Een broze man qua gezondheid, maar geladen in prediking en van profetische allure. De presentatie van het verzameld werk van ds. G. Boer (1913-1973) trok dinsdagavond in Gouda de volle breedte van de gereformeerde gezindte.
Ik ben ontroerd om te zien hoe na 43 jaar het gedachtegoed van mijn vader nog steeds actueel is, vertelde mevrouw G. Lanting-Boer, het enige nog levende kind van het drie kinderen tellende gezin van ds. Boer, voor een uitpuilende zaal van Driestar educatief. Uit handen van W. B. Kranendonk van uitgeverij De Banier nam zij het lijvige exemplaar ”Tijdbetrokken vreemdelingschap” (849 blz.; € 59,95) in ontvangst.
De verhalen in de wandelgangen bevestigden haar woorden: veel herinneringen aan haar vader kwamen naar boven. Of men had ds. Boer „nog” gehoord, of men had kennisgenomen van zijn werken. Die interesse in deze markante voorzitter van de Gereformeerde Bond ging dwars door alle kerken heen: vertegenwoordigers uit de ‘oude’ Nederlandse Hervormde Kerk, waarvoor ds. Boer zich had ingezet en waaraan menselijkerwijs zijn hart het letterlijk begaf, en vertegenwoordigers van de kleinere reformatorische kerken gingen gisteravond opvallend eensgeestes met elkaar in gesprek. Het gaf de avond ongetwijfeld iets van heimwee naar verloren tijden.
Opwekking
Ds. C. Blenk, hervormd emeritus predikant in Den Haag, herinnerde zich hoe hij als student van de Gereformeerde Gemeenten ds. Boer hoorde. Hij was gegrepen door de manier waarop deze predikant met prof. dr. H. Berkhof discussieerde over de crisis van het Godsbestaan in de moderne cultuur. Ds. Boer verlangde naar reformatie en opwekking, zodat hij openstond voor de boodschap van de pinksterbeweging („de doop met de Geest is meer dan wedergeboorte”).
Ds. Boer sprak over de gereformeerde gezindte in de crisis en stelde dat in de Schotse kerk de scholastiek minder kans gekregen heeft omdat deze kerk door vervolging is heengegaan. „Wij hebben ons meer bekommerd over de handhaving van de formulieren dan over de zalving met de Geest”, zei hij.
Ten aanzien van de Afscheiding vroeg ds. Boer zich af: ging Christus met De Cock mee, of bleef Hij onder de reglementen? Ds. Blenk: „Ds. Boer erkende zegen bij afgescheidenen, maar vermaande hen bij die zegen te blijven. Boer hoopte op theologische steun van afgescheidenen in de hervormde strijd.”
Dr. ir. J. van der Graaf kende ds. Boer al uit zijn verlovingstijd, vervolgens werd het contact verdiept als voorzitter van de CSFR en zijn functie als algemeen secretaris bij de Gereformeerde Bond. „Zijn prediking heeft ons geestelijk gestempeld en verrijkt. Boer preekte ook vanuit het tota Scriptura (heel de Schrift) over vervulling met de Geest en over geestelijke groei. Is er groei, was een standaardvraag in zijn preken.”
Ds. Boer was volgens hem voor vele studenten een van de wegwijzers op de zoektocht van vragen inzake de toe-eigening van het heil en van verbond en verkiezing, evenals de leer van de kerk, gegeven de kerkelijke verdeeldheid. „Zeker, sommige zaken zijn gedateerd, andere contextueel bepaald, weer andere gegeven met kerkelijke frontposities in zijn dagen. Boer diende in zíjn tijd. Het ging hem om de kerk. Hij heeft aan de kerk, in haar verdeeldheid en verval, geleden, binnen haar gestreden en voor haar gebeden.”
Toen prof. dr. A. de Reuver zo’n vijftig jaar geleden onder het gehoor van ds. Boer kwam, wist hij het: hier gebéúren de woorden van de Heidelbergse Catechismus over de sleutels van het hemelrijk. „Hier wordt de sleutel gehanteerd en knarst de deur in de scharnieren. Open en dicht. Dicht en open. Zo hanteerde ds. Boer de sleutel en zwaaide de deur van de genade open. Niet op een kiertje, maar wagenwijd.”
Genadige ontmaskering
Christocentrisch was zijn prediking ongetwijfeld, maar volstrekt in een trinitarisch kader. God in Christus tegenwoordig stellen onder de beademing van de Geest was zijn last, zei dr. De Reuver. „Een prediking van deze statuur heeft twee kanten. Enerzijds krijgt een mens het onder die Woordbediening zwaar te verduren. Maar niet genadeloos. Er vindt genadige ontmaskering plaats. Genade, heb ik Boer meer dan eens horen zeggen, is de doodsteek voor alle vanzelfsprekendheid en eigengerechtigheid. Wie het heil denkt op te strijken alsof het de gewoonste zaak van de wereld was, wordt hardhandig uit de droom geholpen.”
Het Evangelie is geadresseerd aan het minste en geringste, aan wat verloren is. „Zelfgenoegzame lieden hebben altijd een hekel gehad aan dit Evangelie. Het is nu eenmaal niet besteed aan mensen die kaarsrecht op de benen staan. Maar die gebroken door het leven gaan, hinkend als Jakob weleer, die vinden er de Heiland, Die heel maakt wat geschonden is. En wie zich door het oordeel van de Sinaï niet neer laat halen, gaat op de gerichtsplaats Golgotha wel door de knieën. Wie dáár nog stokstijf op de been blijft, weet niet wat hij doet. Zo was de teneur van Boers verkondiging.”
Zie ook:
Ambassadeur van godswege (Terdege, 29-04-2009)
Ds. G. Boer, theoloog en prediker van de verzoening : Prediking als een gebeuren van godswege (De Waarheidsvriend, 13-10-2005)
Zware tonen, heldere klanken : Ds. G. Boer liet geestelijke en theologische erfenis na die nog steeds actueel is (Reformatorisch Dagblad, 07-09-2005)
Ds. G. Boer, altijd predikant : ‘En wonderlijk toch, hij is niet oud geworden’ (De Waarheidsvriend, 15-01-1998)
In memoriam - Tot gedachtenis (De Waarheidsvriend, 25-01-1973)
Een indrukwekkende stoet begeleidde de baar van wijlen ds. G. Boer : Ruim 1500 aanwezigen (Reformatorisch Dagblad, 23-01-1973)
Genade-gave geheim van profetische inspiratie : Betekenis ds. G. Boer (Reformatorisch Dagblad, 18-01-1973)