Pew-onderzoek: minderheid protestanten gelooft nog in drie sola’s van Reformatie
Een meerderheid van de protestanten gelooft niet meer in de reformatorische leer van het sola Scriptura (alleen de Schrift) en sola fide (alleen het geloof). Dat blijkt uit een nieuw onderzoek van het Amerikaanse Pew Research Center (PRC).
De tendens om de kernwaarheden van de Reformatie te ontkennen is zowel in Amerika als in Europa waarneembaar, zo blijkt uit twee onderzoeken die het PRC hield, één in de VS en één in Europa. De verschillen tussen Rome en de Reformatie vervagen, concluderen de onderzoekers, die in Amerika 5198 mensen bevraagden en in Europa 24.599.
Slechts 30 procent van de protestanten op beide continenten gelooft zowel in het sola Scriptura als in het sola fide. De groep die vasthoudt aan een van beide is groter.
Minder dan de helft van de protestanten in de VS (46 procent) is ervan overtuigd dat men alleen zalig kan worden door het geloof; 52 procent denkt dat goede werken ook noodzakelijk zijn om de zaligheid te verkrijgen. De cijfers over de opvattingen in Europa zijn vergelijkbaar. Alleen in Noorwegen wijken die iets af. Daar houdt meer dan de helft van de protestanten strikt vast aan het sola fide.
Hetzelfde geldt voor het sola Scriptura. Bij de Amerikaanse protestanten gelooft nog 45 procent daarin, terwijl 53 procent denkt dat ook andere geschriften en opvattingen inspiratie bieden en de weg naar het heil kunnen aanwijzen. De gedachte dat de Bijbel de absolute norm is voor het menselijk handelen wordt door minder dan 30 procent van de Europese en de Amerikaanse protestanten gedeeld.
Het loslaten van de oude reformatorische grondwaarheden doet zich vooral voor bij de traditionele kerken en minder bij de evangelicalen, constateren de PRC-onderzoekers. Daarbij valt op dat evangelicalen het sola fide gemakkelijker loslaten dan het sola Scriptura. Dat heeft volgens het PRC te maken met het accent op de heiliging, zoals dat in sommige evangelicale kringen wordt gelegd. De Amerikaanse apologeet Gene Veith heeft daar wel een verklaring voor. „Wie minder spreekt over de rechtvaardiging en vooral beklemtoont dat men elke dag een heilig christelijk leven moet leiden, ontkomt er bijna niet aan dat men een beloning in het vooruitzicht stelt. Dan is de stap voor mensen maar heel klein om te geloven dat de goede werken meetellen.”
Ook het feit dat onder de niet-blanke evangelicals het sola fide meer onder druk staat dan bij evangelicale gemeenten met overwegend blanke leden, bevreemdt Veith niet. „Al bijna twee eeuwen hebben de niet-blanke gemeenten een activistische inslag. Dat heeft enerzijds te maken met het feit dat ze zijn ontstaan door het evangelisatiewerk van vooral arminiaanse opwekkingspredikers uit de 19e eeuw. Anderzijds hangt het samen met de strijd om emancipatie van de Afro-Amerikanen. Vechten voor je bevrijding zit hen in het bloed.”