Timmermans stelt vragen bij landbouwexport
Bij het bestrijden van de klimaatverandering moet ook de vraag worden gesteld of Nederland wel zo’n grote exporteur van vlees en andere landbouwproducten moet zijn. Frans Timmermans, die als vicevoorzitter van de Europese Commissie een ‘Green Deal’ moet smeden, wees daarmee donderdag op de negatieve gevolgen van de agrarische sector voor het milieu. Hij noemde de situatie rond stikstof in Nederland „acuut”, maar erkende dat de sector bezig is met „substantiële veranderingen”.
Er is geen tijd te verspillen om maatregelen te nemen, ook als die pijnlijk en complex zijn, zei Timmermans naar aanleiding van een alarmerend rapport van het Europees Milieuagentschap (EEA). „Laten we ons voorstellen dat een grote komeet op de aarde afkomt en ons over tien jaar raakt. Zullen we dan ook zeggen: ja, laten we iets doen, maar niet te ingrijpend alsjeblieft? Nee, we zouden het oplossen.”
De „echte transformatie” van de economie en de maatschappij vergt jaarlijks minstens een paar honderd miljard euro aan investeringen, bijvoorbeeld in waterstof en accu’s, zei Timmermans. Het geld voor een „systeemverandering” is er volgens hem. Bij passiviteit zijn de kosten volgens hem veel hoger en dan loopt Europa de economische voordelen en kansen mis die de omschakeling klimaatneutraliteit ook biedt.
Over de angst die her en der leeft dat alle veranderingen de werkgelegenheid en industrie schaden, wees Timmermans op een fonds voor ‘sociale rechtvaardigheid’ van minstens 100 miljard euro dat de Europese Commissie heeft aangekondigd.
Klimaatverandering is een „directe bedreiging voor ons bestaan”, waarschuwde Timmermans. Hij presenteert volgende week zijn eerste plannen. „Er ligt een enorme taak voor ons.”