Hij is net terug uit Uganda, waar hij met de leiding van twee theologische scholen sprak over het ontwikkelen van onlinecursusmateriaal en het organiseren van conferenties. Raymond Warnaar is vanaf het begin betrokken bij de interkerkelijke reformatorische stichting NET Foundation, nadat hij negen jaar als zendeling voor de Zending Gereformeerde Gemeenten (ZGG) in Latijns-Amerika had gewerkt. Op het kantoor van NET in Apeldoorn legt de directeur van de stichting uit dat hij zich nog vaak een zendeling voelt. „Het draait uiteindelijk om het geestelijke welzijn van de mensen die we met ons materiaal willen bereiken.”

Op tafel ligt een Bijbel opengeslagen bij Mattheüs 9. Warnaar: „Het gaat hier over Jezus’ innerlijke bewogenheid met de mensen. Hij noemt Zichzelf in dit gedeelte ook de Heere van de oogst. Dat is een kernnotie in ons werk: zonder Hem is er geen oogst.

Ik was pas in Ecuador en sprak over Lukas 5, over de wonderbare visvangst. Voordat ik aan het woord kwam, spraken er voorgangers met Zuid-Amerikaans charisma: veel armgebaren, daverend stemgeluid. Ik dacht: daar kom ik als nuchtere Hollander. Maar het Woord werkte met kracht, bleek uit de reacties die ik later kreeg. Er was honger naar het Woord.

Ook in Afrika, waar we in verschillende landen werkzaam zijn, is de roep om onderwijs vanuit de Bijbel groot. Met name pinksterkerken en evangelische kerken krijgen steeds meer door dat Bijbels onderwijs belangrijk is.”

Kunt u scholen, kerken en voorgangers direct bieden wat ze nodig hebben?

„Scholen die Bijbelgetrouw onderwijs geven, kunnen vaak snel uit de voeten met het materiaal. De basis van onze digitale cursusbibliotheek, NET Courses, bestaat uit cursussen die de kern van het gereformeerde belijden –schepping, zondeval en verlossing– weergeven.

Soms merkten we in de afgelopen tien jaar dat we te snel gingen. Dan waren de opleidingen vanwege het gebrek aan stabiel internet, visie of personeel er nog niet aan toe.

We kunnen hier op ons kantoor precies zien hoe vaak er bij een cursus wordt ingelogd en waarvandaan. Dat is een goede graadmeter voor hoe een cursus aanslaat. Als er een tijdje niet is ingelogd, gaan we met de mensen in gesprek. Niet om hen te controleren, maar om te vragen of zij problemen met het materiaal ondervinden of wat dan ook. Het is de bedoeling dat partners zelf aan de slag gaan met de NET Courses en dat wij overbodig worden.

In het materiaal dat wij ontwikkelen proberen we Bijbelse principes aan te reiken, los van een bepaalde cultuur of lokale context. Elke school kan het materiaal aanpassen aan de eigen situatie zonder daarbij de inhoud van de Bijbel tekort te doen.”

Met wie gaat u allemaal in zee?

„Wij bepalen als NET Foundation nauwkeurig met wie we samenwerken. Allereerst kijken we of de school bij ons past. We hebben scholen van presbyteriaanse en evangelicale snit onder onze partners. Ze zijn zeer trouw aan hun oorsprong. We letten op de aanbevelingen die anderen over de school geven. Verder kijken we of er visie is op het Bijbelonderwijs en of er urgentie is. Oftewel: is ons materiaal hier nodig?

Ik was een tijd geleden ergens in Afrika met een medewerker. We kwamen bij een directeur van een school, een echte ”big boss”, die ons met alle egards ontving. Hij wilde met ons gaan eten, vervoer voor ons regelen, ga zo maar door. Zoiets vertrouw ik niet. Het ging me te snel. Natuurlijk kunnen wij elkaar niet in het hart kijken, maar we proberen wel te proeven of er honger naar het Woord is.

Verder vragen we altijd om een bijdrage, bijvoorbeeld 10 euro per student. Het gaat om relatief kleine bedragen, maar het is goed om partners ook voor de financiën zorg te laten dragen.

Ik krijg regelmatig vragen over de diversiteit van de scholen waar we mee samenwerken. Wij kijken waar de geestelijke en sociale nood hoog is, antwoord ik dan. Net zoals de Heere Jezus dat deed. De Spaanse Evangelische Zending gaf ons in Ecuador eens een paar dozen met boeken van de Westminster Belijdenis in het Spaans. Dat is een heel toegankelijk geschrift dat we uitdeelden aan vijftig kleine gemeenten in onze omgeving met een meer charismatische inslag. Ze waren er blij mee en herkenden de Bijbelse noties erin. De onkunde in deze gemeenten is vaak groot.”

Er is in tien jaar tijd op digitaal gebied veel veranderd.

„Dat valt erg mee. De technologie is mooier en toegankelijker geworden, dat wel. Zeker in Latijns-Amerika. De mensen uit de sloppenwijken die bij ons in Ecuador in de kerk kwamen, zitten tegenwoordig allemaal op Facebook. Ze hebben dus een smartphone en toegang tot internet. In Afrika gaat het langzamer, met uitzondering van een paar landen.

We hebben in tien jaar steeds meer ervaring gekregen met het ontwikkelen van goede cursussen. Toen wij begonnen, leerden we de partners hoe zij hun bestaande lessen konden omzetten in digitale cursussen. Wij reikten voorbeeldcursussen aan. Onlangs zijn we zelf gestart met het maken van cursussen die we rechtstreeks aanbieden aan voorgangers en aan Bijbelscholen.

Voor het ontwikkelen van deze cursussen werken we zo veel mogelijk samen met onze partneropleidingen in bijvoorbeeld Israël, Pakistan en Colombia.

