„Jongere vliegt achter rennend rolmodel aan”
Studenten liggen onder een vergrootglas door alarmerende berichten over toenemende stress en psychische problemen onder deze generatie. Onterecht, vindt promovenda Jolien Dopmeijer. „Jongeren missen rolmodellen. Ze zien volwassenen de hele dag doorrennen.”
Meer dan de helft van de studenten heeft last van angst en somberheid. Een kwart kampt met burnoutklachten, zo’n 70 procent lijdt onder prestatiedruk en meer dan 40 procent ervaart eenzaamheid. Zorgwekkender dan die cijfers vindt Dopmeijer het gebrek aan openheid over mentale problemen. Studenten zoeken vaak geen hulp.
Dopmeijer deed onderzoek naar het voorspellen en voorkomen van psychosociale problemen bij studenten. Deze vrijdag promoveerde ze daarop. „De schuld wordt vaak bij jongeren gelegd”, ziet ze. „Zíj profiteren van de welvaart waarvoor oudere generaties hard hebben gewerkt en dus moeten ze niet zeuren. Maar hun volwassen voorbeelden rennen hard door om aan alle verwachtingen te voldoen.”
Hoe draagt dit bij aan de prestatiedruk onder jonge mensen?
„In onze prestatiemaatschappij gaan mensen de competitie aan met zichzelf en anderen. Het beste uit jezelf halen is de norm – in het onderwijs, in bedrijven. Als je uitvalt of niet op tijd afstudeert, loopt je studieschuld op. Met alle gevolgen van dien. Intussen streven jongeren gepolijste plaatjes van sociale media na. Plaatjes die niet bestaan.
Deze generatie heeft niet geleerd om te gaan met prestatiedruk en rent maar door om aan verwachtingen te voldoen. Tot ze erbij neervalt. Stilstaan durven mensen niet, want dan word je geconfronteerd met jezelf en ontdek je misschien wel dat je niet tevreden bent met wat je hebt.”
U keek naar kenmerken van studenten met studievertraging en -uitval. Welke persoonlijkheden zijn daar gevoelig voor?
„Negatief denken en angstgevoeligheid zijn risicovol. Dat laatste is eigenlijk angst voor de angst. Zo’n student wordt angstig van de stress, omdat hij bijvoorbeeld zweet tijdens een tentamen. Zoiets hoeft niet ernstig te zijn, want als je het weet, kun je dit gedrag voorkomen.
Voor studenten die niet lekker in hun vel zitten, is praten stap één. Alleen openheid over je problemen kan een vicieuze cirkel doorbreken.”
Aan openheid ontbreekt het volgens u. Hoe komt dat? Er zijn toch zoveel studenten met problemen?
„Studenten denken dat praten niet zoveel oplevert. Dat ze buiten de boot vallen als ze hulp vragen, contacten verliezen. Of dat mensen hun probleem niet serieus nemen. En soms weten ze ook geen wegen naar hulp.
Daarbij komt dat studenten hun problemen niet altijd herkennen. Dat kwartje moet eerst vallen. Deelnemers van een recent onderzoek naar studentenwelzijn zeiden achteraf: Zie je, ik ben niet gek. Er is wel degelijk iets aan de hand. Blijkbaar hebben ze eerst herkenning en bevestiging nodig voor ze de stap naar hulp zetten.”
Hoe zorgen we voor meer openheid over problemen?
„Door met z’n allen duidelijk te maken: het is normaal dat je je af en toe ongelukkig voelt. Het is oké als je even niet goed in je vel zit of lijdt aan een depressie. En het is volkomen normaal dat je dan om hulp vraagt.
Mijn droom is dat er vanaf de basisschool tot het hoger onderwijs gewerkt wordt aan kennis en vaardigheden over mentale gezondheid. Zodat jongeren problemen herkennen, ook in hun omgeving, en weten hoe ze hulp kunnen zoeken. Dat mijn dochter uit groep 4 al leert hoe ze kan omgaan met tegenslag en druk. Dan kan ze dat straks in haar studietijd ook.”
Daarmee verander je misschien wel jongeren, maar niet hun omgeving.
„Ook de omgeving zal zich moeten aanpassen. De mate waarin een student zich thuis voelt binnen een hogeschool of universiteit kan het meest bijdragen aan studentenwelzijn. Het onderwijs moet dus een plek zijn van veiligheid en geborgenheid, waar problemen bespreekbaar zijn. Zorg voor groepen waar mensen die het moeilijk hebben worden geaccepteerd, gewaardeerd en gesteund. Waar je open kunt zijn over wie je bent, wat er bij je speelt, wat je moeilijk vindt.
Voordat de nieuwe generatie het anders gaat doen, moet er om hen heen echt wat veranderen. De coronacrisis kan een mooi reflectiemoment zijn waarin we stilgezet worden, kijken hoe we het gedaan hebben en of we wel zo hard door willen blijven rennen. Dan kunnen we ook jonge mensen weerbaarder maken.”
U noemt een aanpak door de overheid „absoluut noodzakelijk.” Welke tips heeft u voor het nieuwe kabinet?
„Investeer in kennis en vaardigheden over mentale gezondheid in het onderwijs. Leer kinderen en jongeren in plaats van doorrennen pas op de plaats maken: is dit wel de kant die ik op wil? Wat zijn mijn valkuilen en wat is mijn kracht? Herken ik bij mezelf dat niet goed gaat? Mag ik ook fouten maken?
Ik ben een idealist, maar denk dat het haalbaar is: elke les een docent voor de klas die vanuit deze principes lesgeeft.”