Over immigratie, mensen en meningen
Neem immigratie. Je hebt mensen die bekend staan om hun hartelijkheid. Ze vinden sfeer en harmonie het belangrijkste van alles en kunnen zich drempelloos inleven in verdriet van een ander. Emoties pikken ze snel op. Ze voelen zich gelukkig als een ander gelukkig is.
Als zij een verhaal horen van een gezin dat al jaren in Nederland woont, waarvan de gezinsleden hier vrienden hebben, en waar ook nog een ziek kind is dat nergens beter behandeld kan worden dan in Nederland, dan weten ze zonder aarzelen wat de regering zou moeten doen: het gezin geen dag langer in spanning laten. Meteen een verblijfsvergunning geven of ten minste beloven.
Ze willen dat gezin ook nog een bemoedigend kaartje sturen, maar daar komt het dan weer niet van, omdat dat kaartje dagenlang blijft liggen op het tafeltje in de hoek. En de regels en wetten dan? Ja, dat begrijpen ze ook wel, maar het kan toch niet zo zijn dat regels en systemen belangrijker zijn dan mensen.
Je hebt ook mensen die zich vrijwel nooit in zo’n situatie laten inzuigen. Ze zijn gewend met een helikopterview naar de dingen te kijken. Ze kunnen niet anders dan de consequenties op lange termijn overwegen. Het zijn stabiele en principiële mensen, voor wie waarden als rechtvaardigheid en integriteit belangrijk zijn. Ze hebben oprecht mededogen met een zwakke onderliggende partij. Maar die compassie laten ze niet zo snel zien. Je leest die niet van hun gezicht af.
Ze zijn direct en duidelijk in hun communicatie. Een triest verhaal van een uitgeprocedeerd gezin trekken ze onmiddellijk naar een hoger abstractieniveau: „Is ons immigratiebeleid onrechtvaardig?” „Als je deze mensen wel een vergunning geeft, is dat dan eerlijk voor soortgelijke gezinnen, die geen steun van de media hebben?” „Wat betekent een grote instroom van immigranten voor ons land en volk op lange termijn?”
Niet dat ze daarover pas gaan nadenken als ze zo’n verhaal horen. Ze hebben daar al lang over nagedacht en een interview in de media zal hen niet snel van mening doen veranderen.
Dan heb je nog een groep dat het eigenlijk niet nodig vindt om hierover na te denken. Afspraak is afspraak. Als je iets anders wilt, moet je andere dingen met elkaar afspreken. Als ieder incident tussendoor leidt tot ad hoc beleid, wordt het chaos. Voor hen is chaos ongeveer het ergste wat er is. Zo kun je niet leven, zo kun je niet werken. Ze zijn ook niet zo gevoelig voor slachtoffergedrag. Als je wat wilt bereiken, moet je nu eenmaal de schouders eronder zetten.
Tot zover niets mis. Mensen zijn verschillend. Juist omdat we verschillend zijn, kunnen we van elkaar leren. Het gaat fout als we vinden dat je als christen, juist omdat je christen bent, principieel voor een standpunt moet kiezen. En dat je als kerk, juist omdat je kerk bent en dus barmhartig, wel móet opkomen voor dat ene met uitzetting bedreigde gezin, dat hier al jaren woont.
Op zich een prima standpunt. Maar koppel het niet aan christen-zijn of aan een Bijbelse zienswijze. Het zegt iets over jezelf! Je ziet de dingen niet zoals ze zijn, maar zoals jij bent (Talmud).
De auteur is mediator, coach en ondernemer.