Rechter bevraagt partijen opnieuw over bewijs MKZ
Het College van Beroep voor het bedrijfsleven (CBb), de hoogste rechter voor economische zaken, heeft onlangs het onderzoek in de mond- en klauwzeerkwestie (MKZ) van Kootwijkerbroek heropend. Drie vragen.
Waar draait de zaak precies om?
Het ministerie van Landbouw besloot in 2001 tot ruiming van 240 boerderijen in Kootwijkerbroek en omstreken. Het besmettelijke MKZ-virus was aangetroffen in een bloedmonster van één dier van een kalvermester in het dorp. De overheid is volgens Europese afspraken verplicht om MKZ te bestrijden om ernstige economische schade te voorkomen.
De dieren op het betreffende bedrijf vertoonden echter niet de ziekteverschijnselen die bij MKZ horen. De boeren uit Kootwijkerbroek verzetten zich tegen het doden van de dieren.
Tot nu toe zonder succes hebben tientallen boeren in verschillende procedures de rechtmatigheid van de ruiming aangevochten. Het Cbb moet de vraag beantwoorden of de overheid terecht de bezwaren van de boeren tegen het ontruimingsbesluit heeft afgewezen.
Waarom heeft de rechter het onderzoek heropend?
Op 13 mei heeft het CBb een zitting gehouden om het ministerie, de betrokken (voormalige) boeren –dat zijn er nog vijf– en experts te horen. Naderhand hebben de rechters ontdekt dat ze hadden moeten doorvragen op een opmerking van het ministerie tijdens de zitting over het bewijs voor de aanwezigheid van MKZ in de bloedmonsters. Volgens het ministerie zijn bepaalde controles wel uitgevoerd, maar op een andere manier dan het ministerie eerder heeft verklaard. Dat wringt met elkaar. Om helderheid te krijgen, heeft de rechter alsnog vijf vragen gesteld aan het ministerie.
Hoe nu verder?
De uitspraak zou eerst uiterlijk op 6 augustus komen, daarom wil het CBb de vaart erin houden. Inmiddels heeft het ministerie de vragen beantwoord. De rechter heeft ook de experts om uitleg gevraagd. Per brief kunnen de betrokken partijen de komende tijd nog reageren. Eventueel volgt er nog een zitting op 9 oktober. Daarna komt het definitieve vonnis. Daartegen kan geen hoger beroep meer worden ingesteld.
>>rd.nl/mkz