Zijn moslims eng? Een nieuw initiatief maakt het wel erg makkelijk om hen te ontmoeten en dat zelf te beoordelen. „Op safari” naar een moslimgezin.
Vrijdagmiddag, halfvijf. Selma Ablak staat in de keuken van haar nieuwbouwwoning in Amsterdam-Noord. Haar voorbereidingen laten niets te raden over: het wordt een overvloedige maaltijd, straks. Op Turkse leest geschoeid. Linzensoep, köfte en lahmacun: het zijn gerechten die voor Selma, haar man Ahmet en hun drie kinderen gesneden koek zijn.
Een paar minuten later gaat de bel. Een Nederlands gezin staat op de stoep, ook met drie kinderen. Ze zijn hartelijk welkom. De schoenen gaan uit –traditie bij zo’n beetje ieder gezin met wortels in het Midden-Oosten– en een sapje wordt ingeschonken.
In de woonkamer worden beleefdheden uitgewisseld. Beide gezinnen hebben elkaar nog niet eerder ontmoet. Ze vonden elkaar via een nieuw initiatief van het Platform INS (zie ”Strijders voor de dialoog”), waarbij het de bedoeling is dat niet-moslims een hapje mee-eten bij moslims thuis.
Kloof overbruggen
”Ontmoet een moslim”, heet het initiatief. Angst wegnemen, begrip creëren, de kloof overbruggen: het zijn kernwoorden die de bedoeling duidelijk maken. En dat geldt naar twee kanten, benadrukt Selma Ablak. „Aan de ene kant kunnen moslims zich via dit project openstellen voor niet-moslims. Aan de andere kant kunnen niet-moslims een keer bij een islamitisch gezin binnenkomen om te ervaren hoe het er daaraan toegaat.”
Ablak treedt niet alleen op als gastvrouw, ze is zelf ook de drijvende kracht achter de ontmoetingen. „Het loopt goed. Over heel Nederland hebben we nu zo’n 65 aanmeldingen binnengekregen. Die proberen we nu allemaal te koppelen aan gastgezinnen. Maar niet op alle plaatsen hebben we voldoende islamitische gezinnen die hun huis willen openstellen. Dus afhankelijk waar iemand vandaan komt, gaan we op zoek naar een geschikt gastgezin.”
Exotische diersoort
Niet alle moslims zijn overigens te spreken over dit soort initiatieven. Toen de Evangelische Omroep een jaar geleden een symposium organiseerde rond het thema ”I love muslims”, was bijvoorbeeld moslima en journaliste Lamyae Aharouay daar ontevreden over. „Alsof moslims een exotische diersoort zijn”, zei ze toen. Ook studentengroepen van de Christelijke Hogeschool Ede die in Rotterdam proberen in gesprek te komen met moslims, vallen bij haar in ongenade. Die groepen gaan „op safari”, verweet Aharouay hun.
In datzelfde genre vallen ook de maaltijden van het initiatief ”Ontmoet een moslim”. Wie wil, kan in die titel lezen dat moslims wel een heel bijzonder soort vormen – zo exotisch dat je er bewust moeite voor doet om er één te ontmoeten.
Maar die beeldvorming neemt coördinator Selma Ablak voor lief. Dat de ontmoeting tot stand komt, vindt ze veel belangrijker. „Kijk naar de omstandigheden van de afgelopen jaren. Er is een grote kloof ontstaan tussen moslims en niet-moslims. De sfeer is niet fijn. Juist in deze tijd is het belangrijk dat zowel moslims als niet-moslims over de drempel heen stappen en elkaar ontmoeten.”
Oer-Hollands
Deze vrijdagavond levert de ontmoeting geen enkel probleem op. De oer-Hollandse Jelle (9) en Auke (7) kunnen het al snel goed vinden met de Turks-Nederlandse Kemal (12) en Saliha (9). Het viertal verdwijnt al snel naar boven, waar ze zich vermaken op de kamer van Saliha.
Tussen Ekrem (5) en Ymke (2) botert het wat minder. Ze willen, hoe kan het ook anders, allebei hetzelfde flapjesboek vasthouden. Ymke voelt zich noch door een cultuurkloof, noch door het leeftijdsverschil geremd om Ekrem een flinke duw te geven.
De ouders merken het nauwelijks op: ze zijn zelf in een geanimeerd gesprek verwikkeld. De Turkse politiek, de beeldvorming van de islam in Nederland, het christelijk geloof: het passeert allemaal de revue.
Als het tijd is om aan tafel te gaan, spreekt dochter Saliha, in het Turks, een zegenbede uit. Ook het Nederlands gezin bidt hardop, in Jezus’ Naam. Het biedt gespreksstof voor tijdens de maaltijd.
Elkaar bekeren is overigens niet het doel van het initiatief, zegt Selma. „Sowieso denken wij dat bekeren niet het werk is van mensen.” Het Nederlands echtpaar knikt instemmend. Er zijn veel en grote verschillen, maar hier denken ze precies zo over.
Deegballetjes
Intussen laat de maaltijd zich prima smaken. De linzensoep gaat er bij iedereen goed in. Over de met vlees gevulde deegballetjes in yoghurt lopen de meningen meer uiteen. Jelle en Auke zeggen niet veel, maar hun gezicht spreekt boekdelen.
De zelfgemaakte köfte –vleesspiesjes omhuld met groente– maakt echter alles goed, en datzelfde geldt voor de pikante lahmacun, beter bekend als Turkse pizza. En als Selma en haar man dan ook nog mierzoete baklava met ijs serveren, is het feest compleet.
Zijn moslims eng? Jelle en Auke weten het zeker: nee. Terreur, geweld, omstreden Koranverzen: het zal allemaal wel vanavond. „Het zijn net mensen”, schreef journalist Joris Luyendijk ooit ironisch over moslims. „Een moslim is zoals ieder ander gewoon een mens”, doet Selma er nog een schepje bovenop, terwijl ze de overgebleven Turkse pizza’s in folie inpakt en klaarlegt voor de gasten, om mee te nemen naar huis.
Het is al laat op de avond als beide gezinnen afscheid van elkaar nemen. Voor iedereen is duidelijk: dit smaakt naar meer. Letterlijk en figuurlijk.
Strijders voor de dialoog
Het initiatief ”Ontmoet een moslim” is onderdeel van het van oorsprong Turkse Platform INS. Dat islamitische platform werkt in Nederland al jaren aan burgerschap, maatschappelijke participatie, onderlinge solidariteit en aanverwante thema’s.
De mensen achter INS zijn rasechte strijders voor de dialoog: via allerlei cursussen, symposia en publicaties proberen ze hun steentje bij te dragen aan de maatschappij.
De achterliggende visie is gebaseerd op de ideeën van de Turkse islamgeleerde Fethullah Gülen, die in zelfgekozen ballingschap leeft in de Verenigde Staten. Het achterliggende jaar verslechterde de relatie tussen de Gülenbeweging en de regerende AK-partij in Turkije in snel tempo.
Gülen heeft miljoenen, vooral Turkse, moslims geïnspireerd om enerzijds een zeer devoot leven te leiden waarin de islamitische verplichtingen een hoofdrol spelen, maar anderzijds voluit open te staan tegenover andersdenkenden.
Critici verwijten de beweging dat ze op macht uit is door, onder meer via scholen, te „infiltreren” in de maatschappij. In Nederland zijn twee onderzoeken gehouden naar de Gülenbeweging. Daaruit komt naar voren dat er geen enkel gevaar bestaat voor radicalisering, maar ook dat de beweging niet altijd even transparant is over haar bedoelingen.
>>platformins.nl