Folie van een boterkuipje hoort bij oud ijzer
Roel Elsinga uit het Groningse Grootegast betaalt niets extra’s voor afval, in tegenstelling tot het gros van zijn plaatsgenoten. „We zetten zo zelden een container aan de weg dat de gemeente het de moeite niet vindt om ons een nota te sturen.”
Hij is gepensioneerd, maar toen Roel Elsinga (1949) nog een coördinerende taak bij de politie had en zich bezighield met milieutoezicht, merkte hij dat milieuhandhaving langzamerhand in prioriteit afnam bij de overheid. „Dat maakte me triest, omdat ik vanuit mijn levensovertuiging overtuigd ben van onze verantwoordelijkheid voor de schepping. Dat lees ik bovendien in de Bijbel. Op enig moment moeten we daar verantwoording over afleggen.”
In zijn werk signaleerde Elsinga een afnemende betrokkenheid. „Toen het milieu een hot item was, had de burgemeester het vaak in zijn portefeuille. Nadat de belangstelling ervoor taande, werd de portefeuille overgeheveld naar een wethouder. Het is helaas geen populair onderwerp. Ik las net nog een kop in het Dagblad van het Noorden: ”Milieutoezicht laat politiek koud”. Ik kan dat beamen, want tijdens mijn werk voerde ik overleg hierover met provincie en gemeenten. Nog altijd blijkt er veel te weinig aandacht te zijn voor een gedegen afvalverwerking, is mijn overtuiging. Het is overigens fijn dat het in mijn eigen gemeente goed geregeld is.”
Koffiefilterzakjes
In Grootegast heeft Elsinga de mogelijkheid om al zijn afval naar een inzamelaar te brengen. Het groene afval verzamelt hij in een aanhangwagen. Als die vol is, brengt hij de inhoud weg. „Daar liggen naast het snoeihout dus ook de koffiefilterzakjes in en zaken die goed in compost verwerkt kunnen worden.
Plastic wordt hier in speciale zakken wekelijks opgehaald. Papier en oud ijzer breng ik naar het inzamelpunt van de intergemeentelijke stortplaats. Daar zit bijvoorbeeld het aluminiumfolie van een boterkuipje bij. Ik ben me ervan bewust dat veel mensen dat niet eens weten. Door het werk dat ik altijd heb gedaan, ben ik er uiteraard meer op gespitst.”
Servetten die er na de maaltijd nog redelijk uitzien, gaan bij het oud papier. „Ik realiseer me dat het voor jonge mensen lastiger is. Ze zijn vaak slordiger, hebben het druk, ze produceren meer afval – ik denk aan wegwerpluiers.”
De gemeente Grootegast werkt met een diftarsysteem, vertelt Elsinga. „Het aantal kilo’s afval wordt gewogen op het moment dat de container geleegd wordt. Wij zetten die hooguit drie tot vier keer per jaar aan de weg. Met zo weinig inhoud dat de gemeente niet eens de moeite neemt om ons een nota te sturen. Het maken daarvan zou meer geld kosten dan ik moet betalen.
Op een goede en verantwoorde wijze je van je vuilnis ontdoen, doe je in de eerste plaats voor het milieu. Leuke bijkomstigheid is dat het geld oplevert. Het is ook een soort sport en het vergt discipline.”
Via plastic dopjes sponsort de Beukelmanschool een blindengeleidehond
Op de Ds. Joannes Beukelmanschool in Alblasserdam is afval een belangrijk onderwerp. „Twee jaar geleden gaf Koos de Vuilnisman ons voorlichting over wat je ermee kunt doen”, vertelt meester W. op ’t Hof. „Tijdens de koffie constateerden we als collega’s dat afval eigenlijk niet Bijbels is. Het gesprek ging de diepte in. Hoe gaan we met de schepping om? Toen vonkte het. We vroegen ons af of we goede rentmeesters zijn als we iedere dag allerlei pakjes en verpakkingen in de vuilnisbak laten verdwijnen. Rommel die de afvalberg alleen maar laat groeien. Als wij ons hier niet van bewust worden en het niet anders gaan doen, zullen onze kinderen al die afval de normaalste zaak van de wereld gaan vinden.”
Op de reformatorische Beukelmanschool ging de knop om. „We geven lessen die bewustwording op gang brengen met als thema ”Van-afval-naar-grondstof”. Onze leerlingen treden op als ambassadeurs in de gezinnen. Alle wegwerpverpakkingen zijn verbannen. Kinderen hebben een duurzame, afwasbare trommel en beker. In de lokalen is een scheidingssysteem waar de leerlingen verantwoordelijk voor zijn. Plastic, papier, gft en restafval gaan apart. Er is een milieuhoek ingericht waar batterijen, cartridges, oude mobiele telefoons, gebruikte stiften, lijmpotten en pennen worden ingezameld. Buiten staat een speciale container voor afgewerkt frituurvet.”
Al met al zijn dit grondstoffen voor nieuwe producten, zolang alles gescheiden worden ingezameld. Ze leveren op deze manier een paar tientjes per ophaalbeurt op. „Zo snijdt het mes aan twee kanten. Verder verzamelen we plastic doppen om een blindengeleidehond te sponsoren. Dat onze school misschien de eerste afvalvrije reformatorische school is, is veel minder belangrijk. Waar het om gaat, is dat alle scholen dit vonkje laten ontbranden.”
serie Rentmeesters
Dit is het derde deel in een serie over duurzaamheid in de gereformeerde gezindte naar aanleiding van onderzoek van het RD. In Puntkomma van 7 juli deel 4: Wat kunnen kerken doen aan duurzaamheid?