Sinds 1 september is een van onze vrijwilligers, Henk Speksnijder, benoemd als onbezoldigd operationeel directeur voor twee dagen in de week. Hij neemt mij veel werk uit handen, waardoor ik me kan richten op het ontwikkelen van nieuw cursusmateriaal en op het benaderen van opleidingen in nieuwe landen. Ik wil ook meer praktische en pastorale cursussen gaan ontwikkelen om voorgangers in gemeenten handvatten te geven voor hun pastoraat en prediking.

We werken bij NET Foundation met enkele parttimemedewerkers en daarnaast met veel vrijwilligers. De vrijwilligers draaien ten minste één of twee dagen per week mee en we verwachten ook wel wat van hen. Eén keer in de twee jaar gaan ze op reis naar onze partners, om zo meer betrokken te raken bij het werk. Het is tegelijk een soort beloning.”

Is werken met vrijwilligers niet een groot risico? De woorden vrijwillig en vrijblijvend worden vaak door elkaar gehaald.

„Dat is inderdaad een risico. We kijken het altijd eerst een halfjaar aan. Verder tekenen we een vrijwilligersovereenkomst waar we elkaar aan houden. Ik prijs ons gelukkig met onze medewerkers en vrijwilligers en hun professie. Zonder hen zouden we dit werk niet kunnen doen.”

Wat is uw doel met NET Foundation?

„Het liefst sluiten we aan bij bestaande theologische scholen, die op hun beurt contacten hebben met lokale kerken en voorgangers. Soms zien we bij wijze van spreken pas overmorgen resultaat van ons werk. We hoeven ook niet meteen resultaat te zien, dat is aan de Heere van de oogst.

Meer dan 75 procent van de voorgangers en evangelisten op het zuidelijk halfrond heeft geen Bijbelgetrouwe opleiding kunnen volgen. Het gebrek aan praktische Bijbelse kennis en principes heeft een grote negatieve invloed op de gemeenten die zij leiden, en daarmee op de lokale gemeenschap. Wij helpen voorgangers en gemeenteleden door het beschikbaar maken van online afstandsonderwijs. Ook organiseren we ontmoetingen op lokale Bijbelscholen.

Als stichting werken we regelmatig samen met zendingsorganisaties zoals de GZB, de Gereformeerde Zendingsbond, in de Protestantse Kerk in Nederland en ZGG, de zendingsorganisatie van de Gereformeerde Gemeenten. Ook hebben we contact met ontwikkelingsorganisaties in de reformatorische kring. Aanvankelijk werkten we vooral op aanvraag. Door de opgedane contacten met bijvoorbeeld de GZB kunnen we nu ook zelf opleidingen benaderen en lokale projecten steunen. Van beide organisaties hebben we jarenlang financiële steun ontvangen.”

Hoe wordt NET Foundation verder gefinancierd?

„We hebben een aantal ondernemers en vermogensfondsen die bij ons werk betrokken zijn. Sommige ondernemers geven duizenden, andere honderden euro’s. En ze delen hun ervaring en ideeën met ons. Ons vriendennetwerk, GET Connected, komt minstens één keer per jaar bijeen om ervaringen uit te wisselen. Daarnaast steunen particulieren, kerken en scholen onze projecten.”

Werkt u als relatief jonge organisatie veel aan naamsbekendheid?

„We hebben een pr-medewerker die samen met vrijwilligers scholen, kerken en particulieren benadert. Ook de themadag van donderdag is bedoeld om meer mensen met ons werk in aanraking te laten komen. ’s Middags houden we een masterclass e-learning. ’s Avonds is er een jubileumbijeenkomst waarop we mensen informeren over de voortgang van het werk en onze toekomstplannen, zoals de ontwikkeling van eigen cursussen.”

Raymond Warnaar

Raymond Warnaar werd in 1968 geboren te Rozenburg en woont sinds 2012 in Apeldoorn. Hij groeide op in Rijssen en studeerde toegepaste wiskunde en daarna onderwijs & technologie aan de Universiteit Twente in Enschede.

Hij werkte van 1991 tot 1997 bij softwarebedrijf Baan International. Van 1997 tot 2006 werkte en woonde hij samen met zijn gezin voor de Zending Gereformeerde Gemeenten (ZGG) in Ecuador. Eerst als diaconaal werker in de sloppenwijken van de havenstad Guayaquil, daarna als evangelist in de stad Portoviejo.

In 2006 was Warnaar in Nederland betrokken bij de oprichting van de interkerkelijke reformatorische stichting NET Foundation. Hij is inmiddels tien jaar directeur van deze stichting, die theologisch onderwijs op afstand mogelijk maakt. Doel van de stichting is scholen en voorgangers toe te rusten met Bijbelgetrouw studiemateriaal.

Donderdag viert stichting NET Foundation met een themadag dat zij tien jaar bestaat.

Lees ook

NET Foundation breidt werkzaamheden uit (RD.nl, 29-04-2016)

Onlinelessen theologie in Polen (Reformatorisch Dagblad, 18-03-2016)

Groei aantal gebruikers NET Foundation (Reformatorisch Dagblad, 08-04-2015)

Digitaal theologisch onderwijs : 1600 studenten studeren via NET Foundation (De Waarheidsvriend, 29-09-2011)

Theologisch onderwijs via internet (Terdege, 15-12-2010)

De zegen van internet voor de theologie : Ir. Warnaar bouwt met stichting NET digitale mogelijkheden afstandsonderwijs uit (Reformatorisch Dagblad, 16-11-2007)

Ir. Warnaar bureaudirecteur Stichting NET (Reformatorisch Dagblad, 17-10-2006)