Maatpak of harnas
„Het gaat met het televisiekijken in het orthodox-christelijke segment van onze samenleving finaal de verkeerde kant op. De ontwikkeling is desastreus en moet dan ook gestopt worden.”
Wie een paar decennia discussie over tv en films kan overzien, herkent meteen de auteur van deze uitspraak. Andries Knevel noteerde dit in 1993, in ”Doe dat ding dan uit!”, over de invloed van media op het christelijke gezin.
Het is een kwart eeuw later. Tv is uit. Jongeren uit dat „orthodox-christelijke segment van de samenleving” hebben Facebook massaal achter zich gelaten. Vier op de tien refojongeren kijken dagelijks Netflix of een alternatieve filmsite, meer dan de helft zit elke dag op YouTube en twee derde op Instagram. Veel ouders volgden de afleveringen van De Luizenmoeder en vrijwel elke predikant zag onlangs Kees van der Staaij zitten op EvaJinek.nl.
Het ontslag van een docent van het Driestar College was vorig jaar aanleiding voor een discussie over toneelspel en de filmcultuur. De gedachtewisseling had iets onbevredigends. Die draaide nu vooral om de vraag of acteurs en toneelspelers leugenaars zijn.
Hoewel ik dat bezwaar onderschrijf, is er méér nodig voor een morele beoordeling van de huidige beeldcultuur. Om maar wat te noemen: het toneelargument is moeilijk toe te passen op de vele YouTube-vloggers en eigengemaakte Instagramfilmpjes. En het aanbod op Netflix en de ‘ouderwetse’ tv is voor een steeds groter deel gevuld met films die volledig op de computer zijn samengesteld en waar geen acteur meer aan te pas komt.
In zijn twee boekjes over televisie (het andere heet ”De wereld in huis”, 1991) besteedde Knevel nauwelijks aandacht aan dit toneelargument. Hij ging wel uitgebreid in op de invloed van die beeldenstroom op het hart van de kijker. „Ons hart gaat uit naar de zonde. En juist de televisie is het moderne medium bij uitstek dat zowel de zonde in al haar facetten en verschrikkingen toont als ook dat het meest geschikt is om de zonde optimaal de kans te geven vanwege het visuele element. (..) Daarom is het blijven ‘hangen’ voor de televisie letterlijk levensgevaarlijk en levensbedreigend.”
Duidelijke taal, maar wat betekent deze analyse voor 2019? De mogelijkheden om „de zonde in al haar facetten” te zien, zijn niet afgenomen - integendeel. Het citaat van Knevel snijdt diep in het vlees als we het woord ”televisie” vervangen door ”smartphone”. Maar er is in die tussenliggende decennia meer gebeurd dan alleen een verschuiving van het ene soort beeldscherm naar het andere. Te veel om op te noemen. De kijker is niet langer passief maar is vaak zelf zender, zoals bij video’s op WhatsApp. Het aanbod is reusachtig, of het nu gaat om puriteinen of pornografie. Doordat die beelden digitaal verspreid worden, valt er veel te manipuleren; denk aan fakenieuws. En dat heeft allemaal effect op wat die media met de gebruiker doen.
Smartphone
Het plaatje is dus een stuk ingewikkelder dan dat van de tv-beelden die Knevel beschreef. Dat blijkt wel uit het onderzoek dat journalisten van de Volkskrant en De Correspondent vorige week publiceerden (zie ”Aanbevolen video’s voor jou”). YouTube is niet zomaar een moderne tv-zender, maar sluit zich als een maatpak om de kijker heen. Het bedrijf erkende vorig jaar dat kijkers meer dan 70 procent van hun tijd naar de aanbevolen video’s kijken. Vooral de smartphone is daarbij populair. Het slimme verleidingsmechanisme zorgt ervoor dat mensen daarmee gemiddeld minstens 60 minuten YouTube kijken per keer. Voeg daarbij de beelden op Facebook, dat even handig is in het voorschotelen van video’s.
Volgens het onderzoek van de Volkskrant en De Correspondent verandert zo’n maatpak geleidelijk in een harnas: het duwt kijkers ongemerkt naar meer extreme opvattingen. Of het werkelijk klopt dat mensen daardoor steeds meer naar (extreem)rechts schuiven, is maar de vraag. Zo’n beeld kan ook ontstaan zijn vanuit het politieke perspectief van de betrokken journalisten. Maar dát de algoritmes van YouTube tot extremere opvattingen kunnen leiden, zeker bij mensen die daarvoor gevoelig zijn, sluit wel aan bij eerdere theorieën en onderzoeken. En dát ze ook bij verstandige mensen tot tunnelvisie kunnen leiden, blijkt wel uit de politici die deze week de stekker uit de pulsvisserij trokken.
