Liedje Cyprus over duivel op Songfestival leidt tot onrust
Een petitie en protest van de Cypriotisch-Orthodoxe Kerk konden niet voorkomen dat Cyprus volgende week met het omstreden liedje El Diablo (de duivel) meedoet met het Eurovisie Songfestival.
Het liedje ligt even gemakkelijk in het gehoor, als dat de tekst ongemakkelijk is. „Ik ben verliefd, ik geef mijn hart aan de duivel”, zingt de 26-jarige Elena Tsagrinou in het refrein. De lokroep van ”el Diablo” was niet langer te weerstaan, verklaart de tekst. „Ik heb het opgegeven, omdat hij zei dat ik zijn engel ben.” Het eerste couplet zet de duistere sfeer nog wat aan. „Vanavond gaan we branden op een feestje. Het is hemels in de hel met jou.”
Het Songfestival vindt volgende week plaats in Rotterdam. Wellicht mede daardoor is het liedje ook onderwerp van zorg onder Nederlandse christenen geworden. „Laten we bidden dat voorkomen wordt dat dit lied wereldwijd uit miljoenen mobieltjes zal klinken en onze (klein-)kinderen het (on-)bewust gaan meezingen”, stelt een rondzendapp.
Het liedje leidde eerder al tot grote onvrede bij christenen in Cyprus. Die richtte zich met name op staatsomroep CyBC: de instantie die het nummer nomineerde. Boze Cyprioten maakten begin maart hun opwachting voor het omroepgebouw. Ze hielden crucifixen omhoog en borden met teksten als: ”Wij houden van Christus”. Daarnaast startten ze een petitie.
De Cypriotisch-Orthodoxe Kerk sprak in een officiële verklaring bovendien haar „sterke onvrede en teleurstelling” uit over de keuze voor het lied. De kerkleiding beluistert het als „de verheerlijking van een noodlottige onderwerping en overgave van de mens aan de heerschappij van de duivel.” Volgens de kerk maakt Cyprus zich met zo’n boodschap „wereldwijd belachelijk.”
De kerkleiding riep de leiding van CyBC er dan ook toe op het liedje te vervangen door iets beters. „We leven in een orthodox land waar onze Heer Jezus Christus (…) de macht van de duivel verbreekt en mensen bevrijdt van de ketenen van corruptie en dood. Laten we deze waarheid niet vergeten en veronachtzamen.”
De Cypriotische regering gaf in een reactie te kennen de mening van de kerk en anderen over het Songfestivalliedje te „respecteren”, maar dat ze ook garant wilde staan voor de „creatieve intellectuele en artistieke vrijheid.”
Directeur Andres Frangas van de CyBC verduidelijkte tegenover lokale media dat het liedje niet over daadwerkelijke onderwerping aan de duivel gaat, maar over „een gewelddadige relatie” tussen ‘geliefden.’ De duivel is daarbij een metafoor voor de slechterik. In het liedje vraagt het meisje uiteindelijk aan haar moeder wat ze nu moet doen. „Mama mama, vertel me wat te doen.”
In een interview op Wiwibloggs, een YouTube-kanaal dat zich richt op het Songfestival, gaf Tsagrinou er een zelfde soort uitleg aan. Haar liedje gaat volgens haar om de tweestrijd die een ongezonde relatie met zich meebrengt.
De metaforische uitleg kon de kerk in Cyprus niet overtuigen: de inhoud blijft wat haar betreft „provocerend en onaanvaardbaar.”