Biden smijt met miljarden in nadagen presidentschap
Joe Biden is tijdens de laatste honderd dagen van zijn presidentschap bezig met een race tegen de klok. Door het uitgeven van miljarden dollars probeert hij zijn presidentiële erfenis veilig te stellen.
Het is in de Amerikaanse politieke geschiedenis een bekend fenomeen: als de nieuwe president de eed heeft afgelegd en de Oval Office binnenstapt, ligt er op zijn bureau een pakket besluiten waar hij direct zijn handtekening onder zet. Met deze decreten rekent hij dan onmiddellijk af met die beleidspunten van zijn voorganger waar hij zich het meest aan gestoord heeft.
Trump heeft een heel lijstje. Zo wil hij projecten voor de ontwikkeling van schone energie stoppen; de wetgeving op gebied van klimaat en gezondheidszorg zo veel mogelijk terugdraaien en –waarschijnlijk– de hulp aan Oekraïne fors terugschroeven.
Om de schade van die afrekening te beperken geeft het Witte Huis deze laatste weken zo veel mogelijk geld uit. Immers, wat besteed is kan de nieuwe president niet meer terughalen. „Het lijkt wel een vulkaanuitbarsting, zo veel geld gaat er deze weken de deur uit”, zegt Melinda Pierce van klimaatorganisatie Sierra Club.
Groene revolutie
Sprekend voorbeeld van die explosie aan uitgaven is de steun van de Verenigde Staten aan Oekraïne. Begin dit jaar wist Biden een steunpakket van 61 miljard dollar door het Congres te krijgen. Daarvan was half november nog 7,1 miljard niet uitgegeven. Daarom gaf Biden het ministerie van Defensie opdracht om alle fondsen waarvoor nog geen concrete bestemming is genoemd, voor het eind van dit jaar te labelen. Antony Blinken, de minister van Buitenlandse Zaken, zei tijdens de Europese topontmoeting van 20 november: „De president werkt er hard aan om elke beschikbare dollar tussen nu en 20 januari uit te geven.” Zo besloot hij donderdag om opnieuw een militair hulppakket ter waarde van 500 miljoen dollar naar Oekraïne te sturen. Het gaat onder andere om munitie voor HIMARS-raketsystemen.
„De president werkt er hard aan om elke beschikbare dollar tussen nu en 20 januari uit te geven” - Antony Blinken, minister van Buitenlandse Zaken
Behalve dat stuurde Biden eind vorige maand ook landmijnen naar Kyiv en verleende hij Zelensky toestemming voor het afvuren van langeafstandsraketten – iets wat hij in de achterliggende jaren zorgvuldig meed. „Het lijkt wel of de oorlog gewoon door moet gaan”, mopperen Republikeinen. „Biden laat ons een wereldoorlog na.”
Tijdens een bezoek aan de Amazone, eind november, stelde Biden dat zijn klimaatbeleid historisch is. „Sommigen zullen de Amerikaanse groene revolutie proberen te ontkennen of vertragen”, zei Biden bij een ontmoeting in het regenwoud. „Maar niemand kan die keren. Niemand.”
Pijnlijk
De vraag is of dit werkelijk zo is. Juist de plannen die Biden wil realiseren met de Inflation Reduction Act, met daarin ’s werelds grootste klimaatinvestering ooit, zijn het meest kwetsbare deel van zijn nalatenschap. Algemeen wordt verwacht dat Trump die, met steun van zijn partij, naar de prullenmand zal verwijzen. Het enige wat hen daarvan kan weerhouden, is dat bedrijven inmiddels veel geld hebben uitgegeven aan windparken en fabrieken voor elektrische voertuigen. Dat zorgt voor economische bedrijvigheid en werkgelegenheid. Daar komt bij dat Trump ook zijn vertrouweling Elon Musk, de man achter bijvoorbeeld de Tesla, te vriend moet houden. Vandaar dat milieuorganisaties nog niet helemaal zonder hoop zijn.
Wellicht zal het anders aflopen met de infrastructuurwet, zijn tweede grote presidentiële prestatie. Die werd aangenomen met steun van zowel Democraten als Republikeinen. Deze wet is bedoeld om de dringend noodzakelijke renovatie van de afbrokkelende infrastructuur te bekostigen. Met name regio’s waar de Republikeinen het voor het zeggen hebben profiteren ervan. En bovendien, de uitvoering van deze wet duurt jaren. Dus vooral de regering-Trump zelf kan goede sier maken met de voltooiing van deze vernieuwing van bruggen, wegen en tunnels.
Tegelijk weet iedereen dat Bidens dagen als president zijn geteld. Dat werd pijnlijk duidelijk tijdens de laatste topontmoeting met de Chinese leider Xi Jinping, half november in Peru. Het gesprek tussen de twee wereldleiders werd gedomineerd door irritaties. Over Taiwan, over Oekraïne en over cyberaanvallen. Vrij bot liet Xi aan Biden weten dat de huidige Amerikaanse president voor hem niet meer belangrijk was. „China is graag bereid om met de nieuwe Amerikaanse regering samen te werken”, zei Xi. De boodschap was duidelijk: Biden kan wel gaan.