Burgemeester Epe begrijpt emoties rond uitzetting Pakistaans gezin
Burgemeester Van der Hoeve van de gemeente Epe begrijpt de „teleurstelling en boosheid” die de uitzetting van het gezin Israël naar Polen –maandag– heeft opgeroepen bij mensen die zich voor deze Pakistaanse christenen hebben ingezet. Hij verwerpt echter de suggestie van critici dat hij deze uitzetting had kunnen voorkomen.
Dat liet Van der Hoeve vrijdag desgevraagd via zijn woordvoerder weten.
Het Pakistaanse echtpaar en zijn twee zonen verbleven ruim een jaar op een vakantiepark in Epe. Op 21 februari werden ze opgepakt en in vreemdelingenbewaring gezet. Maandag volgde uitzetting naar Polen, het land waar het gezin in 2016 Europa binnenkwam.
De situatie leidde tot onrust in Epe, met protesten bij het gemeentehuis tegen het gedwongen vertrek van de Pakistaanse christenen uit Nederland. De steungroep familie Israël heeft forse kritiek op burgemeester Van der Hoeve, die in de ogen van de groep de bevoegdheid had om de uitzetting te voorkomen.
„Alhoewel sommigen anders beweren, heeft de burgemeester alles gedaan wat binnen zijn bevoegdheden als burgemeester ligt om te bewerkstelligen dat de familie in Nederland asiel kon aanvragen”, aldus een woordvoerder van de gemeente vrijdag. Het ging om een „normale uitzettingsprocedure” die op grond van rijksbeleid werd uitgevoerd door de Dienst Terugkeer & Vertrek en „waarin de gemeente geen rol heeft.”
Eerder verzocht Van der Hoeve staatssecretaris Harbers (Justitie) tevergeefs om gebruik te maken van zijn discretionaire bevoegdheid om de asielaanvraag van het gezin in Nederland in behandeling te nemen. „Daarbij heeft hij aangegeven dat dit gezin al meer dan een jaar in Epe verblijft en dat zij zich in relatief korte tijd goed hebben geïntegreerd in de Eper samenleving. Ook heeft hij gewezen op de maatschappelijke onrust die deze zaak teweegbrengt in onze gemeente.” Inmiddels heeft de burgemeester vernomen dat de asielprocedure in Polen is gestart en „dat de juridische ondersteuning van de familie in gang is gezet.”
Openbare orde
In het verleden is er discussie geweest over de vraag of een burgemeester een uitzetting kan voorkomen, zegt voorzitter Wienen van de adviescommissie asiel en integratie van de Vereniging van Nederlandse Gemeenten desgevraagd. „Er werd wel gezegd dat een burgemeester die mogelijkheid heeft, in het belang van de openbare orde. Dat is echter een oneigenlijk gebruik van zijn bevoegdheid en daarmee is hij niet geloofwaardig meer.”
Het komt volgens Wienen vaker voor dat mensen „net voordat een bepaalde termijn verlopen is” worden uitgezet, al kan hij geen aantallen noemen.
ChristenUnie-Kamerlid Voordewind noemt de uitzetting van het gezin drie dagen voordat het in Nederland asiel had kunnen aanvragen „zuur.”