Mens & samenleving
Bergambachtse is ”mama” voor Hongaars weeskind

„Tina, bidden”, zegt moeder Jeanet Muilwijk. „Heere, dank... zegen deze spijze, Om Jezus’ wil amen”, zegt het Hongaarse meisje eerbiedig aan de tuintafel.

Gijsbert Wolvers
27 August 2016 17:40Gewijzigd op 16 November 2020 06:01
Gastgezin Muilwijk op camping De Meulebarg in Elspeet. Boven, v.l.n.r: Sara (8), Jefta (3), Eva (9), Micha (4), onder v.l.n.r.: Jeanet (30), Lea (5), Tina (12), en Dirk (33). beeld André Dorst
Gastgezin Muilwijk op camping De Meulebarg in Elspeet. Boven, v.l.n.r: Sara (8), Jefta (3), Eva (9), Micha (4), onder v.l.n.r.: Jeanet (30), Lea (5), Tina (12), en Dirk (33). beeld André Dorst

Gastkind Tina (12) at deze week voor het laatst mee met het gezin van Dirk (33) en Jeanet (30) Muilwijk in Bergambacht. Sterker, ze was de afgelopen zeven weken onderdeel van het gezin. Vandaag vertrok ze weer vanaf vliegveld Eindhoven naar het weeshuis in Nyírbátor, in Oost-Hongarije.

De vader van het Romameisje is onbekend, haar moeder bemoeit zich niet met haar. Haar zus, Noémie (19), woont ook nog in dat tehuis. „Oren au in vliegtuig”, zegt Tina ondanks haar Hongaarse afkomst en lichte verstandelijke beperking in het Nederlands.

Vier jaar geleden besloot het echtpaar tijdens de zomer- en kerstvakanties een gastkind op te nemen in hun groeiende gezin. Dirk, zzp’er in de bouw: „We stopten toen als vrijwilliger van de vakantieweken voor gehandicapten van de Gereformeerde Gemeenten omdat ons gezin groeide. We wilden graag iets praktisch blijven doen. Daarom besloten we tot het opnemen van een gastkind. Dat maakt ook voor onze eigen kinderen duidelijk dat een eigen, veilig thuis niet vanzelfsprekend is.”

Die eigen kinderen, Eva (9), Sara (8), Lea (5), Micha (4) en Jefta (3), drinken inmiddels allemaal hun tomatensoep door een rietje. Tina zit naast Eva, met wie ze veel optrekt. Het is de achtste keer en het vierde jaar dat Tina in het gastgezin verblijft. Eerst telkens twee weken met de Kerst en drie weken in de zomer, dit jaar voor het eerst zeven weken.

„Dat werkt heel goed. Drie weken zijn best kort”, meent Jeanet. „De reisdagen gaan eraf, de eerste zondag moet ze bijkomen van de reis. Ik merk dat de lange periode van zeven weken Tina enorm goed heeft gedaan. Ze was dit keer erg op haar gemak.”

Niet alleen de Bergambachtse familie, ook Tina zelf verheugde zich op de afgelopen vakantie. Jeanet: „Toen ze aankwam, zei ze: „Mama: douchen, koffiedrinken, Holland kleding, opa en oma, fietsen, kikkers zoeken”; zaken die ze in Hongarije mist.”

Lieverds

Waarom noemt Tina Dirk en Jeanet papa en mama? Tina: „Papa en mama weet niet”, waarmee ze bedoelt dat haar natuurlijke ouders spoorloos zijn. Zijn deze papa en mama lief? „Ja”, zegt ze volmondig. „Lieverds.”

Tina trok de afgelopen weken gewoon op met het gezin. „Ze ging mee naar de kerk en maakte ook onze twee weken op de camping in Elspeet mee.” Woensdag vergezelde ze Eva naar groep 7 van de School met de Bijbel in Streefkerk.

Jeanet Muilwijk merkt dat door de komst van Tina haar man en zij een voorkeur hebben gekregen voor het opvangen van een weeskind. „Meer dan een kind dat hier vooral voor een wat luxere vakantie komt. De basisbehoefte van een kind is een liefdevolle omgeving. In het kinderhuis heeft Tina die niet, bij ons wel.”

Tina begrijpt het gespreksonderwerp. Ze gaat een tekening halen en laat die de journalist zien. Een huis, een vrolijke zon, een meisje en de woorden ”liff”, ”schat”, ”papa” en ”mama”.

Het Bergambachtse echtpaar maakt zich zorgen over Tina’s toekomst. Jeanet: „Tina is een mooi meisje. In het kindertehuis krijgt ze een verknipt beeld van seksualiteit. Het lijkt erop dat de kindertehuizen in Hongarije zichzelf in stand houden. Meiden die er wonen, worden rond hun volwassenheid met een paar duizend euro op straat gezet, worden zwanger en staan hun kind vervolgens af aan een tehuis.”

De Bergambachtse wil voorkomen dat het Tina zo vergaat. „Misschien komt ze nog eens voorgoed hierheen. Ze is welkom in ons gezin.”

Jeanet hoopt dat de artikelenserie in deze krant voor meer gastgezinnen zorgt. „Ik heb gelezen over het dalende aantal en vind dat jammer. Het is makkelijk om geld in de collectebus te doen, maar op deze manier kunnen mensen een kind echt helpen. Tina heeft het nu zeven weken fijn gehad. Je hoeft als gastouder niet bijzonder te zijn. Wij zijn ook maar doorsneemensen.”

Na het ijsje en de watermeloen leest vader Dirk de gelijkenis van de barmhartige Samaritaan. Tina vouwt eerbiedig haar handen om een arm van Jeanet heen. Dirk leest: „Wie is mijn naaste?”

----zomerserie Gastgezin

Dit is het negende en laatste deel in een serie over gastgezinnen.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl
Meer over
Gastgezin

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer