Er werden vorig jaar in totaal 327 geweldsincidenten tegen Indiase christenen geregistreerd. Daarbij lieten ten minste 5 mensen het leven, terwijl 66 christenen op basis van valse beschuldigingen werden gearresteerd. In zes gevallen was er sprake van gedwongen bekeringen. Zes kerken werden in brand gestoken of vernield, terwijl zeventien kerkdiensten werden verstoord.

Dat blijkt uit het jaarlijkse rapport van de Evangelical Fellowship of India (EFI) over haat en gericht geweld tegen christenen, dat donderdag werd gepubliceerd. De EFI is een nationale alliantie van evangelische christenen in India waarbij meer dan vijftig protestantse kerkelijke denominaties –goed voor meer dan 65.000 gemeenten– zijn aangesloten. Jaarlijks brengt de commissie godsdienstvrijheid van de EFI een rapport naar buiten over geweld tegen christenen in het land. Vorig jaar, in het rapport over 2019, meldde de EFI 366 geweldsincidenten.

Corona eiste vorig jaar in India meer dan 150.000 doden, aldus het rapport, terwijl ruim 10,5 miljoen Indiase mensen als gevolg van het virus in het ziekenhuis terechtkwamen. Als gevolg van de pandemie ging het hele land in mei in lockdown; dat was de maand van de minste geweldsincidenten tegen christenen. De pieken waren in maart en in oktober. Daarbij voerde de noordelijke deelstaat Uttar Pradesh met bijna honderd gevallen de lijst met incidenten aan.

Naar aanleiding van de cijfers heeft de EFI-commissie godsdienstvrijheid de regering van India en de deelstaatregeringen in het land opgeroepen de rechten van religieuze minderheden in India te beschermen.