Waarom Princeton draait in kwestie-Keller
Kerkplanter Tim Keller loopt de Kuyperprijs mis. De U-bocht die Princeton Theological Seminary in de Verenigde Staten (VS) deze week opeens maakte, laat zien dat er in Amerika steeds minder ruimte komt voor behoudende standpunten over homoseksualiteit en de verhouding tussen mannen en vrouwen.
Eerder dit jaar was er nog geen vuiltje aan de lucht. Princeton, waar de Nederlandse theoloog Abraham Kuyper in oktober 1898 zijn beroemde Stone-lezingen hield, maakte bekend dat Keller dit jaar de Kuyper Prize zou krijgen voor zijn theologisch werk en invloed op de samenleving. De instelling roemde de predikant van Redeemer Presbyterian Church in New York als „een vernieuwend theoloog en kerkleider” en „katalysator van stadszending.”
Het was de bedoeling dat Keller op 6 april de Kuyper Prize –en een geldbedrag van 10.000 dollar– in ontvangst zou nemen. Hij zou dan spreken over kerkplanting, een onderwerp dat hem na aan het hart ligt. Keller is grondlegger van een nog altijd sterk groeiende gemeente in New York; zijn kerkplantingsnetwerk Redeemer City to City stichtte sinds 2001 wereldwijd 381 kerken in 54 steden.
Deze week kwam er echter een kink in de kabel. Vanuit Princeton en daarbuiten kwam steeds meer kritiek op de keuze om Keller de prijs toe te kennen. Volgens hen zou dat een impliciete goedkeuring betekenen van Kellers standpunten dat vrouwen niet in ambten mogen dienen en het huwelijk is voorbehouden aan één man en één vrouw.
Predikant Traci Smith vatte de bezwaren samen op haar blog: „Een instelling die als doel heeft om mannen en vrouwen voor te bereiden op het predikantschap, moet geen prijzen toekennen aan iemand die gelooft dat de helft van het studentencorps (of is het meer dan de helft?) geen gemeente mag leiden.”
De organisatoren gingen overstag. Ze gingen het gesprek aan met Keller en besloten dit jaar geen prijs uit te reiken. Princeton-president Craig Barnes maakte woensdag bekend dat hij de opvattingen van Keller op de genoemde punten ook niet deelt, maar dat de instelling geen „stemmen in de kerk het zwijgen wil opleggen.” De predikant uit New York spreekt dus gewoon zijn rede uit.
Uit de hele gang van zaken blijkt dat Princeton Theological Seminary –waar in de 19e en 20e eeuw theologen als C. Hodge, B. B. Warfield en J. Gresham Machen een calvinistisch presbyterianisme verdedigden– niet meer om de liberale stemmen in de kerk heen wil. Schrijfster Marilynn Robinson, theoloog Richard J. Mouw en rabbijn Jonathan Sacks ontvingen in het verleden allemaal de Kuyper Prize, ongeacht bepaalde conservatieve standpunten. Die tijd lijkt voorbij.
Op de achtergrond speelt ook een kerkelijk conflict. Princeton Theological Seminary is onderdeel van de Presbyterian Church (USA). Dit kerkverband verschilt sterk van mening met de kerk van Keller –de Presbyterian Church of America– over homo’s en vrouwelijke ambtdragers. De PCA is de afgelopen vijf jaar sterk gegroeid, terwijl de PCUSA—nog altijd vijf keer zo groot– sterk krimpt. Naar verwachting verliest de kerk de komende drie jaar zo’n 400.000 leden. Ongeveer 500 gemeenten scheidden zich af en sloten zich aan bij conservatievere kerkverbanden, zoals de PCA.
Evangelicalen zien Princetons draai als een nieuw bewijs dat er in de Amerikaanse samenleving minder ruimte komt voor traditionele opvattingen over huwelijk en man-vrouwverhoudingen. Als Tim Keller al te controversieel is, dan is geen enkele orthodoxe christen acceptabel.