Vuile lucht leidt tot meer sterfte aan Covid-19
In gebieden met hoge fijnstofconcentraties overlijden aanzienlijk meer mensen aan Covid-19 dan in regio’s met schonere lucht.
Dat ontdekten onderzoekers van de Harvard Chan School of Public Health in Boston recentelijk.
De onderzoekers berekenden gemiddelde fijnstofwaardes op de lange termijn in ruim 3000 counties (regio’s) in de Verenigde Staten, en vergeleken die met het aantal sterfgevallen aan Covid-19.
Ze ontdekten dat 15 procent meer mensen aan de longziekte overlijden in gebieden waar ze langdurig worden blootgesteld aan iets meer fijnstof dan elders: 1 microgram PM2,5 –fijnstof van 2,5 micrometer en kleiner– per kubieke meter lucht. Voor de context: het gemiddelde PM2,5-gehalte in de VS is 8,4.
Dat zou volgens de auteurs alleen al voor Manhattan, een stadsdeel van New York, een verschil betekenen van 250 op een totaal van 1900 sterfgevallen (tot 4 april).
„Deze resultaten suggereren dat blootstelling op lange termijn aan luchtvervuiling je vatbaarder maakt voor de meest ernstige Covid-19-uitkomsten”, schrijven de auteurs. „Dit strookt met de bekende relatie tussen PM2,5-blootstelling en veel cardiovasculaire en ademhalingsklachten, die het risico op overlijden aan Covid-19 dramatisch vergroten.”
De relatie tussen luchtvervuiling en sterfterisico was ook bekend van de SARS-uitbraak in 2003.
De onderzoekers hielden in hun analyse rekening met zeventien factoren, waaronder lichaamsgewicht, rookgedrag en het klimaat.
Eerder ontdekten dezelfde wetenschappers dat fijnstof het risico verhoogt op acute respiratory distress syndrome (ARDS), een ernstige longaandoening die kan ontstaan door het coronavirus.
En in 2019 ontdekten ze dat langdurige blootstelling aan 1 microgram meer PM2,5 de kans op overlijden aan alle mogelijke aandoeningen met 0,7 procent vergroot.