Groot was de euforie in Zimbabwe toen Robert Mugabe twee jaar geleden aftrad. Maar het leven is er onder diens opvolger Emmerson Mnangagwa nog slechter op geworden, zegt mensenrechtenactivist en voorganger Ancelimo Magaya.
De werkloosheid stijgt, de inflatie ligt rond de 300 procent en de gezondheidszorg staat onder druk. Daarbij komt nog eens een ernstige droogte, waardoor voor zo’n 2 miljoen Zimbabwanen de hongerdood dreigt.
Zimbabwe staat er niet rooskleurig voor. „Weet je wat een arts nu in Zimbabwe verdient?”, vraagt bisschop Magaya. „Minder dan 100 dollar per maand. Onder Mugabe was dat nog 500 dollar.”
Magaya, bisschop van een pinksterkerk in Zimbabwe, was net als veel van zijn volksgenoten dolgelukkig toen Mugabe na 37 het veld moest ruimen. „We dachten: Misschien gaat er nu eindelijk iets veranderen, elke leider is beter dan hij. Maar inmiddels is duidelijk dat dit niet per se zo is.”
De blinde voorganger stond bekend als een verklaard tegenstander van Mugabe’s regime. „Ik heb mijn verzet altijd gezien als deel van mijn roeping”, zegt hij, tijdens een bezoek aan Nederland. Dat hij zijn activisme soms met een paar dagen in de cel moest bekopen, nam hij voor lief. Met een lach naar zijn vrouw: „Ik ben zo vaak opgepakt dat het een soort levensstijl werd. Maar het was voor de goede zaak en het heeft me enkel sterker gemaakt.”
„Het was soms moeilijk, ook voor de kinderen”, zegt zijn echtgenote. „Maar ik stond volledig achter hem.” Magaya: „De strijd is altijd teamwerk geweest.”
Gezicht
Met de komst van Mnangagwa braken er voor Magaya geen rustiger tijden aan. „Het gezicht van het regime is veranderd”, zegt hij. „Maar de repressie is alleen maar groter geworden.” Met verontwaardiging: „Mnangagwa laat zijn soldaten gewoonweg op burgers schieten.”
In augustus 2018 en januari 2019 probeerde het Zimbabwaanse leger demonstraties in de hoofdstad Harare met traangas, waterkannonnen en kogels de kop in te drukken. Er vielen beide keren doden. Het Zimbabwe Human Rights Forum telde in januari bovendien meer dan 240 gevallen van aanvallen en marteling.
In reactie op internationale veroordelingen beloofde Mnangagwa een onafhankelijk onderzoek naar het legeroptreden. „Er wordt echter helemaal niemand veroordeeld”, zegt Magaya bitter. Hij is ervan overtuigd dat Mnangagwa zelf opdracht gaf tot het keiharde optreden.
Direct na de machtsovername in 2017 waarschuwden critici al dat er met de komst van Mnangagwa weinig zou veranderen. Hij was jarenlang de rechterhand van Mugabe en diende als minister van Nationale Veiligheid ten tijde van een bloedige strafexpeditie tegen oppositieaanhangers in de regio Matabelaland, begin jaren 80. Mnangagwa heeft altijd ontkend de hand in de slachtpartij te hebben gehad, maar zijn harde optreden tegen demonstranten maakt dat niet geloofwaardiger.
Straffeloosheid
Magaya is hoopvol gestemd over een nieuwe wisseling van het regime. „Mnangagwa is geen Mugabe. Niemand was moeilijker van zijn post te krijgen dan hij.” Binnen de regerende ZANU-PF-partij is het volgens Magaya zeker geen koekoek-eenzang rond Mnangagwa, ook niet aan de top.
Onder een deel van het volk heeft hij steun, maar het grootste deel wil volgens de bisschop eindelijk echt verandering. Wat Mnangagwa volgens hem rest, is het zaaien van angst.
Of hij zelf wel eens bang is voor het regime? „Ja, dat is menselijk. Ik probeer mezelf echter moed in te praten. Het belangrijkste is dat ik de vrede van God in me draag. Moed is niet de afwezigheid van angst, maar de kunst die te overwinnen.”
Via de organisatie Zimbabwe Divine Destiny traint Magaya andere kerkleiders om zich eveneens uit te spreken over mensenrechtenschendingen en onrechtvaardigheid. Dat is in de Zimbabwaanse kerken niet vanzelfsprekend: een deel houdt zich afzijdig van politiek of flirt met het regime. Tot nu toe hebben 1700 geestelijken via de organisatie een cursus gevolgd. „Dat is zeer bemoedigend”, zegt Magaya.
Verzoening is ook onderdeel van de boodschap van zijn organisatie. „Maar die is niet onvoorwaardelijk. We hebben in dit land een geschiedenis van straffeloosheid. We moedigen onze mensen aan om vergevingsgezind te zijn, maar vergeving blijft een abstractie als die niet gepaard gaat met gerechtigheid.”