Het hele hebben en houden online
Talrijk zijn ze, de zegeningen van internet. Het wordt bovendien almaar beter, beloven de grote techbedrijven. Wat zal 2018 ons brengen, en zijn we ertegen opgewassen?
Dertien jaar lang werkten rijksambtenaren en ICT’ers aan een nieuw landelijk bevolkingsregister. Het moest de perfecte database worden. Maar voor het einde van het project ook maar in zicht was –en volgens een reconstructie van NRC Handelsblad 100 miljoen euro verder– bleek de software in aanbouw alweer hopeloos verouderd. Zo snel gaan de digitale ontwikkelingen. De karavaan trekt verder, aangevoerd door de grootmachten uit Silicon Valley.
Wie installeert er nog weleens een programma op een pc? Wie slaat al zijn bestanden lokaal op? Bijna de helft van de Nederlanders werkt al in de cloud, meldde het Centraal Bureau voor de Statistiek in november. De cloud lijkt helemaal het einde: zeeën van ruimte voor je overtollige e-mails, overvolle agenda’s en ontelbare foto’s. Vaak nog gratis ook. En met de veiligheid zit het wel snor, verzekerde investeerder Jan Baan verleden jaar op een bijeenkomst van Betuwse ondernemers.
Internet der dingen
Ze gaan online, de dingen. Dat wordt al enige tijd aangekondigd en het gebeurt volop. Het is dus een veilige voorspelling voor 2018. Bij ondergetekende thuis zijn de dingen nog offline. Voor zolang het duurt. De energiemaatschappij spendeerde er ettelijke telefoontjes aan om de slimme thermostaat Toon aan te prijzen („Haal de toekomst in huis met Toon”, „Met Toon ben je baas over je huis”).
Het slimme ding geeft doorlopend inzicht in je energieverbruik, en zet aan tot besparing. De cv is voortaan met een app op de telefoon te bedienen, desnoods vanuit Marokko. Idem voor de verlichting en alle mogelijke apparaten, die dankzij slimme stekkers verbonden zijn met wifi. Uiteraard kan ook de slimme rookmelder worden gekoppeld, zodat je gealarmeerd wordt bij dreigend onheil. Toon, een bescheiden witte ‘tablet’ ter waarde van 275 euro, is er louter voor je bestwil („Eneco hangt Toon gratis aan je muur”). Zeg daar maar eens nee tegen. Voor je het weet zit je er middenin, met heel je hebben en houden: het internet der dingen.
Bitcoins
Al die dingen die online zijn, die zitten dus in de cloud. Samen met onze foto’s en video’s, de virtual reality (VR), de augmented reality (AR, uitgebreide realiteit) en de bitcoins van de geluksvogels. Over dat laatste hier geen voorspellingen, maar de dichter van het oudejaarslied wist het al: „Ach, wij vinden waar wij staren, niets bestendigs hier beneên.” Voor sommigen is dat juist de reden om in cryptomunten te stappen, want met traditionele banken en de overheid weet je het maar nooit. Als je er geen snars van snapt en dat graag zo wilt houden: de minister van Financiën, Hoekstra, staat fier aan je zijde.
Het wordt intussen drukker en drukker in de cloud. Datacentra draaien op volle toeren. Techblogs verwachten dat het dataverkeer zich zal verplaatsen naar de apparaten aan de randen van de cloud, oftewel de ”edge cloud” – zit je eindelijk in de cloud, is er weer iets nieuws. De cloud decentraliseert: naburige computers en slimme apparaten benutten elkaars data, rekenkracht en opslagruimte. Zo’n apparaat kan bijvoorbeeld een PlayStationspelcomputer zijn. De miljoenen PlayStations die op de markt zijn, hebben samen de capaciteit van tientallen datacentra.
IGeneration
De generatie die werd geboren rond de millenniumwisseling bereikt de volwassenheid. Deze ”iGeneration” groeide op met internet en smartphone als vanzelfsprekendheden, en ervaart behalve het gemak ook de keerzijden. Constante bereikbaarheid veroorzaakt stress, en stress veroorzaakt angst. Eindeloos discussiëren op Twitter is bij deze jongeren weinig populair. Zij verlangen weer naar echt, persoonlijk contact. Het christelijke opinieblad De Nieuwe Koers, doorgaans niet van de wereldmijding, kopte onlangs: „Het raam uit met die smartphone!” Een commercial van een telecombedrijf haakt aan bij dit verfrissende sentiment: „Op het aanrecht kletsen met moeders. Dat is de hollandsnieuwe manier van chatten.” Dat FVD-leider Baudet (6500 tweets sinds 2011) terugverlangt naar, om en nabij, de tijd van de Veenkoloniën, wordt opeens begrijpelijk.
Wie de kunstmatige intelligentie heeft, heeft de toekomst. Robotisering zal sommige beroepen overbodig maken en andere een impuls geven. De eerste ”cobots” zijn al gesignaleerd: robots die de werknemer een handje helpen. Zorg ervoor dat je in de slag om de efficiency als mens van vlees en bloed niet tussen de raderen geraakt.