Johanneskerk Breda 200 jaar
In Breda staan vier protestantse kerken die elk de naam van een evangelist dragen. De Mattheüskerk is van de christelijke gereformeerde kerk. De Markus-, Lukas- en Johanneskerk maken met de Grote Kerk deel uit van de protestantse gemeente Breda.
De Johanneskerk staat tegenover de rooms-katholieke Sint-Martinuskerk. Ten tijde van de Republiek maakten de protestanten gebruik van deze kerk in het dorp Princenhage en moesten de rooms-katholieken, die het overgrote deel van de bevolking uitmaakten, bijeenkomen in een schuurkerk. In 1801 werd de middeleeuwse kerk aan de rooms-katholieken toegewezen. De 97 hervormden kregen schadeloosstelling en konden in 1819 een eigen kerk bouwen. Dat werd de Johanneskerk.
De imponerende voorgevel, gebouwd in klassieke stijl, is witgestuct. Een trapje leidt naar een voorname, donkergroene deur, waardoor je de kerk binnenkomt. Daar staan ouderling Mieke Frankfoorder en ouderling-kerkrentmeester Arie Roobol.
Ze wijzen het oudste element in de kerk aan: de kansel, die dateert van omstreeks 1780 en afkomstig is uit de Oude Kerk van Katwijk aan Zee. De preekstoel werd in 1887 ter gelegenheid van de ingebruikneming van de Nieuwe Kerk in Katwijk overgebracht naar Princenhage. Aan de kansel is een koperen doopbekken bevestigd.
De glazen kaarsenkroon in het midden van de kerkzaal is even oud als het gebouw. Twee tekstborden aan de muur zijn iets jonger. Ze stammen uit de tweede helft van de negentiende eeuw. Op het ene bord staat de bekende tekst uit Johannes 3:16, op het andere bord, aan de overkant, een woord van Paulus uit 2 Korinthe 13:11.
Klok en orgel
Het orgel dateert uit 2003 en is gebouwd door orgelbouwer Jan van den Heuvel uit Dordrecht. Langs de muur bungelt een trektouw. Roobol trekt eraan waardoor de klok van de kerk begint te luiden. „Onder het bidden van het Onze Vader tijdens de kerkdienst wordt de klok altijd geluid.”
De naamlijst van predikanten is vervaardigd door een non uit Oosterhout. De lijst begint in het jaar 1648, toen de gemeente gesticht werd, en eindigt in 1968, toen die werd samengevoegd met de hervormde wijkgemeente Breda-Zuid. Aan de andere muur hangt het bord met de namen van de latere predikanten. De laatste is van de huidige predikant, ds. S. van Meggelen, voorzitter van de synode van de Protestantse Kerk in Nederland.
Kwatta en Etna
Verreweg de meeste gemeenteleden zijn niet in Breda geboren, zegt Mieke Frankfoorder. Zij komt uit Benthuizen, Arie Roobol uit Rotterdam. Frankfoorder: „De Koninklijke Militaire Academie en de vestiging van fabrieken vanaf de negentiende eeuw hebben veel protestanten aangetrokken. Breda had niet alleen een grote suikerfabriek, maar ook Kwatta en Etna waren hier gevestigd.”
Roobol: „Tijdens een bijeenkomst van gemeenteleden vroeg ik eens wie in deze Johanneskerk gedoopt was. Niemand stak zijn hand op. Toen ik vroeg wie er in deze kerk getrouwd was, ging het net zo. Wel waren er leden die hier hun kinderen hadden laten dopen.”
Dat laatste gebeurt niet vaak meer. Roobol: „Gemiddeld zijn er vijftig zondagse kerkgangers met een gemiddelde leeftijd van 65 plus.”
Doorsnee
Die vijftig kerkgangers vormen een doorsnee uit de kerkelijke staalkaart van het Nederlandse protestantisme, aldus Roobol. „Het varieert van vrijzinnig tot Gereformeerde Bond.”
Dat de kerk in Brabant ligt, is duidelijk. Roobol: „Soms is na de dienst een kerkganger op het terras van een nabijgelegen café te vinden.”
Johanneskerk Breda 200 jaar
Het tweehonderdjarig bestaan van de Johanneskerk in Breda wordt dit jaar tweemaal gevierd. De eerste keer was in maart, de tweede keer is in september.
De eerste steen van de kerk werd op 20 maart 1819 gelegd. Daarom was er in maart en april een tentoonstelling over tweehonderd jaar Johanneskerk in het Princenhaags Museum en was de kerk een aantal zaterdagen open voor het publiek.
De eerste dienst in de kerk vond plaats op 27 september 1819. De preek van ds. Abraham Nicolaas van Pellecom was uit Lukas 19:46: „Mijn huis is een huis des gebeds.” Tijdens de herdenkingsdienst op 29 september, waar ook burgemeester Paul Depla aanwezig zal zijn, zal deze tekst centraal staan.