Muziek

Cor Ardesch: Bach én Messiaen in de Dordtse dom

Zijn Bachintegrale is bijna afgerond. Maar organist Cor Ardesch is geen barokfreak geworden: hij speelt behalve Bach dolgraag ook Messiaen. De orgels in de Grote Kerk van Dordrecht bieden hem de mogelijkheid om aan beide liefdes tegemoet te komen.

Jaco van der Knijff

8 July 2016 12:56Gewijzigd op 16 November 2020 04:55
Cor Ardesch. beeld Sjaak Verboom
Cor Ardesch. beeld Sjaak Verboom

Hij zegt zich „ongelooflijk bevoorrecht” te voelen met de mogelijk­heden die hij in de Grote Kerk van Dordrecht heeft. Cor Ardesch (56), opgegroeid in het Twentse Den Ham, verruilde in 1998 Winterswijk in de Achterhoek voor het Zuid-Hollandse Dordrecht. Met het gerestaureerde Kam­orgel uit 1859 en het Bachorgel uit 2007 kan hij alle kanten op.

De komst van het laatste instrument inspireerde Ardesch om Bachs complete orgeloeuvre op te gaan nemen. Inmiddels verschenen zeventien cd’s. Het laatste deel van de serie wordt op 24 augustus gepresenteerd.

1. Dordrecht is een droomplek. Toch verlang ik nog weleens terug naar het oosten des lands.

„Ik groeide op in Den Ham. Mijn moeder was daar organist in de dorpskerk, waar zondags zo’n 1200 mensen kwamen. Als ze doordeweeks een trouwdienst moest spelen, zaten wij als kinderen op het orgel­balkon. Ik kreeg vanaf mijn negende orgelles. Toen het orgel van Scheuer in 1974 door Flentrop werd gerestaureerd en uitgebreid, stond ik er met m’n neus bovenop. Daar is mijn liefde voor de orgelbouw ontstaan: ik wilde weten hoe zo’n instrument werkt. Als orgelstudent kon ik op het prachtige gerestaureerde orgel studeren. Heel stimulerend. Een goed orgel is je beste leermeester. Mijn eerste baan kreeg ik als cantor-organist in Winterswijk. Ook een kerkelijk dorp, met drie diensten per zondag. Een drukke baan. Daar trouwden we en werden de kinderen geboren. Naar de bosrijke omgeving en de rust van het oosten des lands verlang ik nog weleens terug, ja.”

2. Met mijn benoeming in Dordt in 1998 nam mijn carrière een grote wending.

„Ik solliciteerde eigenlijk voor de lol. Wilde me weleens meten met anderen. Ik deed overigens pas bij de tweede ronde mee. Uit de sollicitanten in de eerste ronde had de jury geen keus kunnen maken. Tot m’n schrik werd ik benoemd. Het was een grote overgang, vooral voor het gezin. Ook kwam ik op een heel ander instrument terecht. Een groter contrast tussen het neobarokke Metzlerorgel in de Jacobskerk in Winterswijk en de grote romantische bak in Dordt was niet denkbaar. Het Kamorgel stond er overigens slecht bij. De restauratie door Reil, die pas in 2010 werd afgerond, heeft de oude luister weer teruggebracht. De Grote Kerk van Dordt is natuurlijk een toplocatie. Doordat ik hier organist werd, kwam ik meer in de picture, kreeg ik meer uitnodigingen. Ook mijn spel is veranderd. Dat kan niet anders met zo’n totaal ander orgel in zo’n immense ruimte.”

3. De komst van het Bachorgel in de Grote Kerk in 2007 dwong mij om me op de muziek van Bach toe te leggen.

„Nee, want ik speelde altijd al veel Bach. En nog steeds, zondags voor of na de dienst. De stichting die ervoor heeft gezorgd dat het Bachorgel kwam, wilde dat er in deze kerk ook een ander soort muziek zou klinken dan tijdens koor- en samenzangavonden meestal gebeurt. Bovendien is er met het Kamorgel moeilijk samen te spelen, omdat het zo ver weg staat. Uiteindelijk werd het niet zomaar een koororgeltje, maar een volwaardig tweede instrument. Dat heeft ervoor gezorgd dat bijvoorbeeld de orgelserie voor een gedeelte werd verplaatst naar het Mariakoor. Dat ik me door de komst van het Bachorgel nóg meer met de muziek van Bach ging bezighouden, was geen straf.”

