Wekelijkse meditatie: De Herder
Een psalm van David. Hij mag door en uit genade beoefenen, door het geschonken geloof, dat de Heere zijn Herder is, Die voor hem zorgt.
Die hem geleid heeft tot op dit ogenblik toe, naar Zijn wijze raad, en hem ook verder zal leiden, en straks zal brengen in die schaapskooi hierboven, in de hemel, om eeuwig bij zijn Herder te mogen zijn. Nooit meer behoeven te dwalen en nooit meer behoeven te zondigen. David mocht ondervinden dat die Herder zijn ziel kwam te verkwikken, en dat zielsverkwikking wáre verkwikking was, die waarde had voor tijd en eeuwigheid.
In onze tekstwoorden beluisteren we dat David geloven mocht dat als hij door de doodsjordaan zou moeten, de Heere met hem zou zijn. Dat de dood een doorgang zal wezen ten eeuwigen leven. Hij mocht weten dat deze Herder de dood gedood heeft met Zijn dood. De dood is uit de dood weggenomen door het sterven van de Herder. David had in zijn leven de Overwinnaar des doods leren kennen.
O, die kudde van Koning Jezus dwaalt hier menigmaal in de duisternis. Gaat menigmaal door de dalen van doodsschaduwen. En David wist dat alleen de stem van de Herder hem moed en kracht zou kunnen geven. O, welk een donkere paden kan de Herder, Jehova, menigmaal kiezen voor Zijn schapen.
Van de schaapskooi hierboven geldt het dat zij allen zullen komen uit de grote verdrukking. Maar ook dat hun klederen witgewassen zijn in het bloed des Lams. Want de Herder, Christus Jezus, is ingegaan in het dal van de schaduw des doods. Hij heeft uitgeroepen: Mijn God, Mijn God, waarom hebt Gij Mij verlaten?
O dierbare Herder, wat heeft U een prijs betaald om de dood op te lossen tot een schaduw. En hier mag David nu in delen, in dat ware geloof. En dat geloof ziet op het bloed van de Herder. Het geloof komt tot de zalige belijdenis: Ik zal geen kwaad vrezen.
O, dan mag Gods volk op hun sterfbed getuigen: Ik lig hier voor mijns Vaders rekening. De hemelen worden geopend. Er is heimwee naar huis. Het dal des doods wordt als een poort des hemels. De Herder verandert de doodsschaduw in de morgenstond. De dood komt om ons te brengen bij de Herder.
Hij, Christus, is voor Zijn schapen de dood ingegaan. In het dal van de schaduw des doods. In de hof van Gethsemane. Aan het vloekhout des kruises, in die drie-urige duisternis. O, welk een liefde van deze Herder tot Zijn schapen. Die de eeuwige dood verdiend hebben en door en uit genade op grond van dat volbrachte werk van die Herder, Die het uitgeroepen heeft: Het is volbracht, het eeuwige leven mogen verkrijgen.
En waar nu al Zijn schapen het merkteken van het bloed zullen ontvangen. Want er zal niets inkomen wat onrein is, maar alleen wat gewassen en gereinigd is door dat dierbare bloed van dat gezegende Lam Gods, dat de zonde der wereld wegneemt. Die Kerk zal dan ook zingen: Het is door U, door U alleen, om het eeuwig welbehagen. Ja, elk schaap Zijner kudde zal eeuwig binnengaan, om eeuwig bij hun Herder en Heere te mogen zijn.
We naderen het einde van het jaar 2024. Wat kennen wij nu, jong en oud, van deze Herder?