Geef betere wetgeving voor binnenvaart op waterstof
De binnenvaart wil graag de overstap maken naar schone brandstoffen, zoals waterstof. Wat nog ontbreekt, is regelgeving op Europees niveau die de transitie mogelijk maakt in plaats van hindert.
Nu de eerste schok van de coronacrisis langzaam maar zeker is verwerkt, moeten we weer voorzichtig vooruitkijken. Overheden op alle niveaus zijn begonnen aan het vormgeven van grote investeringsprogramma’s om het economisch herstel in te leiden. Nu is dus het moment om dat herstel richting te geven. Voor de transportsector is die richting evident: baanbehoud door verduurzaming. Daarvoor is naast kapitaal ook een vlotte modernisering van Europese regelgeving noodzakelijk.
De president-directeur van het Havenbedrijf Rotterdam, Allard Castelein, was er onlangs duidelijk over: op basis van de huidige vooruitzichten neemt de overslag in de Rotterdamse haven de komende maanden fors af. De impact van de coronacrisis valt namelijk samen met een al langer lopende afname van de overslag van kolen en olie. De investeringen die het herstel moeten ondersteunen, moeten daarom worden ingezet om de energietransitie te versnellen. Niet alleen om de klimaatdoelstellingen te halen, maar ook om alternatieven te vinden voor de dalende vraag naar transport van fossiele brandstoffen. Castelein pleit onder meer voor de snelle bouw van een waterstoffabriek en -infrastructuur. Een bijzonder goed idee.
Waterstofhub
Voor Nederland is waterstofproductie dé uitgelezen kans om een alternatief voor de aflopende gasproductie te bieden. De haven, met bedrijven als Shell en GasUnie, kan en wil dan ook dienen als de schakel in het geheel. De ontbrekende infrastructuur zou met behulp van Nederlandse en Europese investeringsprogramma’s moeten worden gerealiseerd, om van Rotterdam een ware waterstofhub te maken.
In weerwil van het beeld dat hier en daar bestaat, leeft het besef in de transportsector sterk dat de energietransitie nu echt vorm moet krijgen. In de binnenvaart bijvoorbeeld beseffen ondernemers heel goed dat zij een belangrijke rol te spelen hebben. Ze willen graag de overstap maken naar schone brandstoffen als waterstof, mits haalbaar en, nóg belangrijker: betaalbaar. De techniek bestaat al, maar de grootschalige productie en de daarmee samenhangende infrastructuur die nodig zijn om betaalbaarheid te realiseren, ontbreken nog. Juist op Europees niveau moet de aanleg van die benodigde infrastructuur worden aangejaagd. Daarnaast moet voor het transport een uitgebreid netwerk van waterstoftankstations worden neergezet, wat gestimuleerd kan worden in het kader van de Europese Green Deal en de Europese richtlijn voor alternatieve brandstoffen. Zodat er op lokaal niveau doorgepakt kan worden met het aanwijzen van geschikte locaties.
De provincie Zuid-Holland en de Duitse deelstaat Noordrijn-Westfalen zijn al aan de slag gegaan. Ze hebben een aantal ondernemers bijeengebracht in het project RH2INE. In 2024 moeten tien waterstofschepen en drie waterstoftankstations zijn (om)gebouwd en ingezet op de goederencorridor van de Rotterdamse haven naar Keulen. Kortom, die ondernemers willen wel, maar de benodigde tankinfrastructuur, betaalbare waterstof en financiële steun ontbreken.
Op Europees niveau is de Europese Commissie overtuigd van de kansen die waterstof biedt. Zij is hard op zoek naar groene waterstofprojecten die financieel kunnen worden ondersteund. Voor een project als RH2INE kan het Europese Connecting Europe Facility-programma (CEF) dus financiële uitkomst bieden.
Wat dan nog ontbreekt, is een duidelijk juridisch kader op Europees niveau. Oftewel: regelgeving die de transitie mogelijk maakt in plaats van (ver)hindert. Voor een binnenvaartreder is het niet altijd even makkelijk om een Rijn- of Uniecertificaat te verkrijgen voor zijn waterstofschip – het kan zo een aantal jaren duren voordat de procedure volledig is afgerond. Ook moet voor een serie schepen op waterstof (met exact dezelfde technische kenmerken) afzonderlijk een aanvraag worden ingediend. Dat schrikt private investeringen af en vertraagt daarmee ook de doorontwikkeling van de technologie, en dus de verbetering van de kostenefficiëntie. Zodra duidelijk is dat de veiligheid is gewaarborgd, moet een voorlopig certificaat kunnen worden afgegeven.
Kans
Het adagium ”Never let a good crisis go to waste” (doe je voordeel met een crisis) is in de context van een virusuitbraak waaraan nog altijd dagelijks duizenden mensen sterven te cynisch. Desalniettemin moeten we de kansen die zich juist nu voordoen doortastend durven grijpen. Het versnellen van de verduurzaming van de havens en transport ís zo’n kans.
Caroline Nagtegaal-van Doorn is VVD-lid van het Europees Parlement, Floor Vermeulen is VVD-gedeputeerde in de provincie Zuid-Holland, Dieke van Groningen is VVD-raadslid in Rotterdam.