„Juist in de horeca krijg je de kans om iets te vertellen over het geloof”
Veel jongeren gaan het liefst zélf op vakantie in de zomerperiode. Bij horecamedewerker Frans Hoekman (18) uit het Zeeuwse ’s-Gravenpolder ligt dat net even anders. „Ik vind het juist leuk om bij te dragen aan het vakantiegevoel van een ander.”
Dit cursusjaar rondde Frans zijn mbo-opleiding zelfstandig werkend gastheer af aan het Hoornbeeck College in Rotterdam. Studenten vinden na het behalen van hun diploma vaak werk in bedrijven waar gerechten en dranken worden opgediend, zoals in de horeca.
Toen hij anderhalf jaar geleden een stageadres zocht, kwam hij terecht bij Lunchcafé De Bult in Goes. Dit werk beviel hem zo goed, dat hij hier na zijn stage op de zaterdagen is blijven werken. In de vakanties pakt hij extra uren mee; ook deze zomer. „Ik draai nu wekelijks tussen de 30 en 40 uur.”
Frans ziet het als zijn grootste verantwoordelijkheid om de terrasbezoekers een goed gevoel te geven. Dit bestaat niet alleen uit het opnemen en uitserveren van bestellingen. Regelmatig knoopt hij een praatje aan met een bezoeker. „Dan geef ik hem of haar wat tips mee voor toeristische bezienswaardigheden. Ik vind het leuk om bij te dragen aan het vakantiegevoel van een ander.”
En als iemand niet weet wat hij of zij moet bestellen, dan weet Frans wel raad. Hij wijst mensen graag op de specialiteiten van het restaurant. Als iemand echt iets van de Zeeuwse keuken wil meekrijgen, ontkomt hij of zij niet aan een stevig bord mosselen. „Ik zeg vaak tegen toeristen: dat hoort erbij als je deze streek bezoekt.”
Biertje
De mbo-student vindt het soms jammer dat er in reformatorische kring niet altijd even positief over de horeca wordt gedacht. „In onze kringen denkt men dan al gauw aan ruw taalgebruik en overmatig drinken. Maar dat is zeker niet overal zo. Ons publiek komt meestal voor een lunch of een diner en drinken daarbij weleens een biertje of een wijntje. Het gaat er hier netjes aan toe.”
Frans zou graag zien dat er meer reformatorische christenen in de horeca actief zouden zijn. Het biedt volgens hem de uitgelezen mogelijkheid om onkerkelijken iets te vertellen over het geloof. „Als we bijvoorbeeld op zaterdagavond het terras afsluiten, vragen collega’s weleens wat ik zondag ga doen. Dan vertel ik dat ik die dag naar de kerk ga. Soms volgt er dan een uitvoerig gesprek.”
Het gebeurt ook regelmatig dat collega’s vragen hoe Frans als christen aankijkt tegen zaken als abortus en vaccinatie. Ook dit ziet hij als een mooie kans om iets te vertellen over zijn geloof. „Ik probeer dan duidelijk te verwoorden voor welke principes ik sta. De mening van mijn gesprekspartner zal ik echter nooit veroordelen.”
De mbo’er heeft niet alleen goede gesprekken met zijn collega’s. Zo maken ze er onderling een sport van wie zoveel mogelijk weet te verkopen aan een klant. Frans: „Als iemand bijvoorbeeld alleen een kop koffie bestelt, wijzen we diegene ook op ons menu. Zo eindigen aardig wat mensen uiteindelijk met een bord mosselen voor hun neus. Ze eten het dan vaak voor het eerst, maar vrijwel iedereen vindt het ook nog eens lekker.”
Verzorgingstehuis
Na de zomer gaat Frans de eenjarige opleiding voor facilitair leidinggevende volgen, ook aan het Hoornbeeck College. Hij wil uiteindelijk graag de gastvrijheid verzorgen in een verzorgingstehuis. „De horeca is mooi, maar dat zie ik mezelf na m’n veertigste echt niet meer doen. Fysiek is het best zwaar.”
Frans’ vakantiebaan bereidt hem goed op deze stap voor. „Ook in de horeca draait het om gastvrijheid. Daarom is de werkervaring die ik hier opdoe, ook voor later belangrijk.”
Serie Vakantiebaan
Deel 1 in een serie over scholieren en studenten die vertellen over hun vakantiebaan. Volgende week vrijdag deel 2.