HHK-ambtsdragersvergadering: in de voetsporen van de grote Ambtsdrager
De ambtelijke bediening vloeit voort uit de grote Ambtsdrager, aldus ds. D. Heemskerk. „In het Oude Testament stelde Hij de ambten in en in het Nieuwe testament riep Hij tot het ambt.”
De hersteld hervormde emeritus predikant sprak zaterdag in Lunteren op de toerustingsdag voor ambtsdragers in de Hersteld Hervormde Kerk (HHK). Ds. Heemskerk sprak voor 140 ambtsdragers over ”De ambtsdrager en de ambten van Christus”, verdeeld in: Christus’ profetische onderwijzing, Zijn Hogepriesterlijke bediening en Zijn Koninklijke regering.
„Christus is de grote Ambtsdrager, van God de Vader gezalfd en door Hem geroepen om de ambtelijke bediening te aanvaarden. Dat deed Hij vrijwillig”, aldus ds. Heemskerk. In alles is Hij de bron en het fundament voor de uitoefening van het ambt, stelde de predikant.
„De grote Ambtsdrager is de Krachtbron en Zijn Woord is de norm voor ons ambtelijk handelen. Op deze leerschool krijgen wij een blijvende plaats, raken we nooit uitgeleerd”, aldus ds. Heemskerk.
Verder stelde de emeritus predikant dat Christus Koning is en dat eeuwig zal zijn. Het Koninkrijk dat Hij verworven heeft en bewaart, ligt in Hem vast. „Het kenmerkende van onze ambtelijke bediening is dat ik alles vermag, door Christus Die mij kracht geeft”, aldus ds. Heemskerk. Hij hield de ambtsdragers voor in hun ambtelijk werk te beseffen dat het om het behoud van zielen gaat.
Over het ambt uitoefenen in de voetsporen van de grote Ambtsdrager sprak dr. P. C. Hoek, docent aan het hervormd seminarium aan de Vrije Universiteit Amsterdam. Hoe doe je dat? Volgens hem niet door Hem na te doen, maar door Hem na te volgen. Hij gaat voor en Hij wijst en bepaalt de weg. „Gehoorzamen aan Hem leer je van Hem, door Zijn Geest.”
De ambtelijke roeping houdt volgens dr. Hoek in om een voorbeeld voor de kudde te zijn en zeker geen heerschappij te voeren over haar. Wees met ontferming over haar bewogen, zoals het hart van Christus vol was van bewogenheid, adviseerde hij. Leg je daarop toe door nabij te komen, begrip te tonen, mee te voelen, mee te leven en mee te lijden. „Met ontferming bewogen is een bewogen hart. Dat betekent niet dat we met alles wat de ander zegt of klaagt instemmen. Wel moet we zoeken elkaar echt te ontmoeten”, aldus dr. Hoek.
Het weiden van de kudde met het Woord is het hart van de ambtelijke dienst, vervolgde hij. Dat betekent volgens hem dat ambtsdragers vertrouwd moeten zijn met het Woord. Het Woord dat eerlijk en heerlijk is en spreekt van zonde en genade, van hemel en hel. Het dienen in het spoor van de overste Ambtsdrager heeft ook iets van ernst. „Het gaat om zielen voor de eeuwigheid.”
Dienen is volgens de docent een leven van gebed, in navolging van de overste Ambtsdrager. Hem dienen is ook lijden aan het ambt. Paulus noemt het de littekenen van Christus.
In een aantal workshops werden ambtsdragers toegerust in onder andere de zorg voor de ziel, het huisbezoek, het gesprek over de preek, het in gesprek gaan met jongeren en hoe te handelen bij seksueel misbruik.