Het kabinet adviseert om sociale contacten zoveel mogelijk te beperken. Hoe onderhouden ambtsdragers hun pastorale contacten als het bezoeken van mensen (vaak) niet meer kan?
„Een ontmoeting in kleine kring moet wel mogelijk zijn”, dacht ds. H. Korving, predikant van de christelijke gereformeerde Maranathakerk in Urk, afgelopen weekend nog. Maar op advies van een huisarts hakte de kerkenraad maandagavond de knoop door: de komende tijd vinden er geen catechisaties plaats, ligt heel het verenigingsleven stil en worden de huisbezoeken en pastorale bezoeken aan ouderen en kwetsbaren tot een minimum beperkt.
Een besluit dat hard aankwam bij ds. Korving, een van de drie predikanten van de gemeente. „Ik heb begrip voor de forse maatregelen, maar ze druisen volledig in tegen mijn roepingsbesef en gevoel. Juist in tijden van crisis wil je als predikant present zijn.”
De maatregel werd genomen om te voorkomen dat ambtsdragers als transporteur van het virus zullen dienen. „Urk is een hechte gemeenschap. Als het eenmaal onder ons is, kan het zich snel verspreiden. Als kerkenraad willen we voorkomen dat we het virus overbrengen op anderen, met name op ouderen, kwetsbaren en ernstig zieken.”
Hij laat de keus voor een pastoraal gesprek momenteel afhangen van het gemeentelid zelf. „Als iemand behoefte heeft aan contact, bekijken we als kerkenraad hoe we dat kunnen vormgeven: via de telefoon, via e-mail of via Skype. In crisissituaties kunnen mensen naar de pastorie komen of kom ik bij hen thuis.”
Bij een sterfgeval is het aantal contactmomenten verminderd. „Het is hier de gewoonte dat de drie gemeentepredikanten de familie om beurten ’s ochtends bezoeken. Ouderlingen sluiten om de beurt ’s avonds de dag af. Nu gaan er maximaal drie in plaats van tien personen op bezoek.”
Kaartje
Omdat alle zorginstellingen voor ouderen in Urk op slot zitten, heeft ds. Korving de gemeente opgeroepen om met ouderen en zwakken mee te leven. „Bel eens wat vaker, stuur een kaartje, kijk naar elkaar om. Dat zal hier ongetwijfeld gebeuren. Urk is een hecht dorp.”
J. H. Mauritz, ouderling in de gereformeerde gemeente te Woerden en medeauteur van het boek ”Dienen in het ambt”, belt elke dag een aantal ouderen uit zijn gemeente op. Ook de kerkenraad in Woerden besloot maandag om alle pastorale en diaconale bezoeken uit te stellen en te beperken. „Ik heb een lijstje gemaakt met mensen in een kwetsbare situatie en vraag waar ze tegenaan lopen en waarmee wij hen kunnen helpen. We wensen hen bovenal de nabijheid van de Heere toe.”
Diverse jongeren uit zijn gemeente hebben aangeboden om boodschappen te doen voor ouderen en kwetsbaren die de deur niet uit kunnen of durven. „Wij proberen de beide groepen in contact te brengen met elkaar.”
Deze week overleed een oudere vrouw uit zijn gemeente. Mauritz hoopt een bezoek te brengen aan de familie. „Dat zijn zaken die door moeten gaan.”
Via e-mail heeft de kerkenraad gemeenteleden gevraagd alert te zijn op ouderen, kwetsbare en eenzame mensen. „Vraag via de telefoon hoe het gaat, bied hulp aan of verwijs door naar de commissie voor onderlinge zorg. Ik weet van een hoogzwangere vrouw met vijf kinderen. Die kan wel wat hulp gebruiken deze dagen.”Voor ds. M. A. Post ligt zijn werk als geestelijk verzorger in zorgcentrum De Schutse in Sint-Annaland deze dagen vrijwel stil. „Het zorgcentrum heeft alle activiteiten en bezoeken stopgezet. Ik ben alleen welkom op uitdrukkelijk verzoek van de cliënt zelf.”
Telefonisch contact leggen gaat met deze doelgroep moeilijk, zegt ds. Post. „De meeste ouderen liggen op bed en zijn niet in staat een geestelijk gesprek te voeren.”
In overleg met het zorgcentrum wil de predikant van de hervormde gemeente in Stavenisse twee gemeenteleden in het zorgcentrum bezoeken die terminaal zijn. „Ik zou graag met hen uit de Bijbel lezen en een psalm zingen.”
Voor andere gemeenteleden stelt hij de kerk elke dag van 11 tot 12 uur open. „Mensen zijn welkom voor een gesprek, een gebed of om samen een psalm te zingen.”
Het valt ds. Wilbert van Iperen, predikant in de Protestantse Kerk voor de classis Veluwe, dat kerkenraden heel doortastend reageren deze weken. „Ik krijg nauwelijks vragen. Kerken regelen de meeste dingen zelf.”
De Protestantse Kerk in Nederland heeft deze week nieuwe regels voor het bezoekwerk online gezet. „Als predikanten ziek zijn, moeten ze alle sociaal contact vermijden. In andere gevallen zou pastoraal bezoek mogelijk moeten zijn, mits men zich houdt aan de voorschriften van het RIVM.”
De meeste predikanten onderhouden hun pastorale contacten echter zoveel mogelijk telefonisch, per post of via e-mail, is de conclusie van ds. Wilbert van Iperen, classispredikant voor de PKN in de regio Veluwe, na een belrondje langs zijn collega’s.
Een predikant besloot om een paar uur per dag aanwezig te zijn in de kerk voor pastorale vragen. Een kerkenraad van een andere gemeente bezorgde bij alle ouderen en kwetsbaren een bos bloemen. „Kerken zoeken naar creatieve manieren om toch present te kunnen zijn.”
Negentien tips voor pastoraat via de telefoon
„Een telefoongesprek kan een overval zijn. Dus probeer het af te spreken”, luidt de eerste van de negentien tips voor een goed pastoraal gesprek via de telefoon die de Protestantse Kerk woensdag online zette. Andere tips:
• Begin een telefoongesprek met vermelding van uw naam, uw functie, namens wie u belt, en waarom u belt.
• Begin met een eenvoudige open vraag, bijvoorbeeld: Hoe gaat het met u?
• Vragen die op het vlak van geloof en zingeving gesteld kunnen worden, zijn: Wat betekent deze situatie voor u? Kunt u vertrouwen houden? Zijn er Bijbelteksten of liedteksten die belangrijk zijn voor u?
• Bij telefonisch pastoraat hebt u alleen uw stem en de stilte als communicatiemiddelen. Dit betekent dat u vaker moet checken wat de ander precies bedoelt, zeker als het om het verwoorden van gevoelens gaat. Probeer samen te vatten en door te vragen.