In 2020 stapten veel prostituees naar Stichting De Haven voor hulp. Juist de coronacrisis gaf de vrouwen het laatste zetje, aldus Eva Wielenga. „Het vereist veel moed om uit te stappen.”
Stichting De Haven in Den Haag biedt veldwerk, prostitutie-maatschappelijk werk en een uitstapprogramma. Directeur Wielenga vertelt het verhaal van Arina, die ruim vijftien jaar prostituee was in Den Haag. Dagelijks was ze bezig met overleven, omdat de huur van haar raam betaald moest worden. De Haven had contact met haar, maar de wereld van de prostitutie was, ondanks de zwarte kanten, bekend en de wereld buiten niet. En toen kwam corona. En gingen de ramen dicht. Arina zat thuis. En daarmee kwam ruimte voor nadenken en reflectie. In maart kon De Haven haar praktische hulp geven. In mei wilde Arina uitstappen. Problemen zoals schulden werden zichtbaar. Maar de lichte kant werd ook duidelijk. Arina volgt nu een leerwerktraject in de zorg. „Ik vind het fijn en mensen zijn zó blij met me!”
Tijdens de coronacrisis klopten ruim 200 nieuwe cliënten aan bij Stichting De Haven. 67 begonnen aan een uitstaptraject en 30 vrouwen zijn uitgestapt, onder wie Arina. De hulpverleningsinstantie startte onlangs de campagne ”De naakte waarheid” om het echte verhaal te vertellen van vrouwen in de prostitutie. Wielenga: „De naakte waarheid kent twee kanten. De donkere kant vertelt over de pijn en het onrecht die vrouwen worden aangedaan. De lichte kant vertelt over de menselijke kant, over toekomstperspectief, kracht en hulp bij de zoektocht.”
Gebed
Corona gaf velen het laatste zetje om uit te stappen, stelt Wielenga. „Het dagelijkse overleven zien we bij al onze cliënten. Als je ruimte krijgt om tot rust te komen, komt de veerkracht boven.”
Wielenga is „ongelofelijk trots” op de veldwerkers die langs de ramen gaan. „Zij laten de onvoorwaardelijke liefde van Jezus zien. Met woorden, maar vooral met daden van trouw. Als prostituees vragen waarom veldwerkers aan het raam staan, mogen ze getuigen van een liefdevolle God Die vrouwen schiep naar Zijn beeld.”
Ze roept op tot gebed. „Woensdag is biddag. Ik hoop dat christenen bidden voor deze vrouwen.”