Spraakverwarring in Europa rond stormnamen
In Nederland is het niet gebruikelijk om stormen een naam te geven, maar ons omringende landen hebben wel die gewoonte. Om het verwarrend te maken, hanteert ieder z’n eigen systeem. Op naar Europese eenheid.
Het KNMI verwijst bij stormen gewoonlijk naar de datum waarop ze woedden. Zo meldt het meteorologisch instituut dat „de storm van 25 januari 1990” een van de ergste was in zeker honderd jaar en de zwaarste van de laatste decennia.
Die storm, die zeventien mensen het leven kostte, was voor het KNMI trouwens reden om het weeralarm met kleurcodes in te voeren. Achteraf bleek namelijk uit onderzoek dat de ernst van de waarschuwingen niet goed was doorgedrongen tot het grote publiek.
De storm die in de eerste week van januari over het land trok, werd in de Nederlandse media gewoon „de eerste storm van het jaar” genoemd. In Engeland heette hij echter Eleanor, in Duitsland woedde dezelfde storm onder de naam Burglind. De storm van vorige week heette in Nederland „de tweede storm van het jaar.” In Engeland en Ierland werd hij aangeduid als Fionn, in Duitsland als Friederike
Een andere zware storm, die van 28 oktober 2013, wordt in Europese landen aangeduid als de Oktoberstorm, St Jude, Christian, Simone en Allen. De storm trof de Scandinavische landen zwaar en was voor de meteorologische instituten in Denemarken, Zweden en Noorwegen reden om naamgeving van stormen in te voeren.
Dat elk land een andere naam hanteert, zaait vooral verwarring sinds de opkomst van de sociale media, stelde Evelyn Cusack, hoofd van het Iers meteorologisch instituut Met Éireannde, onlangs in een interview met nieuwszender Euronews. „Eerder was het niet echt een probleem.”
De Ierse en de Britse weerdienst zijn in 2015 begonnen met onderlinge afstemming van stormnamen. Cusack weet dat er een vergelijkbaar project loopt in Frankrijk, Spanje en Portugal. Een uniform Europees systeem heeft het echter nog niet opgeleverd.
Ergens is dat ook wel begrijpelijk: veel stormen treffen maar een deel van Europa. Zo zijn er heel wat stormen in het Middellandse Zeegebied die Noordwest-Europa nooit bereiken. Als mogelijke oplossing daarvoor noemt Cusack de indeling van Europese landen in clusters op basis van hun meteorologie. „Hopelijk vormen Europese landen de komende jaren zulke groepen, zodat we een meer uniform systeem krijgen.”
Volgens Cusack dringen waarschuwingen beter door bij het grote publiek wanneer een zware storm een naam krijgt. Mensen zouden daarmee beter voorbereid zijn. Of naamgeving beter werkt dan de kleurcode die het KNMI in Nederland hanteert, blijft onduidelijk.
Duitse storm kost naamgever geld
De Britse en Ierse lijst van stormnamen wordt sinds 2015 per jaar opgesteld. De bevolking kan daarvoor suggesties indienen. Net als voor orkanen en tyfoons, is het een alfabetische lijst van 21 letters met afwisselend jongens- en meisjesnamen (Q, U, X, Y en Z ontbreken). Het seizoen gaat in september van start. Op 12 en 13 september raasde Aileen over de Britse eilanden, begin januari waren ze aanbeland bij Eleanor.
In Duitsland kunnen burgers via de website Adopt a vortex een voorstel indienen voor een stormnaam. Die suggestie kan iemand indienen tegen laag of hoog tarief. Krijgt een storm zijn of haar naam, dan wordt er 199 of 299 euro in rekening gebracht en wordt de bedenker met naam en toenaam genoemd op de website. Uit die lijst blijkt dan gelijk dat de meesten hun eigen voornaam als suggestie indienen.
Om de verwarring compleet te maken, correspondeert deze lijst niet met de namen waarmee de Duitse media een storm aanduiden. Zo heet de januaristorm Burglind op deze website Adam. ”Adopt a vortex” is een initiatief van het instituut voor meteorologie van de Vrije Universiteit in Berlijn. De website lijkt daarmee vooral een aardige bijverdienste te zijn voor het instituut.
Lijsten voor orkanen en tyfoons
Het gebrek aan uniformiteit in de naamgeving van stormen geldt niet voor tropische cyclonen. Sinds 1979 hanteert de Wereld Meteorologische Organisatie (WMO), onderdeel van de Verenigde Naties, een wereldwijd geaccepteerd systeem. Voor orkanen, die in het Caraïbisch gebied voorkomen, en tyfoons, zoals ze in het westelijk en centrale deel van de Grote Oceaan worden genoemd, zijn er aparte namenlijsten in gebruik.
De WMO heeft een alfabetische namenlijst vastgesteld voor een periode van zes jaar (ook weer met uitzondering van de letters Q, U, X, Y en Z) en deze wordt steeds herhaald – dit jaar worden dus dezelfde namen gebruikt als in 2012. Het jaar begint altijd met de A, ongeacht of het voorgaande seizoen eindigde bij de K of de S. Jongens- en meisjesnamen komen om en om aan bod en namen van verwoestende orkanen komen niet terug. Zo is Katrina van het lijstje geschrapt sinds die orkaan in 2005 grote schade aanrichtte in de Verenigde Staten en ruim 2000 mensen het leven kostte.
‘Vrouwelijke’ orkaan eist meer slachtoffers
Als orkaan Katrina de mannennaam Kurt had gehad, waren er in 2005 in New Orleans waarschijnlijk minder doden gevallen. Tot die conclusie kwamen Amerikaanse wetenschappers van de universiteit van Illinois in 2014.
Uit hun onderzoek zou blijken dat de orkanen met uitgesproken vrouwelijke namen naar schatting vijf keer zo veel mensen het leven kosten als die met een uitgesproken mannelijke naam. Ook wanneer ze rekening hielden met de kracht van de tropische stormen, kwamen de wetenschappers tot die conclusie.
Hoe dat verschil te verklaren? Mensen denken onbewust dat een orkaan met een vrouwennaam minder gevaarlijk is dan een storm met een mannennaam, aldus de onderzoekers in het wetenschappelijk tijdschrift PNAS. Overigens geldt dat verschil in slachtoffers alleen voor zware orkanen.