Cultuur & boeken

Column (Christine Stam): Ver heen

tekst Christine Stam-van Gent

24 November 2017 16:11Gewijzigd op 16 November 2020 12:03
Christine Stam-van Gent. beeld RD, Anton Dommerholt
Christine Stam-van Gent. beeld RD, Anton Dommerholt

Laatst kreeg ik van iemand een welgemeende raad. Onderweg naar huis werd het me helder dat dit weleens een goed advies zou kunnen zijn. Maar ook een advies dat regelrecht indruiste tegen alles wat ik ánderen altijd heb voorgehouden. Blijkbaar kan een mens om zijn eigen as draaien. Best een nederig makende ervaring. Die me onmiddellijk deed denken aan psychiater Piet Kuiper. In de jaren 1960-1980 kon je als student niet om zijn ”Hoofdsom der psychiatrie” heen. Maar in 1983 werd Kuiper –hoogleraar en hoofd van de psychiatrische universiteitskliniek– zelf peilloos diep depressief, moest hij door leerlingen behandeld worden en werd hij ten slotte genezen door het medicijn dat hij in zijn handboeken het sterkst had afgeraden.

Als het een roman betrof zou je het ongeloofwaardig vinden, zei Kuiper zelf. ”Ver heen” (1989) is dan ook geen fictie, maar een biografie, een gedetailleerd en diepgaand verslag van een nog diepere depressie, inclusief psychoses en maandenlange opnames in de Valeriuskliniek te Amsterdam. Kuiper was artistiek aangelegd. In het boek staan schilderijen (onderdeel van zijn therapie) in kleur, muziek speelt een cruciale rol en voorin staan een paar dichtregels van de engelse Jezuïetenpater Gerard Manley Hopkins, die heel goed wist wat depressies waren. Korte, onaffe zinnen van iemand die veel pijn heeft:

O de geest, geest kent gebergte; klif, rotsenhang

Bodemloos, steil, ongevademd.

Kuiper schreef ”Ver heen” op advies van zijn behandelend arts, maar ook vanuit een diep persoonlijk plichtsbesef. Een mens draait nooit voor niets om zijn eigen as. Van binnenuit dat bodemloze gevoel, dit psychisch lijden meemaken, daar moet je als psychiater iets mee. Slechts wie daar hing / Weet hoe zeer, stamelt Hopkins.

Zo beklemmend als het diepe dal, zo ontroerend is Kuipers langzame klim naar boven. Het smelten van de ijskap vanbinnen, het weer kunnen hopen, kunnen ervaren dat het leven de moeite waard is. De dag breekt aan, de schaduw gaat voorbij.

Niet iedereen heeft zomaar het recht dat te zeggen. „Och man, je bent nog zo jong en je hebt niks meegemaakt”, kreeg ds. L. Kievit (jeugdvriend van Piet Kuiper) eens te horen toen hij een van haar zoon beroofde vrouw in Putten probeerde te troosten. Het Putten van vlak na de oorlog, met de vele vaderloze kinderen en families met vreselijke gaten. Ds. Kievit wist niets meer te zeggen, maar toen ouderling Schuitemaker, die zelf twee zoons had verloren, zijn mond opendeed en zei: „God had één Jongen en Hij wilde Hem kwijt voor jou en voor mij, voor jouw en mijn kinderen”, toen kon ze eindelijk huilen.

Zomaar midden in het gesprek, midden in nood en zorg richtte Schuitemaker het kruis op, zei Kievit. En alleen dat kruis biedt rust en troost. Want Hij, het Medicijn dat wij het meest verachten, Hij hing daar. En Hij weet hoe zeer.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer