Nieuwe wetten en regels hebben forse invloed op kerken. Denk aan de Algemene Verordening Gegevensbescherming (AGV) en de regels voor Algemeen Nut Beogende Instellingen (ANBI). De vraag is echter of sommige kerken niet wat doorslaan in hun ijver om zich te conformeren naar de letter van de wet.
Het gebeurde onlangs: Een predikant constateerde met enige verbazing dat de kerkblaadjes van zijn gemeente niet meer in de hal van de kerk werden klaargelegd om meegenomen te worden. Hij vroeg de koster waarom dit veranderd was. „Dat mag niet meer van de AVG, dominee”, luidde het antwoord. Waarop de predikant hem de raad gaf om dan maar burgerlijk ongehoorzaam te zijn, en de kerkbladen weer gauw op hun vertrouwde plek neer te leggen. Aldus geschiedde.
Het is een klein voorval, en het is maar de vraag of deze koster gelijk had. Tegelijk is het een illustratie van een relevante ontwikkeling: kerken worden door overheden steeds meer gezien als ‘gewone’ maatschappelijke organisaties en moeten daarom voldoen aan de regels die voor iedereen gelden. En kerken zijn er maar wat druk mee.
Nu gaat de discussie er niet over of een verordening zoals de AVG nuttig en nodig is, ook voor kerken. Zeker in een tijd van ongebreidelde digitalisering is het nodig om stringente eisen te stellen aan het gebruik van digitale persoonsgegevens. Anders worden we overgeleverd aan de Googles, Amazons en Huawei’s. Maar het is wel de vraag hoe kerken er in de praktijk mee omgaan.
Wel en wee
Uiteraard mag van kerken verwacht worden dat ze zich aan de wet houden, althans, zolang die wetten niet tegen Gods Woord ingaan. Kerken hebben hierin zelfs een voorbeeldfunctie. Dat betekent echter niet dat kerken slaafs, overijverig, wettisch of angstig moeten handelen, zeker niet als het de essentie van hun kerk-zijn aantast. Een kerkelijke gemeente is een gemeenschap van mensen die op elkaar betrokken zijn en daarom graag van elkaars wel en wee op de hoogte zijn. Hoe kunnen ze anders elkaars lasten dragen en elkaar dienen? Dat moet leidend zijn.
Dus is het geen vraag of aan leden een ledenlijst met adresgegevens verstrekt mag worden. Ook hoeft het geen vraag te zijn of in het kerkblaadje vermeld mag worden dat mevrouw Pieterse na een heupoperatie weer mocht terugkeren uit het ziekenhuis en nu enkele weken in revalidatiecentrum Herstel & Rust verblijft. En uiteraard maken we bij de aanvang van de dienst gewoon bekend dat het echtpaar Jansen deze week mocht gedenken 25 jaar getrouwd te zijn.
Anders wordt het wanneer dergelijke gegevens gedeeld worden met anderen buiten de gemeente of op vrij toegankelijke websites worden gepubliceerd. Dat kan niet zonder toestemming. Bovendien, als de 66-jarige mevrouw Gerritse aangeeft dat zij haar verjaardag liever niet vermeld ziet in de rubriek ”Onze 65-plussers” in het kerkblad, dan houden we daar natuurlijk rekening mee. Dat geldt ook als de heer Klaassen laat weten dat hij liever niet vermeld ziet dat hij een prostaatbehandeling heeft ondergaan.
Transparantie
Niet alleen de AVG, maar ook de ANBI-regeling die sinds 1 januari 2016 van kracht is, heeft vrij veel impact op kerken. De meeste kerken vallen automatisch onder de ANBI-regels, sinds hierover een convenant is gesloten tussen de Belastingdienst en het Interkerkelijk Contact in Overheidszaken (CIO). Daar zijn veel kerken bij aangesloten. Daardoor zijn giften aan kerken fiscaal aftrekbaar. Dat is mooi, maar dan moet wel voldaan worden aan de ANBI-eisen. Zo moeten gemeenten hun beleidsplannen en financiële jaarverslagen op internet publiceren.
Ook hier geldt dat het in beginsel niet verkeerd is dat kerken een bepaalde mate van transparantie betrachten. En als het goed is, hebben ze weinig te verbergen. Maar het moet niet doorslaan. Want hoe zinnig is het om voor iedere gemeente binnen een kerkverband een individueel beleidsplan te publiceren? Hoe uitgebreid moeten de jaarverslagen zijn? Of volstaan een kort gezamenlijk beleidsplan en een summier overzicht van inkomsten en uitgaven per gemeente?
Het kerkverband van de Oud Gereformeerde Gemeenten in Nederland, dat niet meedoet in het CIO, besloot tot het laatste, op basis van een groepsbeschikking van de Belastingdienst die geldt voor het kerkverband. Dat lijkt een verstandige keuze.
Godsdienstvrijheid
Het is ook de vraag wat er gebeurt als de ANBI-eisen aangescherpt zouden worden. Op dit moment gelden bijvoorbeeld zogenaamde integriteitseisen voor iedere ANBI. Dat betekent onder meer dat mensen die bij ANBI’s betrokken zijn niet mogen aanzetten tot haat of geweld.
Wat zou er gebeuren als op enig moment het criterium ”discriminatie” toegevoegd wordt aan zo’n integriteitseis? De vraag komt dan om de hoek of kerken met predikanten die Bijbelse opvattingen over seksualiteit en huwelijk uitdragen nog wel voldoen aan de ANBI-eisen. Op dit moment speelt dit issue voor zover bekend niet. En het zou uiteraard een flagrante schending zijn van de godsdienstvrijheid als dat wel het geval was. Maar onwillekeurig dringt de vraag zich op of dit soort situaties in de toekomst kunnen gaan spelen.
Zeker is dat aan subsidies of fiscale faciliteiten altijd voorwaarden gekoppeld zijn. Ze komen met ”strings attached”, zoals Amerikanen zeggen. „Wie betaalt bepaalt”, luidt het aloude adagium. De politieke discussies rond Siriz zijn illustratief. Siriz is voor ongeveer 80 procent van haar inkomsten afhankelijk van subsidies en overheidsbekostiging. Enerzijds stelt dit Siriz in staat veel goeds te doen, anderzijds maakt het haar kwetsbaar. De organisatie moet zich in allerlei bochten wringen om haar missie te kunnen blijven nastreven en tevens te voldoen aan de eis van de overheid om ”onafhankelijke” keuzehulp te geven.
Zielen redden
Terug naar kerken: zij doen er goed aan om gezonde afstand tot de overheid te bewaren en zich niet afhankelijk te maken van overheidsgeld of fiscale voordelen. Behoud van de ANBI-status moet daarom niet heilig zijn. Kerken moeten ook hun grenzen bewaken, en in het leven naar AVG en ANBI niet roomser zijn dan de paus.
Bovendien mag alle drukte om te voldoen aan wetten en regels kerken niet afleiden van hun ”corebusiness”: het redden van zielen tot uitbreiding van Gods koninkrijk. Want zij dienen Christus, Die „ver boven alle overheid en macht en kracht en heerschappij” is (Efeze 1:21).