Het 24 Oktoberplein een dag later
Bij het 24 Oktoberplein sprak RD-verslaggever Ben Provoost met vijftiger Rob uit Kanaleneiland. Hij is werkloos en staat met Peter (idem vijftiger) bij de bloemenzee. Als de camera’s weg zijn gaat hij bloemen leggen. Hij hoopt dat het vanavond kan. Peter zegt dat hij normaal op maandag rond een uurtje of elf terugkomt uit de stad. “Ik had in die tram kunnen zitten.” Volgens hem “heeft het zo moeten zijn” dat hij dit keer “vanwege het mooie weer” de scooter pakte.
Rob is boos. Hij wijt het gebeurde aan ‘Den Haag’. “Heb je gezien wat die dader allemaal op zijn geweten heeft. Die jongen had op z’n minst thuis moeten zitten met een enkelband, maar eigenlijk definitief opgesloten. Kanaleneiland zit vol met dit soort criminelen.” Dat politici weer op campagne gaan, vindt hij goed. Zijn stem zullen ze er echter niet mee krijgen, want hij blijft morgen thuis.
Dertiger Rianne woont op honderd meter van het gebeurde. Ze werkte gisteren thuis. Nadat ze hoorde wat er was gebeurd, kwam er van werken weinig. “Het doet me meer dan ik van tevoren had gedacht.” Vandaag gaat het beter. In de lunchpauze heeft ze bloemen gekocht en gelegd. Daarmee wil ze de slachtoffers eren en uiting geven aan haar verdriet.
Twee Surinaamse vrouwen uit Amsterdam werken bij het UWV. Hun kantoor bevindt zich vlak bij het 24 Oktoberplein. Ze happen in een panini en kijken naar de menigte die bloemen legt en camera’s die dat registreren. De een zegt dat ze wat angst ervoer toen ze vanmorgen de tram nam. “Het zal toch niet wéér gebeuren.” De ander zegt dat de schietpartij vandaag en gisteren de gesprekken op het werk beheerst. “Maar het is goed om de draad weer op te pakken.”