4. Integrales van Bachs orgeloeuvre zijn er genoeg. Toch weet ik daar met de mijne iets wezenlijks aan toe te voegen.

„Er zijn veel Bachintegrales, maar niet op één orgel. Bovendien: Bram Beekman was in Nederland de laatste die alles vastlegde; dat is twintig jaar geleden. De tijd heeft sindsdien niet stilgestaan. Dat je alles op één orgel met 34 registers speelt, heeft natuurlijk z’n beperkingen. Maar het maakt je ook inventief. Het leuke is bovendien dat je gedurende de serie het orgel zich hoort ontwikkelen. Ik ben een jaar nadat het geplaatst is begonnen. Toen was het nog niet uitontwikkeld in de ruimte. We hebben de opname­apparatuur gedurende de achttien cd’s steeds exact hetzelfde opgesteld. En je hoort het orgel veranderen. Prachtig! Register­combinaties die je in 2008 niet kon maken, kun je nu straffeloos gebruiken. Het is dus ook een mooi klankdocument van het orgel geworden. Op de eerste cd speel ik de preludium en fuga in C, BWV 547. Die heb ik voor de laatste cd weer opgenomen, om het verschil te laten horen.”

5. Bij mijn Bachinterpretatie denk ik vaak terug aan mijn leermeester Piet Kee.

„De basis voor mijn Bachspel is inderdaad door Piet Kee gelegd. Hij leerde ons op zoek te gaan naar het mysterie achter de noten én uiterst zorgvuldig te registreren. Behalve dat ik de noten speel, analyseer ik ook de muziek. Wat ik ontdek, wil ik meedelen in mijn spel. Neem het ”Vater unser” uit de Grote Orgelmis, BWV 682. Eén brok emotie, barok ten voeten uit. Naar mijn mening vertolkt Bach hier de tekst ”Uw wil geschiede”. De mens die wel wil volgen, maar het lukt niet. Die spanning moet je laten horen. In mijn visie volg ik soms Kees van Houten, dan weer Albert Clement. Ook heb ik veel gehad aan de Bachstudie van Albert Schweitzer. Bewust heb ik niet geluisterd naar hoe collega’s als Ewald Kooiman, Ton Koopman of Bram Beekman het deden. Ik wilde openstaan voor de noten, in de leer gaan bij Bach zelf.”

6. Ik ben blij dat het Kamorgel mij dwingt om me ook met romantisch repertoire bezig te houden.

„Absoluut. Ik ben ongelooflijk bevoorrecht met twee prachtige orgels die elkaar aanvullen. Het ene opent je ogen voor de schoonheid van het andere. Op het Bach­orgel kun je geen Franck of Reger spelen; Brahms en Mendelssohn gaat nog net. Op het Kamorgel kun je de romantische literatuur prachtig kwijt. En moderne muziek niet te vergeten: mijn grote liefde. ”La Nativité du Seigneur” van Messiaen: geweldig! Ik ben blij dat die muziek er ook is. Gelukkig hoef ik me niet te beperken tot Bach.”

7. Een internationale orgelacademie opzetten in Dordt bleek niet zo eenvoudig.

„De Internationale Orgelacademie Dordrecht is opgericht omdat we de instrumenten waarover de Grote Kerk nu beschikt ook educatief willen gebruiken. Voor orgel­studenten is dit een heel mooie plek. Sinds 2010 wordt in Dordt tweejaarlijks een Bachfestival georganiseerd. De gemeente wilde dat de academie een onderdeel van het festival werd. Dat is steeds gebeurd. Binnen de vierde editie, die in september plaatsvindt, was er volgens de nieuwe artistiek leider echter geen plek voor de academie. Helaas. Een orgelacademie naast de beroemde in Haarlem is lastig. Van Nederlandse orgelstudenten moet je het dan ook niet hebben. Maar toen we in 2014 een groep zeer getalenteerde Russische orgelstudenten hier hadden, was het zeer geslaagd.”

