De schuld van de Rijksoverheid is in maart, april en mei gestegen met 48 miljard euro, nadat de staat met steunmaatregelen tegen de impact van de coronacrisis kwam. Dat meldt het Centraal Bureau van de Statistiek. In de eerste twee maanden van dit jaar nam de staatsschuld juist af.
Volgens het statistiekbureau stroomde er van januari tot en met mei ook 15 miljard euro meer uit de kas van de Rijksoverheid dan een jaar eerder. Tegelijkertijd daalden de inkomsten met bijna 9 miljard euro.
De overheid kwam na de afkondiging van de „intelligente lockdown” met een aantal steunmaatregelen voor getroffen bedrijven en hun werknemers, zoals looncompensatie en een aanvullende uitkering voor zelfstandige ondernemers. Om de gevolgen van de coronacrisis voor de overheidsfinanciën beter inzichtelijk te maken, publiceert het CBS nu ook maandgegevens daarover.
Over de eerste drie maanden zijn completere gegevens beschikbaar. In het eerste kwartaal nam de overheidsschuld met 8,5 miljard euro toe tot 49,5 procent van het bbp. Regels van de Europese Unie schrijven voor dat de staatsschuld van lidstaten niet hoger mag zijn dan 60 procent van het bbp, maar om voldoende steun tijdens de coronacrisis mogelijk te maken heeft Brussel die voorschriften laten varen. Het begrotingsoverschot van overheid bedroeg in het eerste kwartaal 9 miljard euro, wat 1,8 miljard euro minder is dan in dezelfde periode vorig jaar.