Wat kan volgen als Theresa May valt
Als de Britse Conservatieven het vertrouwen in premier Theresa May opzeggen en zij ook als premier moet aftreden, volgen er niet automatisch verkiezingen. Omdat de stemming woensdagavond binnen de partij plaatsvindt, moeten de Tories dan eerst een nieuwe partijleider kiezen. Een dergelijke leiderschapsverkiezing kan enkele weken in beslag nemen.
De nieuwe leider van de Conservatieven wordt automatisch ook premier, die in theorie de termijn van May kan afmaken. Waarschijnlijke kandidaten zijn onder anderen eurosceptici Dominic Raab (de voormalige minister van brexitzaken), oud-minister van Buitenlandse Zaken Boris Johnson, Milieuminister Michael Gove, oud-minister van Binnenlandse Zaken Amber Rudd en de huidige minister van Buitenlandse Zaken Jeremy Hunt.
Wanneer Mays opvolger zijn of haar intrek neemt in Downing Street 10, is de kans reëel dat ook in het Lagerhuis een motie van wantrouwen in stemming wordt gebracht. Labourleider Jeremy Corbyn heeft zijn kruit tot nu toe droog gehouden, maar grijpt dan waarschijnlijk zijn kans.
Als het Lagerhuis zijn vertrouwen opzegt in de door de Noord-Ierse partij DUP gesteunde regering van de Conservatieven, is er nog de mogelijkheid een nieuwe coalitie te vormen. De Tories kunnen proberen een nieuwe coalitiegenoot te vinden, maar het is dan ook mogelijk dat Labour tracht een meerderheid te vormen met eensgezinde partijen.
Wanneer een nieuwe coalitie niet binnen twee weken van de grond komt, moeten er nieuwe verkiezingen worden uitgeschreven, die binnen zes weken moeten plaatsvinden.
Het zou niet de eerste keer zijn dat Groot-Brittannië een dergelijke politieke crisis moet doorstaan. Na de zogenoemde ‘Winter of discontent’, die in het teken stond van grootschalige stakingen, verloor de toenmalige Labourregering van premier James Callaghan met één stem een motie van wantrouwen. De daaropvolgende verkiezingen werden glansrijk gewonnen door de Conservatieve Margaret Thatcher, die overigens het rolmodel is van Theresa May.
Als May woensdagavond wel een meerderheid van de partij achter zich vindt, is ze voorlopig verlost van een dreigende leiderschapscrisis. De backbenchers mogen dan een jaar lang geen motie van wantrouwen tegen haar indienen, of zoals haar voorganger John Major het in 1995 stelde: „Put up or shut up”.