Politici grijpen de ervaringen aan om liever vandaag dan morgen de vrijheid van onderwijs om te zeep helpen. Maar dat is niet wat Lotte beoogt.

Relatie

Het gaat haar er niet om dat de school haar visie verandert, dat die homorelaties moet toestaan of dat artikel 23 van de Grondwet geschrapt wordt. „Een school moet de vrijheid hebben om te zeggen dat homorelaties zondig zijn. Maar zorg eerst voor een veilige omgeving, waar mensen zich geliefd en gekend weten. Stel dat voorop. De overtuiging dat homoseksualiteit fout is, hoeft niet de boventoon te voeren.” Uit ervaring weet ze: voor homojongeren is het een proces om tot die conclusie komen. „Dat kost tijd. Ik heb ook anders over homorelaties gedacht en er anders in gehandeld.”

Een paar jaar geleden kwam ze tot geloof, nadat ze „mede door de Gomarus een tijdlang ver weg was van God.” Nu past ze de klassieke Bijbelse visie –dezelfde als de school– toe in haar eigen leven. Ze kiest er bewust voor geen homoseksuele relatie aan te gaan, ook al valt dat soms zwaar. „Mijn motivatie is dat God de eer krijgt. Dat is het doel van mijn leven.”

De school kán zonder haar visie te veranderen een veilige plek zijn voor homoleerlingen, stelt ze. Neem het schelden. „Op andere scholen gebeurt dat ook, maar dan met kanker en Jezus. Op de Gomarus schelden leerlingen misschien af en toe met kanker, en al helemaal niet met de Naam van God. Wel veel met homo. Dat vond de school vast niet goed, maar er werd niet op gecorrigeerd.”

Ook pestgedrag zou volgens haar stevig aangepakt moeten worden. „Ik heb het vaak gezien: docenten lachten gewoon mee als er een grap werd gemaakt over het feit dat een van onze vrienden homo is.” Ze windt zich op. „Als leerlingen roepen dat homo’s vies zijn, alsjeblieft, zég daar wat van als docent. Je hebt geen idee wat het met een 14-jarige doet.” Elke zin klinkt haar stem harder. „Er zitten daar jonge mensen die met hun geaardheid worstelen. Waarom horen ze nog steeds dat homoseksualiteit te genezen is? Kijk ermee uit. Straks denken ze: ik kan veranderen.” Ze heeft dat zelf ook gedacht, en er op jonge leeftijd veel voor gebeden. Terugkijkend heeft dit veel pijn gedaan.

Trauma

Een psycholoog vertelde haar afgelopen voorjaar dat een trauma kan ontstaan in een fysieke ruimte waar iemand niet weg kan. „Het frustreert me. Wisten die zorgprofessionals niet wat voor impact dit zou hebben? Wat er gebeurt met een 16-jarige die met een onbekende man (de zorgcoördinator, AV) in een hok wordt gestopt, waarvan de ramen zijn afgeplakt (voormalig schooldokterskamertje, AV)?”

Drie weken na de publicatie in NRC mailt ze de school. „In mijn ogen is het een eerlijk artikel”, schrijft ze. En: „Ik distantieer me volledig van reacties die jullie als school kwetsen of aanvallen.” Ze wil graag in gesprek, maar pas nadat het inspectieonderzoek klaar is en ze haar traumatherapie deze zomer heeft afgerond. De school reageert positief op het voorstel. Lotte hoopt dat in dat gesprek eindelijk een antwoord komt op haar hartenkreet: „Waarom is dit gebeurd? Wat weegt er dan zo zwaar op tegen de traumabehandeling die ik nodig heb gehad om mijn geforceerde coming-out te verwerken?”

De naam van Lotte is gefingeerd. Haar echte naam is bekend bij de redactie.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer