Scholingspotten blijven momenteel leeg doordat weinig vaste mensen in dienst worden genomen, zegt Henk Klein Poelhuis, voorzitter van de Aannemersfederatie Nederland Bouw en Infra. Dat komt omdat werknemers in deze sector duurder zijn in vaste dienst dan wanneer gebruik wordt gemaakt van uitzend- en payrollconstructies. Ook bepaalde wetgeving, zoals loondoorbetaling in het tweede ziektejaar, weerhoudt de aannemers ervan mensen in vaste dienst te nemen. „We zitten midden in een vicieuze cirkel”, zegt Klein Poelhuis.

Het onderzoek wijst verder uit dat het aantal gespecialiseerde bouwbedrijven met personeel de afgelopen jaren bijna is gehalveerd. Waren er in 2008 nog een kleine 4400 van dit soort ondernemingen, in 2014 ging het om circa 2300. De werkgelegenheid liep zelfs met 57 procent terug tot 15.250. Ondertussen nam het aantal eenmanszaken toe van 17.000 in 2008 tot 21.200 in 2014.

In de totale bouwnijverheid daalde de productie en de werkgelegenheid van werknemers met bijna 25 procent. Volgens Klein Poelhuis hebben gespecialiseerde bouwers en afbouwers de laatste jaren rake klappen gehad. „De raakste in de gehele bouwkolom, die velen helaas niet meer te boven zijn gekomen. Er heeft in onze gelederen een ware veldslag gewoed.”

De bouwproductie leeft echter weer op, zo tekent hij ook aan. Om de sector echt weer goed aan de praat te krijgen en te houden, moet volgens Klein Poelhuis een goede instroom vanuit opleidingen ontstaan. Daartoe moet er minder aandacht komen voor algemene vakken en meer aandacht voor praktische vakken. Ook moet de toegang tot kredieten verbeteren en moeten gespecialiseerde bouwers en afbouwers meer gezamenlijk projecten gaan aanpakken.