Op het World Economic Forum is voorspeld dat robots over zeven jaar meer taken uitvoeren dan mensen. Als dat waar is, betekent dat een aardverschuiving op de arbeidsmarkt.
Is het zo dat enkele grote bedrijven met robots straks al het werk doen en het geld verdienen? En de mensheid qua arbeidzaamheid meer en meer buitenspel komt te staan?
Deze vraag kwam ik tegen in het dagblad Trouw (20-9), waar hoogleraar publieksfilosofie Marli Huijer en filosoof en econoom Paul Teule nadenken over de veranderingen die robotisering met zich meebrengt. Huijer stelt dat „werk niet enkel draait om het verrichten van arbeid.” Ze legt uit dat werk het leven betekenis geeft. Werk zorgt voor regelmaat en sociale contacten, voor structuur, discipline en zingeving.
Teule betoogt dat je als mens „kracht ontleent aan het feit dat je niet enkel voor jezelf werkt.” Daarbij vinden mensen het belangrijk om waardering te voelen. Hij stelt de vraag wat voor structuur de nieuwe productiekrachten –robots dus– nodig hebben. Wij krijgen geld voor het werk dat we doen. Ons huidige systeem is volgens Teule gebaseerd op ruilhandel. Zoals we vroeger met een zakje meel naar huis gingen in ruil voor de gedane arbeid, zo krijgen we nu geld overgemaakt op onze bankrekening.
Huijer verwacht niet dat robots het werk van mensen ooit overbodig maken. Persoonlijk contact, zoals in de zorg en het onderwijs, is daarvoor volgens haar veel te belangrijk. Want robots kunnen alleen gestandaardiseerd werk verrichten – tot dusver, voeg ik er zachtjes aan toe. Door robotisering zal er in ons werk meer nadruk komen te liggen op „menselijkheid en traditie.” Terecht bepleit Huijer aandacht voor de ethiek. „Want het gevaar van dehumanisering loert steeds om de hoek.”
De vraag is dus waar we over moeten nadenken. Is het over nieuwe mogelijkheden van waardering? Wat ontvangen mensen straks voor hun werk? Gebruiksrecht van basisbehoeften soms? Of moeten we juist meer nadenken over de ethische bezinning rond robotisering? Je kun je er niet van afmaken met: het zal allemaal zo’n vaart niet lopen met die robots. Dat dit een illusie is, bewijst de huiveringwekkende column van hoogleraar ethiek en spiritualiteit Ad de Bruijne in het Nederlands Dagblad (14-7): ”Demonen misbruiken ook robots”. Als je deze hebt gelezen moet je wel beamen dat we snel en urgent „minstens diepgaand” moeten nadenken over de „sprong voorwaarts” van de technologische revolutie.
Een eerste stap is mogelijk de oprichting van een denktank door twee jonge mensen waarin christenen worden opgeroepen na te denken over de maakbaarheid van deze samenleving. Techthics (techthics.nl) wil als kenniscentrum nadenken over kunstmatige intelligentie, robots enzovoorts. Het doel is technologische thema’s in christelijk perspectief te plaatsen en de impact op religie en ethiek te bepalen.
Terug naar robotisering en werk. In de Bijbel zijn basisprincipes te vinden over werk. Eén principe wil ik eruit lichten: je werkt niet voor jezelf, maar om door je werk de ander en zelfs de hele samenleving te dienen. Idealiter zou dat ook met de ontwikkeling van robots zo moeten zijn.
De auteur is directeur van de christelijke vakorganisatie CGMV. Reageren? sociaal@refdag.nl