Twee kerkverbanden hebben zaterdag een belangrijke stap naar eenwording gezet. De Gereformeerde Kerken in Nederland (DGK) willen zo snel mogelijk tot zichtbare eenheid met de Gereformeerde Kerken Nederland (GKN) komen. Vijf vragen en antwoorden.
Hoe zijn De Gereformeerde Kerken in Nederland ontstaan?
DGK komen voort uit de Gereformeerde Kerken vrijgemaakt (GKV). Bezwaarde kerkleden spraken in 2003 in de Akte van Vrijmaking of Wederkeer uit dat de GKV niet langer de ware kerk is. Volgens hen hadden zuivere en onschriftuurlijke leer een wettige plaats naast elkaar. De verontrusten spraken niet van een afscheiding of scheuring maar van een vrijmaking: kerkleden maakten zich vrij van de afdwalingen van de kerk om juist de band aan de kerk vast te houden.
Het kerkverband van de zogenoemde nieuwe vrijgemaakten koos in maart 2006 voor de naam ”De Gereformeerde Kerken in Nederland”. Om verwarring met andere kerkverbanden te voorkomen –plaatselijke kerken binnen de GKV en de Protestantse Kerk in Nederland kunnen zich ook ”gereformeerde kerk” noemen– wordt zo nodig de postale aanduiding ”hersteld” gebruikt. Het kerkverband heet voluit: De Gereformeerde Kerken in Nederland (hersteld), afgekort DGK.
Er zijn inmiddels tien gemeenten, verspreid over het land, met in totaal ongeveer 1300 leden. Die worden bediend door vijf predikanten en vier emeritus predikanten. DGK hebben een eigen ”Opleiding tot de dienst des Woords”, omdat volgens hen „externe opleidingen de vereiste Schriftgetrouwheid niet kunnen waarborgen.”
En de Gereformeerde Kerken Nederland?
De GKN ontstonden in 2009 uit enkele gescheurde gemeenten en groepen uit DGK en uit gemeenten die zich hadden losgemaakt van de GKV maar die zich nog niet bij een kerkverband hadden aangesloten. Er leven binnen de GKN min of meer dezelfde bezwaren tegen de GKV: het „loslaten van het Schriftgezag” en de „oneerbiedige en vrijblijvende omgang met Gods Woord.” Dat uit zich volgens hen in onder meer de visie op de eredienst, het huwelijk, homoseksualiteit en vrouw en ambt.
De GKN tellen twaalf gemeenten, vier predikanten, vijf emeritus predikanten en ongeveer 1200 leden.
Hoe is de verhouding tussen beide kerken?
Sinds 2014 is er een voorzichtige toenadering tussen beide kerkverbanden. De samensprekingen gingen de afgelopen jaren onder meer over de leer over de kerk, het samenleven naar de gereformeerde kerkorde, het gezag van meerdere vergaderingen, liederen in de eredienst en kerkscheuringen en schorsingen. Dat laatste is een gevoelig punt: enkele gemeenten binnen de GKN zijn immers uit DGK ontstaan.
Wat heeft de synode van DGK zaterdag besloten?
De synode van DGK kwam zaterdag in de Hessenwegkerk in het Overijsselse Heemse bijeen op een buitengewone zitting om te spreken over toenadering tot de GKN. Ze sprak uit de GKN te herkennen als „kerken van Christus, staande op het fundament van apostelen en profeten.” Ze willen zo spoedig mogelijk tot daadwerkelijke zichtbare eenheid komen. De GKN spraken in oktober al uit DGK te herkennen als kerken van Christus.
Hoe gaat het nu verder?
Deputaten adresvoering, contacten overheid en binnenlandse betrekkingen van DGK en deputaten eenheid gereformeerde belijders van de GKN zetten op deze basis hun gesprekken voort. De synode van DGK besloot om in overleg met de GKN-deputaten de route te bespreken waardoor kerkelijke vereniging kan plaatsvinden, aldus de voorzitter van DGK-deputaten ds. M. A. Sneep maandagmorgen. „Er zijn geen zaken meer die kerkscheidend van aard mogen zijn.”
De landelijke vergaderingen van DGK en GKN zullen vervolgens de laatste stap op weg naar eenheid moeten zetten.