Nederlandse auteur: Rapport over teruggang van natuur roept op tot actie
Een miljoen dier- en plantensoorten dreigen komende decennia uit te sterven. Dat zorgt ervoor dat ook het welzijn van mensen ernstig in gevaar komt.
Dat schrijven 145 wetenschappers uit 50 landen in een maandag verschenen rapport van Ipbes, een organisatie van de Verenigde Naties. Niet eerder is zo’n uitgebreid onderzoek gedaan naar de wereldwijde status van de natuur. Onder de auteurs waren vier Nederlanders, onder wie Marcel Kok, die programmaleider internationaal biodiversiteitsbeleid is bij het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL).
Volgens hem toont het rapport aan dat de natuur in een steeds rapper tempo achteruitgaat, als gevolg van onze manier van leven. „Uitsterven is voor altijd: het rapport legt dus een moreel en ethisch probleem op tafel. Verder laat het rapport zien wat de natuur allemaal voor ons mensen betekent, in ons eigen belang. Zo kan de natuur helpen om de landbouw te verduurzamen of steden leefbaar te houden.”
Het Wereld Natuur Fonds hoopt dat het rapport een „wake-up call” zal zijn. Mee eens?
„Ja, we moeten wakker worden. Toch is dat niet het enige, het rapport moet ook een call-to-action (oproep tot actie, MK) zijn. Het rapport laat zien dat er een weg uit de problemen is en wat voor beleid daarvoor nodig is.”
Wie moeten er vooral in actie komen?
„Iedereen. Politici en bestuurders, maar ook bedrijven en burgers. In 2020 lopen de huidige internationale afspraken rond natuur en biodiversiteit af. Deze Aichi-targets, die verwijzen naar de Japanse regio waar die de conferentie in 2010 was, worden niet of slechts zeer ten dele gehaald.
Het rapport komt niet toevallig juist op dit moment. Volgend jaar staat er in China een grote VN-conferentie gepland om tot een nieuw biodiversiteitsverdrag te komen. De hoop is dat ”The Global Deal for Nature” wordt gesloten, een internationaal verdrag om de natuur te redden.”
Vergelijkbaar met het Klimaatakkoord in Parijs?
„Ja, wat Parijs is in de strijd tegen klimaatverandering, kan deze deal zijn voor het behoud van de natuur. Beide verdagen moeten elkaar aanvullen en versterken. Landen onderhandelen op dit moment al over nieuwe afspraken. De hoop van de wetenschap is dat dit rapport bijdraagt aan goede besluiten in China in 2020. ”Die afspraken gaan bijvoorbeeld over het aanleggen van natuurparken? „Dat is een van de succesnummers van de Aichi-targets. Er is afgesproken dat 17 procent van de natuur beschermd moet worden. Dat is gehaald. Wel blijven er vragen over hoe effectief het beheer en behoud in sommige gevallen is. En er moet wereldwijd nog meer natuur beschermd gaan worden.”
Waar moeten de nieuwe afspraken vooral over gaan?
„Bosbouw, visserij en landbouw moeten veranderen. Het rapport stelt dat we uiteindelijk toe moeten naar een compleet ander productiesysteem en consumptiepatroon. Zoals we het nu als mensen doen, is op de lange termijn niet duurzaam, wat uiteindelijk nadelig is voor onszelf.
Klimaatverandering dient te worden gestopt en de vervuiling met pesticiden ook. Die zaken hebben directe invloed op planten en dieren, maar we hebben in de strijd ertegen nog nauwelijks voortgang geboekt.
Ook stelt het rapport allerlei perverse subsidies aan de kaak. Dan heb je het bijvoorbeeld over de Europese landbouwsubsidies. Die stimuleren nog onvoldoende de omslag naar een duurzame, natuurinclusieve landbouw. Dat kan anders.”Volgens het rapport is het verlies van natuur een even grote bedreiging als klimaatverandering.
„Ik zie klimaat en natuur vooral als twee kanten van dezelfde medaille. De interactie tussen beide is groot. Voor de natuur is het enorm belangrijk dat klimaatverandering wordt opgelost. De oplossingen voor beide problemen kunnen elkaar dan ook versterken. Goed bodembeheer en herstel zorgt voor opslag van koolstof en draagt bij aan het beperken van klimaatverandering. Groen in en rond de stad helpt om minder kwetsbaar te worden voor de gevolgen van klimaatverandering.
Soms is er wel sprake van conflicten. Dit zie je met name rond biobrandstoffen, overal waar je grond gaat inzetten om gewassen voor brandstoffen te kweken is geen plek voor de natuur. Verder hebben waterkrachtcentrales effect op de loop van rivieren en daarmee op planten en dieren. Je moet dus zoeken naar slimme oplossingen voor beide problemen.”
Wat kan de burger met dit rapport?
„De burger bepaalt uiteindelijk. In het stemhokje en in de supermarkt. Je kunt kiezen voor minder dierlijke en meer plantaardige producten. Dat is beter voor het klimaat, goed voor je gezondheid en daarmee help je ook nog eens de natuur. Omdat dierlijke producten meer landoppervlakte gebruiken. Een andere optie is om in je directe leefomgeving de natuur meer kansen te geven. Door je tuin zo groen mogelijk maken. Dus tegels eruit en planten erin.”
Feiten uit het rapport
Van het aardoppervlak is 75 procent (ernstig) aangetast door de mens. Voor oceanen geldt: 66 procent.
Sinds de industriële revolutie is 32 procent van de bossen verdwenen. En sinds 1990 ging 290 miljoen hectare verloren.
Elk jaar belandt tot 400 miljoen ton afval in oceanen en rivieren. Vervuiling door plastic is sinds 1980 met een factor tien toegenomen.
Elk jaar gebruikt de mens ongeveer 60 miljard ton aan natuurlijke hulpbronnen, Een verdubbeling sinds 1980.
Bijna driekwart van de belangrijkste visstanden is bijna tot volledig uitgeput.