Het prijskaartje van goedkope medicijnen
Steeds vaker moeten apothekers nee verkopen aan patiënten die hun medicijnen komen ophalen. Waar komt dat tekort vandaan? En is er wat aan te doen?
Schuifelend komt hij vooruit. Drie keer per dag heeft parkinsonpatiënt Hans Verschuren (75) uit Etten-Leur normaal gesproken last van freezing. „Dan blijf je met je voeten vast aan de grond geplakt – een bevriezing eigenlijk. Je kunt niet weg, of heel moeilijk”, legt hij uit. Dankzij medicijnen was zo’n freezing na anderhalf uur wel over. Maar toen Verschuren afgelopen najaar in de apotheek kwam, bleek zijn vertrouwde medicatie op. Hij kreeg een alternatief medicijn, uit Italië. „Dat moest ik wel nemen, anders had ik helemaal niets.”
Daarna werden de verschijnselen „veel onregelmatiger en langer.” Freezing duurde wel drie tot vier uur. Waarschijnlijk door een ander stofje in de medicatie, weet de Brabander, die de niet beschikbare levodopa/carbidopa al twaalf jaar gebruikte.
„Als ik een freezing heb, kan ik geen boodschappen doen of buiten in de tuin werken”, vertelt Verschuren. Ook binnenshuis is hij dan belemmerd in zijn doen en laten. „Alleen al de tafel dekken kost grote moeite. Als alles zo traag gaat, kun je moeilijk met een dienblad lopen.” Zijn vrouw nam in die tijd veel extra taken op zich. Tot er in december, na twee maanden, een telefoontje kwam van de apotheek. Verschuren kon zijn vertrouwde medicijnen weer halen. „Ik probeer ze op tijd aan te vragen en te zorgen voor een voorraad in huis.”
Levodopa/carbidopa was niet het enige middel dat het afgelopen jaar (tijdelijk) niet beschikbaar was. Voor 769 medicijnen klopten mensen tevergeefs aan bij de apotheek. Bekende voorbeelden zijn de anticonceptiepil en een middel tegen alcoholverslaving. Het tekort aan medicijnen stijgt sinds 2010 elk jaar, blijkt uit cijfers van apothekersorganisatie KNMP, die deze week weer aan de bel trok. Hoe kan dat?
De overheid zette de laatste jaren in op lagere medicijnprijzen. Met succes. Zonder die kostendaling zou de zorgpremie 50 euro per jaar hoger zijn, stelt Zorgverzekeraars Nederland. Maar voor een dubbeltje op de eerste rang zitten, gaat niet. De Nederlandse markt werd minder aantrekkelijk voor fabrikanten. Zijn er te weinig grondstoffen voor de productie, dan staat Nederland achteraan in de rij voor levering.
Te duur
Om kosten te besparen, worden veel medicijnen tegenwoordig geproduceerd in lagelonenlanden, zoals India en China. Ontstaat er een hapering in het productieproces, bijvoorbeeld door een grondstoffentekort, dan hebben we meteen een probleem. Zowel fabrikanten als groothandels hebben geen grote voorraad, want ook dat kost geld.
Vorige week klonk nog kritiek op de verzesvoudiging van de prijs van een kankermedicijn. Is het dan toch terecht dat de farmaceutische industrie dit soort prijskaartjes aan medicijnen hangt? „Goedkope middelen zijn vaak te goedkoop, de dure te duur”, zegt apotheker Madeleine Sirks van KNMP. Ze vindt het positief dat de overheid de prijzen naar beneden brengt, maar ziet dat het beleid is „doorgeslagen naar de verkeerde kant.”
Tegelijk vormen de kosten volgens haar slechts een deel van het probleem. „Vaak hebben fabrieken in India en China maar één grondstofleverancier. Zij zouden niet van één leverancier afhankelijk moeten zijn.” Sirks wijst ook op de leveringsverplichting van fabrikanten. „Het is de vraag of er wel gehandhaafd wordt.”
Epileptische aanval
Zorgverzekeraars kiezen er vaak voor alleen de goedkoopste variant van een medicijn te vergoeden – het zogenoemde preferentiebeleid. Bij een tekort kunnen andere merken moeilijk ineens de hele markt voorzien, legt Sirks uit. Een oplossing kan dus zijn dat de verzekeraar meerdere middelen gaat vergoeden, zodat patiënten niet op één medicijn zijn aangewezen.
Bij 580.000 voorschriften moeten apothekers elke maand op zoek naar een alternatief voor een niet leverbaar preferent middel. In bijna alle gevallen vinden zij met kunst- en vliegwerk wel een oplossing. Tijdrovend en kostbaar is die klus wel: Nederland is naar schatting 1,5 tot 2 miljoen euro kwijt aan extra arbeidsuren.
„Heel vervelend”, noemt Sirks het voor de patiënten die een ander doosje of potje meekrijgen bij de apotheek. Dat laatste komt hun gezondheid niet altijd ten goede. Neem de anti-epileptica waar vorig jaar een tekort aan was. Een juiste dosering van een bepaald middel luistert nauw. Klopt die niet helemaal, dan liggen aanvallen of bijwerkingen op de loer.
Tekorten aan antibiotica kunnen ook tot meer resistentie leiden. Een enkele keer is er helemaal geen alternatief. Bij fludarabine, een middel dat mensen met kanker gebruiken, is dit bijvoorbeeld niet makkelijk.