India trekt sinds vorig jaar de teugels in Kasjmir steeds harder aan. De christelijke gemeenschap ziet veelal zwijgzaam toe, terwijl moslims en hindoes wel nadrukkelijk van zich laten horen.
Christenen zijn onzichtbaar in de regio Kasjmir, een gebied dat sinds 1947 gecontroleerd wordt door India en tevens opgeëist door Pakistan. Persagentschap News18 India stelt: „Er wordt het minst over christenen gesproken, maar zij worden wel het meest verwaarloosd.”
Volgens officiële statistieken is 0,2 procent van de bevolking in Kasjmir christen, wat neerkomt op circa 35.000 mensen. De afgelopen jaren verschenen meermalen berichten over aanzienlijke aantallen mensen die zich tot het christendom zouden hebben bekeerd. In de Kasjmirvallei leven slechts 650 christenen, die volgens een rapport van News18 India proberen „zich verre te houden van problemen. Ze weigeren zelfs met de media te praten als ze de garantie krijgen dat ze anoniem blijven.”
Een belangrijke reden hiervoor is de steeds herhaalde claim dat christenen zich heimelijk schuldig maken aan evangelisatie. De christenen in de Kasjmirvallei voelen daarom de noodzaak om „er het zwijgen toe te doen, zodat de religieuze meerderheid hier hun aanwezigheid niet voelt. Hiermee voorkomen christenen dat ze een doelwit worden. Het gevolg is dat christenen niet langer deel uitmaken van de sociale en politieke discussie.”
Religieuze lading
Het politieke conflict tussen India en Pakistan over Kasjmir kreeg in de loop der jaren een religieuze lading. De christenen namen een neutrale houding aan en zaten hierdoor altijd in de hoek waar de klappen vielen. Het leidde tot gevoelens van vervreemding van de samenleving en onzekerheid, zo luidt de conclusie van een studie die werd uitgevoerd door dr. Wakar Amin van de universiteit in Srinagar.
Organisatie International Christian Concern besteedde vorig jaar aandacht aan de christenen in Kasjmir. Het is een probleem voor de kleine christelijke gemeenschap dat er fatwa’s of religieuze edicten tegen hen worden uitgevaardigd. Islamitische families richten zich daarmee soms tegen familieleden die zich tot het christendom bekeerd hebben.
Gevaarlijk
Evangelisatie is gevaarlijk in Kasjmir. Dit bracht in 2003 de Nederlandse missionaris Jim Borst in grote problemen. Hij was directeur van een christelijke school in de Kasjmirvallei en werd ervan beschuldigd dat hij moslims tot het christendom had bekeerd. Hij moest de regio verlaten.
Er is waarschijnlijk geen andere groep christenen over wie zo weinig bekend is als over de gemeenschap in Kasjmir. In 2012 sloegen lokale media alarm. Buitenlandse missionarissen en evangelisten zouden hun weg naar Kasjmir gevonden hebben met als resultaat dat 20.000 moslims in Kasjmir zich tot het christendom hadden bekeerd. Dit zou volgens een rapport van News18 India tot spanningen hebben geleid tussen lokale christenen en deze nieuwe missionarissen. Pastors die werden benaderd, verzochten de media om hen met rust te laten. Een journalist liet weten dat „veel van deze nieuwe bekeerlingen tot het christendom hun geloof in het geheim belijden.”
Sinds vorig jaar is volgens Open Doors de onzekerheid van christenen toegenomen. Bronnen in Kasjmir hebben Open Doors laten weten dat „door de recente ontwikkelingen de reeds bestaande vrees van christelijke gemeenschappen nog is toegenomen.” Kerken vrezen dat India zal proberen om antibekeringswetgeving in Kasjmir te introduceren.
Aambeeld
De onzichtbare christenen van Kasjmir, wier stem nooit wordt gehoord, leven tussen hamer en aambeeld; de hamer van uit Pakistan afkomstig islamitisch radicalisme en het aambeeld van uit India geïmporteerde hindoeïstische intolerantie.