Rabbijn Lody van de Kamp twijfelt aan de waarde van de schuldbelijdenis. „Een direct gevolg van de Kristallnacht was dat vele Duits-Joodse vluchtelingen aan de Nederlandse grens stonden. Het beleid van de regering Colijn –de hervormden en gereformeerden destijds– was om hen terug te sturen. Als je daarover schuld belijdt, moet je het ook hebben over hoe wij nú met vluchtelingen omgaan. Alle confessionele partijen steunen op de een of andere manier toch dit vluchtelingenbeleid. Denk alleen al aan de kinderen van Lesbos. Het woord is echter niet gevallen.
Ook heb ik een schuldbelijdenis gemist naar de christenen die wél verzet pleegden, maar die de kerk in de kou heeft laten staan.
Als je alles bij elkaar optelt, stond dr. De Reuver zondag in een lege synagoge eigenlijk met lege handen. Wel zag ik in het gebeuren een weergave van de goede verhoudingen tussen kerk en synagoge anno 2020.”
De rabbijn ervaart moeite met het plaatsvervangend belijden én aanvaarden van schuld. „Wij kunnen als Joodse gemeenschap deze belijdenis niet accepteren namens een generatie die er niet meer is. De huidige generatie kerkleden heeft evenmin schuld. Wel dragen we allen de verantwoordelijkheid beter te handelen dan anderen in het verleden hebben gedaan.”