Binnenland

„Woorden van diep geloof bij het Indisch monument”

Ruim duizend belangstellenden herdachten maandagmiddag bij het Indisch monument in Den Haag de capitulatie door Japan. Temidden van de gebruikelijke kransleggingen klonk Het Indisch Onze Vader, ontstaan in een Jappenkamp.

Van onze verslaggever
15 August 2016 13:28Gewijzigd op 16 November 2020 05:44
beeld ANP
beeld ANP

8 december 1941. Aan het vredig bestaan van ambtenaar Leidelmeijer, werkzaam bij de Provinciale Waterstaat, en woonachtig in Bandung op West-Java komt abrupt een einde als de Jappen het eilandenrijk binnenvallen en ook in Nederlands-Indië de oorlog begint. Leidelmeijer moet dienst nemen als dienstplichtig Landstorm soldaat 2e klasse en wordt telefonist bij de Artillerie. Als het Koninklijk Nederlandsch-Indisch Leger op 8 maart 1942 capituleert, belandt hij in een Jappenkamp. Zijn vrouw, hoogzwanger, wordt net als alle andere gemengdbloedigen niet geïnterneerd. Wel worden alle banktegoeden van haar man bevroren. Ook zijn soldij wordt niet uitbetaald. Ze moet net als alle andere buitenkampers maar zien hoe ze zich redt.

::

Als er op 17 juli 1942 een kind ter wereld komt, stuurt ze haar kinderoppas naar het kamp. De baboe gooit op haar aangeven een briefje over de omheining, met daarop de vraag: „Hoe moet je zoon heten?” Die zoon, Frans Lendelmeijer, vertelde maandag, 71 jaar na de capitulatie van Japan zijn verhaal bij het Indisch monument in Den Haag.

Duidelijk wordt hoe de Indonesische samenleving zich na de onafhankelijkheid steeds vijandiger gaat opstellen tegen buitenkampers en ex-geïnterneerden die de Nederlandse nationaliteit aanhouden. Zo’n 350.000 van hun kiezen tussen 1948 en 1968 noodgedwongen voor een vertrek naar Nederland. Daar zwerven ze van het ene contractpension naar het andere en proberen ze te beginnen aan een nieuw bestaan.

De herdenking is ook dit jaar omlijst door de gebruikelijke ingrediënten van kranslegging, klokgelui en het Wilhelmus. Doorwrocht is de voordracht van Iris Taal, leerlinge van het Vrijzinnig Christelijk Lyceum die het monument heeft geadopteerd.

Tijdens de plechtigheid brengt een samengesteld koorensemble onder leiding van Patrick Pranger twee liederen ten gehore en het is Taal die hun ontstaansgeschiedenis uit de doeken doet. Beide, zowel de Hymne der Gevangenen als Het Indisch Onze Vader blijken in de kampen te zijn ontstaan.

De hymne staat op naam van kampgevangene Margareth Dryburgh. In juli 1942 zong zij het lied, volgens Taal een gebed, samen met twee andere Britse vrouwen voor het eerst. Later studeerde zij een heel stemmenorket is, samen met medekampbewoonster Norah Chambers. Taal : „Honderden vrouwen in de kampen werden in hun hart geraakt door dit gezongen gebed. Zij voelden zich erdoor verbonden met elkaar, met hun kinderen en met God.”

Even indrukwekkend is de geschiedenis van het Indisch Onze Vader. Een jong meisje leerde het zingen in het klooster van de zusters Ursulinen in Batavia. Toen zij in de oorlog gevangen werd gezet door de Japanse geheime dienst zong zij het iedere avond om zes uur. Medegevangenen namen het over en zongen het gebed voor lotgenoten als zij terugkwamen van een verhoor. „En zo draagt de muziek door de herinneringen bij aan het in stand houden van dit deel van onze geschiedenis”, rondt Taal af.

Dat de herdenking ook een dag is van ontmoeten en ervaringen uitwisselen blijkt na de bijeenkomst bij het monument in het World Forum. In het souterrain worden Indische hapjes geserveerd. Er klinkt vrolijke live-muziek en er wordt gedanst.

Wat meer naar achter is er een bijeenkomst rond het thema ”Oost west, thuis best?” Indonesiërs van alle leeftijden is gevraagd de foto in te sturen die hun thuis het beste verbeeldt. Voor een van hen, mevrouw Te Hasseloo blijkt het Indisch monument een thuis te zijn geworden. Toen een goede vriend van haar overleed reisde zij samen met een vriendin naar Den Haag om een boeket orchideën neer te leggen. Al mijmerend op een bankje werd hun aandacht getrokken door een jonge Aziatische vrouw die bij het monument neerknielde. „Het bleek een Japanse te zijn die naar het monument was gekomen om spijt te betuigen over wat haar land in Nederlands Indië had aangericht.”

Op een andere foto poseert een nog niet zo lang in Nederland vertoevend, Indonesisch gezin op het ijs van de Waal, met op de achtergrond de brug van Nijmegen. De tekst: „Hier staan we in een regen van witte katoen.”

Meer over
Nieuws in beeld

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer