De Indiase deelstaat Madhya Pradesh nam dinsdag een nieuwe antibekeringswet aan. Die moet gedwongen bekeringen voorkomen. „In wezen is dit een manier om evangelisatie tegen te gaan.”
De verordening stelt de regering in staat om religieuze bekeringen nog strikter te reguleren. In de deelstaat is de hindoe-nationalistische regeringspartij Bharatiya Janata (BJP) aan de macht. De wet vereist alleen nog de goedkeuring van de BJP-gouverneur; een formaliteit.
Het wetsvoorstel verbiedt het gebruik van welk „frauduleus middel” dan ook om mensen te bekeren tot een andere religie. Daaronder wordt verstaan verkeerde voorstelling van zaken, verleiding, bedreiging, geweld, ongepaste beïnvloeding, dwang en een huwelijk met als doel iemand te bekeren.
Een vergelijkbare wet uit 1968 is momenteel van kracht in de staat. Deze zal worden vervangen door de nieuwe ”Freedom of Religion Bill 2020”. Die moet de mazen in de oude wet dichten, en schrijft hogere straffen voor.
Lage kaste
Bij een overtreding van de wet hangt iemand een gevangenisstraf van 1 tot 5 jaar en een boete van 25.000 roepies (zo’n 225 euro) boven het hoofd. Terugkeer tot de voorouderlijke religie –lees hindoeïsme– is dan weer niet strafbaar.
Volgens een nieuwe bepaling moeten religieuze leiders het districtsbestuur 60 dagen van tevoren op de hoogte stellen van een bekering. Als dat niet gebeurt, kunnen individuen een gevangenisstraf van 3 tot 5 jaar en een boete van 50.000 roepies (zo’n 550 euro) krijgen.
Ook op illegale bekeringen van minderjarigen en mensen uit een lage kaste staan zware straffen. Radicale hindoe-nationalisten beschuldigen Indiase christenen er vaak van arme hindoes massaal te bekeren met frauduleuze middelen.
Als wordt bewezen dat een huwelijk is aangegaan met bekering als doel, kan de echtverbintenis nietig worden verklaard. De wet lijkt hiermee ”love jihad” tegen te willen gaan: onder hindoes in India leeft de gedachte dat moslims hindoemeisjes versieren om ze te bekeren tot de islam. In de staat Uttar Pradesh is vorige maand een moslim opgepakt na de invoering van een soortgelijke wet.
De Indiase predikant Christopher David is ongerust over de „draconische” wet. Hij spreekt van een zorgelijke trend nu meerdere deelstaten zo’n wet hebben ingevoerd of dat van plan zijn.
Heeft de wet gevolgen voor christenen?
„Ja, zeker te weten. De wet verbiedt in feite bekering, tenzij deze wordt goedgekeurd door de staat. Het verkrijgen van een dergelijke goedkeuring is een vervelend proces en kan geweld van extremisten uitlokken.
In wezen is dit een manier om evangelisatie tegen te gaan. Zo kan het preken van de evangelieboodschap dat God zondaars oordeelt, maar dat er redding is voor allen die in Jezus geloven, geïnterpreteerd worden als het gebruik van een onwettig middel om iemand door bedreiging te bekeren.”
Dus deze wet is vooral bedoeld om de bekering van hindoes tot een ander geloof tegen te gaan?
„Precies. Het wordt ingevoerd onder het mom van het beschermen van arme mensen tegen gedwongen bekeringen. Deze wetten dragen in bepaalde staten de naam ”vrijheid van godsdienst”, wat ironisch is omdat ze precies het tegenovergestelde doen.”