Column (Wim van Egdom): Weercodes
Iedere ochtend is het eerste wat ik doe de website van het KNMI op m’n computer bekijken. Niet om te zien of het aangenaam weer wordt, maar om te kijken welke kleurcode de weerkundigen aan deze dag geven. De afgelopen dagen was het een bonte reeks. Veel geel en oranje, ook wat groen en gelukkig geen rood. Bij onze oosterburen zaten ze trouwens wel een paar keer in het rood, zag ik.
Op de een of andere wonderlijke manier hebben we met elkaar afgesproken welk gevoel we krijgen bij een kleur. Ik blijf dat bijzonder vinden. Want waarom geeft groen een gevoel van veiligheid en rood een gevoel van gevaar? Je zou nog kunnen denken dat we het hebben van de politiek. Rood staat immers voor communisme en socialisme. Maar wat moeten we dan met de SGP, die als huiskleur oranje heeft?
Snel terug naar de weerkleuren. Want het KNMI fungeerde de afgelopen dagen vooral als knipperlicht. Het kon zomaar gebeuren dat de meteorologen ’s ochtends een provincie nog oranje lieten kleuren, terwijl een uurtje later het gevaar werd afgeschaald tot geel. Trouwens: hoe kun je een bepaalde kleur tot een bepaalde provincie beperken? Zou een metertje over de provinciegrens er ineens geen gevaar meer zijn? Houden buien en windstoten zich keurig aan de lijntjes die wij op onze Nederlandse kaart hebben getekend?
Het moge duidelijk zijn, die kleurtjes houden me nogal bezig. Ik snap namelijk nog steeds niet waarom er niet gewoon in woorden gezegd kan worden welk gevaar er dreigt. Die kleuren maken het alleen maar onoverzichtelijk. Daarbij: als je een keer code oranje hebt afgegeven voor een gebied en er gebeurt niets, dan is die kleur dus direct flets geworden. Iedere opvoedkundige kan vertellen dat je nooit met dingen moet dreigen die je niet kunt ‘waarmaken’.
Rood, oranje, groen. Dat snapt ieder mens die wel eens een verkeerslicht heeft gezien. Stoppen of doorrijden. En bij oranje: proberen te remmen, maar als het echt niet gaat lukken tot stilstand te komen dan maar doorrijden.
Blijf ik tobben over de kleurcode geel. Daar had het KNMI nooit mee moeten beginnen. Want wat moet een mens nu toch met geel? Stel dat onze verkeerslichten ook een geel lampje zouden hebben, wat moet je dan doen? Uitstappen? Terugrijden? De puinhoop op de wegen zou niet te overzien zijn. Stoppen dus met dat onduidelijke geel, zou ik het KNMI adviseren. We ergeren er ons groen en geel aan.