Vaccinatie
En als zulke algoritmes de nuances wegnemen en het debat verscherpen bij ideeën rond milieu, klimaat en duurzaamheid, waarom dan niet bij de meningsvorming rond vaccinatie, overdopen, sabbatisme, de islam, de Messiaanse beweging en de Palestijnse kwestie? Om nog maar te zwijgen over de platte aarde, vliegtuigstrepen, ufo’s, E-nummers, homo’s, evangelische stromingen, Wilders en Trump?
Het beeld wordt nog griezeliger voor wie bedenkt dat achter de schermen miljoenen nepaccounts circuleren. Vorig jaar zocht The New York Times uit hoe dat werkt: voor 225 dollar koop je 25.000 volgers op Twitter en 5000 views op YouTube heb je al vanaf 15 dollar. Schakels in deze louche handel zijn ‘klikboerderijen’ van honderden mobiele telefoons die dag en nacht niets anders doen dan video’s bekijken of apps downloaden om positieve aanbevelingen te genereren. Politici, opinieleiders en filmsterren profiteren daarvan. Kijkers menen dat ze zich in alle vrijheid kunnen informeren, maar beseffen niet dat ze misschien wel aan de leiband van lobbyisten lopen.
Nogmaals: het plaatje is dus ingewikkelder dan de tv-beelden die Knevel beschreef. Dat wil niet zeggen dat de huidige beeldcultuur minder omstreden is dan destijds, maar er zijn wel nieuwe risico’s bijgekomen. Dat vraagt om een bredere, doordachte beoordeling waarin ook aandacht is voor het effect van deze nieuwe manipulatietrucs. Algoritmes in handen van deze sociale media zijn instrumenten voor ultieme individualisering. Wie zich daar niet van bewust is, loopt het gevaar dat de grond van tussen de wortels wegspoelt. Staande blijven in zo’n storm vereist dat iemand verankerd is in een voedingsbodem van onveranderlijke waarheden en vast staat op het fundament van Gods Woord.
”Aanbevolen video’s voor jou”
Elke YouTube-gebruiker kent het fenomeen: na het spelen van een video volgen aanbevelingen voor een nieuwe. Wie niet aan de knoppen zit, krijgt een eindeloze reeks video’s voorgeschoteld. Maar waar tv-zenders een mix samenstellen van praatprogramma’s, nieuws, politiek, sport en ander vermaak, levert YouTube maatwerk. Dat ‘programma’ is maximaal afgestemd op de voorkeur van elke gebruiker.
Houdt YouTube je daarmee gevangen in een bubbel, een digitale ruimte waarin je vooral je eigen echo hoort en waar gelijkgezinden elkaar voortdurend bevestigen in hun eigen gelijk? Volgens journalisten van de Volkskrant en De Correspondent is het nog erger: het algoritme van YouTube veroorzaakt niet alleen blikvernauwing maar werkt rechtse radicalisering in de hand. „Op YouTube krijgen gebruikers vaak filmpjes gesuggereerd die net iets extremer zijn dan ze zelf bekeken.”
De journalisten hebben de ploeg er diep ingezet: ze analyseerden 1.500 kanalen, 600.000 video’s, 120 miljoen reacties, 15 miljoen aanbevelingen en 440.000 transcripties van video’s. Ze ontdekten hoe dat ingewikkelde systeem van aanbevelingen „ertoe kan leiden dat gebruikers steeds rechtser en radicaler worden”. Het kleurt hun opvattingen over vluchtelingen, Joden, wapengebruik en feminisme, om maar wat te noemen. Het mechanisme verleidt mensen naar een „reactionair rechtse echokamer die nauwelijks andere geluiden toestaat”.
De kijkers die in het verslag aan het woord komen, geven dat niet toe. Ze hebben het gevoel dat ze in het midden zitten. Toch toonden de analyses aan dat er wel degelijk sprake was van radicalisering, zoals bij de man die eerst positief was over Joden maar een jaar later een ronduit antisemitische toon aanslaat. Een enkeling is het zich bewust: „Soms voel je dat je wel gestuurd wordt, dat er een keuze voor je wordt gemaakt ja.”