Naar de stembus voor Europees Parlement
Ruim 13 miljoen Nederlanders mogen donderdag weer naar de stembus. Voor een nieuw Europees Parlement deze keer. Ook inwoners van Bonaire, St. Eustatius en Saba mogen hun stem uitbrengen. In totaal mogen tot en met zondag meer dan 400 miljoen kiezers uit de 28 EU-landen hun stem uitbrengen.
De Nederlanders en Britten bijten het spits donderdag af, de inwoners van 21 lidstaten stemmen pas zondag. En vijf landen doen dat op vrijdag en zaterdag. In ons land kunnen kiezers ook weer op stations terecht om hun stem uit te brengen. De meeste stembureaus zijn geopend tussen 07.30 uur en 21.00 uur. Daarna sluiten ze en begint het tellen van de stemmen.
Traditioneel ging ook nu weer het stembureau op station Castricum als eerste open, om middernacht. Vanaf 05.15 uur kunnen vroege treinreizigers terecht in Breda en Nijmegen en vanaf 05.30 uur bij de stembureaus op station Meppel, Roermond en Zwijndrecht.
Het EU-parlement - met een jaarlijkse begroting van zo’n 2 miljard euro - beslist over belangrijke wetgeving. Het zetelt in Straatsburg en Brussel. Er zijn 751 zetels te verdelen, naar het aantal inwoners per land. Voor Nederland zijn het er 26. In het parlement zijn nu negen Nederlandse partijen vertegenwoordigd. Aan de verkiezingen doen er zestien mee. Exitpolls geven donderdag na het sluiten van de stembussen om 21.00 uur een eerste beeld van de resultaten. De officiële uitslagen mogen pas naar buiten worden gebracht nadat zondagavond om 23.00 uur het laatste stembureau in Italië is dichtgegaan.
De opkomst in de EU was vijf jaar geleden gemiddeld 42,6 procent, het laagste sinds de eerste Europese verkiezingen in 1979. In Nederland bracht 37,3 procent een stem uit in 2014.