8. Het is goed dat er steeds meer stads­organisten worden benoemd.

„Ja, mits die functie echt inhoud krijgt. En als er sprake is van een plek met een belangrijk orgel. Papendrecht heeft nu ook een stadsorganist, maar het is geen stad en er bevindt zich ook geen belangrijk instrument. Hier in Dordt heb ik gemerkt dat zo’n functie kan helpen om het orgel meer in de belangstelling te plaatsen. Neem Koningsdag vorig jaar. Toen heb ik voor het oog van alle camera’s Bach zitten spelen. Geweldige reclame voor het orgel, toch? Je moet er wel wat van maken. Zelf met ideeën naar het stadsbestuur gaan en nieuwe initiatieven bedenken.”

9. Improviseren is een must voor iedere kerkorganist.

„Dat strekt wel tot aanbeveling. Ik improviseer eigenlijk altijd in de dienst, om zo goed mogelijk op de situatie te kunnen inspelen. Meditatief orgelspel na de preek kun je niet op zaterdag voorbereiden. Je moet wel zorgen dat je de nodige vormen beheerst. Als de koster met je voorspel mee kan fluiten, doe je iets niet goed. Improviseren is niet: met niets naar boven en met niets terug. Je moet zorgen dat je de nodige laatjes hebt die je kunt opentrekken. En houd het als organist alsjeblieft kort. Als je niet kúnt improviseren? Speel dan liever van papier.”

10. Na de afronding van mijn Bachproject op 24 augustus ga ik…

„…zeker niet bij de pakken neerzitten. Een integrale van bijvoorbeeld het werk van Buxtehude? Nee. Het Bachproject heb ik met veel plezier gedaan, maar het heeft met acht jaar lang genoeg geduurd. Je kunt alleen in de zomermaanden opnemen en dan ook nog eens alleen ’s nachts. Dat ga je wel merken. Ik denk dat ik weer eens een cd op het Kamorgel ga maken. Dat is alweer drie jaar geleden.”

In Staccato reageren muzikanten op tien stellingen. Volgende aflevering: zaterdag 24 september.


Levensloop Cor Ardesch

Cor Ardesch (1959) werd geboren in Den Ham (Twente). Hij kreeg orgelles van onder anderen Egbert Schoen­maker en was kerkorganist in de plaatselijke hervormde dorpskerk. Voor zijn orgelstudie ging Ardesch naar het conservatorium van Amsterdam, waar onder anderen Piet Kee zijn leermeester was.

Van 1987-1998 was Ardesch als cantor-organist verbonden aan de Grote of Sint-Jacobskerk in Winterswijk (Achterhoek). In 1998 verruilde hij die plek voor de Grote Kerk in Dordrecht, waar hij Arie J. Keijzer opvolgde als organist van het Kamorgel.

In 2007 bouwde de Limburgse orgelbouwer Verschueren in het Mariakoor van de Dordtse dom een tweeklaviers orgel naar de principes van de Duitse orgelbouwer Silbermann. Bij de ingebruikname van het zogenoemde Bachorgel werd Ardesch benoemd tot stadsorganist van Dordrecht.

De organist maakte verschillende cd’s op het Kamorgel. In 2008 startte hij het project om alle orgelwerken van Bach op het nieuwe Bach­orgel vast te leggen. Inmiddels verschenen zeventien cd’s in deze serie. Op 24 augustus presenteert de organist het achttiende en laatste deel.

Ardesch is actief als orgeldocent en is als artistiek adviseur verbonden aan de Internationale Orgelacademie Dordrecht. Hij is getrouwd en heeft drie kinderen.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer