„Ik demonstreer ook voor de sfeer”
Om zes uur stond ze dinsdagochtend bij de poort van Heineken, enkele uren voor haar eigen werk op kantoor begon. Om pamfletten uit te delen. Op de achterkant van het velletje papier staat een reisschema, voorop de oproep om toch vooral zaterdag naar Amsterdam te komen. „Er moeten zo veel mogelijk mensen demonstreren voor een sociale maatschappij.”
De 45-jarige Frea Lodewijk uit Leiden is gepokt en gemazeld in het vakbondswerk. Als secretaresse van de kadergroep van de FNV bij Heineken is ze vanaf het eerste uur betrokken bij acties. Dat moment was vorige week maandag, toen de productielijnen van de grote brouwerij stil kwamen te liggen omdat een flink deel van de dienstdoende ploeg naar een manifestatie op de Rotterdamse Coolsingel vertrok.
En ook komende zaterdag is ze van de partij bij de massale protestbijeenkomst in de hoofdstad. Die dag zal er opnieuw geen bier worden gebrouwen. „Dat is in goed overleg zo besloten. Ze staan er hier op dat werkwilligen en actievoerders elkaar blijven respecteren.”
In de dagen tussen de twee grote protestbijeenkomsten was Frea verschillende keren in alle vroegte bij een van de ingangen van het grote terrein van haar werkgever te vinden. Als administratief medewerkster bij het bouwbureau van Heineken begint ze’s ochtends om halfnegen. „Dan heb je daarvoor nog enkele uren om pamfletten uit te delen.” De verschillen tussen het productiepersoneel en de medewerkers op het hoofdkantoor in Zoeterwoude-Rijndijk zijn goed merkbaar. „Op het hoofdkantoor is er weinig animo, de mensen lopen je zo voorbij.”
De Leidse is al bijna 25 jaar lid van de FNV. „Vakbondswerk is me met de paplepel ingegoten”, lacht ze. „Vader was lid en ik werd dat eigenlijk vanzelf.” Maar het was niet alleen gewoonte. „Je moet erachter staan. Ik ben voor een rechtvaardige maatschappij. Ook dat heb ik van mijn ouders. Die zijn nu 69 en 70 jaar oud. Ze trekken nog met hulpgoederen naar de Oekraïne. Daar halen ze kinderen op, die ze vervolgens een maand in huis nemen. En een vriendin onderhoudt een arm gezin in Brazilië. Voor dat soort zaken heb ik respect.”
Het kabinet kan bij haar weinig goed doen. „Alles wat er zo’n beetje is bereikt, wordt afgebroken. Kijk maar naar de WW, de ziektekostenregelingen, het prepensioen. En dan wordt gedaan of ons land economisch aan de rand van de afgrond staat.”
Ze voert niet in de eerste plaats actie voor zichzelf. „Ik heb een zittend beroep, dat valt wel mee. Maar mijn man is kraanmachinist, hoe moet dat straks? En ik ken een vrouw van 64 jaar die leeft van een bijstandsuitkering en chronisch ziek is. Die moeten we helpen. Daarom maken we een vuist tegen deze kabinetsplannen.”
De FNV’ster begrijpt vooral het CDA niet. „Dat is toch een christelijke partij?” Zelf is ze niet politiek actief. „Toen ik 20 jaar was ben ik een tijdje lid geweest van de CPN. Mocht ik pro Deo de krant De Waarheid bezorgen. Nu ben ik geen lid van een partij. Ik heb wel sympathie voor GroenLinks en de SP.”
De demonstratie in Rotterdam vond Frea geweldig. „Ik was ’s ochtends al om vijf uur in touw en hield er drie dagen spierpijn aan over. Maar ik had het niet willen missen. Al die mensen! Het roffelde toen we de brug overgingen. Daar krijg je echt kippenvel van. Ik ga ook voor de sfeer naar zo’n bijeenkomst. En er waren veel jongeren, dat is echt een opsteker voor de vakbonden.”
Dat wil niet zeggen dat alles geoorloofd is. Ze heeft zich een beetje verbaasd over de 24-uursstaking, maandag in Amsterdam. „Dat was geen werkonderbreking meer. Op die manier richt je je tegen het bedrijfsleven in plaats van het kabinet.” Frea verwacht zaterdag in de hoofdstad meer dan 100.000 mensen. Of het helpt? „Ik denk het wel, de mensen gaan meer nadenken en ook sommige politici beginnen een beetje terug te krabbelen. En als het nodig is, gaan we door.”
Zaterdag is de grote demonstratie van de vakbonden. Dit is het eerste deel in een serie van vier artikelen met uiteenlopende meningen over actievoeren. Donderdag deel 2.