Ooit stond hier de Joodse tempel. Het was het diepe verlangen van David om de ark naar Jeruzalem te brengen en voor God een huis te bouwen – „woningen voor de Machtige Jakobs.” Maar hij had te veel bloed aan zijn handen, en dus was het Salomo die dat werk ter hand nam.

Na de verwoesting van de Eerste en de Tweede Tempel bleven alleen een steunmuur en wat ondergrondse resten van het complex over.

Sinds jaar en dag is de Tempelberg inmiddels het domein van de islam. De Rotskoepel en de al-Aqsamoskee markeren de plaats waar de profeet Mohammed op zijn paard al-Buraq vanuit Mekka Jeruzalem zou hebben bezocht en naar de hemel zijn gevaren.

Het terrein op en rond de Tempelberg is regelmatig het toneel van heftige rellen tussen Joden en Palestijnen. En toch kunnen deze Israëlische politieman en een Arabische bewaker elkaar de hand schudden.

Joden dromen ervan dat op deze plaats ooit weer de woning van de Machtige Jakobs zal herrijzen: de Derde Tempel. Daar zal meer dan deze handdruk voor nodig zijn.