Economie

Gideonsbende niet kansloos in slag om koopzondag

In zowel Leeuwarderadeel als in Huizen hebben christelijke partijen minder dan 30 procent van de zetels. Toch ging in Leeuwarderadeel het aantal koopzondagen van 52 naar 12 en blijven in Huizen de winkels elke zondag dicht. SGP-voorman Bource (Huizen): „Niet in alle situaties geeft het telraam de doorslag.”

31 March 2015 11:47Gewijzigd op 15 November 2020 17:49
beeld ANP
beeld ANP

In het rode Friese Leeuwarderadeel, de geboortegrond van de socialistische revolutionair Pieter Jelles Troelstra (1860-1930), resulteerde de slag om de koopzondag in „een oorlogje in het klein”, zegt CDA-fractievoorzitter Sytse Brouwer.

Zijn partij bedong vorig jaar na de succesvol verlopen gemeenteraadsverkiezingen –het CDA boekte zijn beste resultaat in twintig jaar en groeide van 3 naar 4 zetels– dat er een onderzoek naar koopzondagen moest worden ingesteld. Op basis van conclusies uit deze studie als: „Een beperkt aantal van de winkels die niet open zijn op zondag ervaart wel (beperkte) negatieve invloed, met name een lagere omzet” en: „Het merendeel van de ondernemers is tegen koopzondagen”, wilde het college (PvdA, CDA en VVD) de winkeltijdenverordening aanpassen. Het aantal koopzondagen moest van 52 per jaar worden gereduceerd tot 9 per jaar.

Dat bleek tegen het zere been van met name supermarktondernemers. Zij probeerden de politiek te bespelen en zetten vooral de collegepartijen PvdA en VVD onder zware druk. Ook burgers die graag op zondag wilden winkelen, roerden zich.

De talloze boze telefoontjes en dreigbrieven waren voor PvdA en VVD genoeg reden om hun steun voor het oorspronkelijke plan in te trekken. „We hebben toen gezocht naar een nieuw compromis”, zegt Brouwer. „Supermarkten mogen ook in de toekomst iedere zondag open. Niet-levensmiddelenwinkels mogen nog maar twaalf zondagen open.” Het college is nu bezig om twaalf koopzondagen aan te wijzen. Het in februari aangenomen voorstel treedt nog voor de zomer in werking.

Motie van wantrouwen

De raadsvergaderingen over de koopzondagen verliepen niet in goede sfeer, blikt Brouwer terug. „We hebben er twee keer over vergaderd; een keer zelfs vijf uur lang. Daarin ging het hard tegen hard. Oppositiepartijen dreven de spot met het CDA. Ze wierpen ons voor de voeten dat we achterlijk zijn en onze wil proberen op te leggen aan een seculiere meerderheid. De twee oppositiepartijen Gemeentebelangen en de Fryske Nasjonale Partij dienden zelfs een motie van wantrouwen in tegen het college. De relaties in de raad zijn er niet beter op geworden. Gelet op zo veel weerzin denk ik weleens: Hier zijn geen aardse krachten aan het werk.”

Hoewel de koopzondagendiscussie de CDA-fractievoorzitter niet in de koude kleren is gaan zitten, heeft hij er nooit letterlijk wakker van gelegen. „Van boze telefoontjes waarin mensen soms in ferme bewoordingen zeggen hoe ze erover denken, trek ik me niets aan. Ik troost me dan met de gedachte dat zij ook niet op mij hebben gestemd.” Wel veel bijval kreeg hij vanuit zijn achterban. „Minder koopzondagen is een van onze speerpunten. Dat hebben wij in de campagne voortdurend benadrukt. Onze kiezers steunen ons hierin.”

Tot de CDA-kiezers in Leeuwarderadeel behoren ook behoudende christenen. „In onze gemeente is geen ChristenUnie of SGP”, zegt Brouwer. „Orthodoxe protestanten, waartoe ik ook mezelf reken, stemmen in Leeuwarderadeel CDA en zijn ongeveer goed voor één zetel. Behalve maatschappelijke argumenten tegen de koopzondagen hebben wij ook onze religieuze bezwaren.”

Breekpunt

De VVD zwaait al decennialang de scepter in Huizen. De gemeenteraadsverkiezingen van 2014 verliepen echter desastreus voor de liberalen. De partij kreeg nog wel de meeste stemmen, maar kwam op hetzelfde zeteltotaal uit als het CDA: 5 zetels. In de onderhandelingen, waarin de koopzondag een sleutelrol speelde, werd de VVD aan de kant geschoven.

Voorlopig lijkt in Huizen de strijd om het invoeren van de koopzondag beslist in het voordeel van de confessionele partijen. Het huidige beleid van de zondagsopenstelling blijft gehandhaafd, staat er in het door CDA, D66, GroenLinks ChristenUnie en SGP geschreven collegeprogramma. Dit vanwege het feit dat dit onderwerp voor CDA, ChristenUnie en SGP „een zwaarwegend punt” is.

„Een zegen van onze goede God”, noemt SGP-fractievoorzitter Rob Bource het huidige beleid van nul koopzondagen in Huizen. Zowel ChristenUnie als SGP had het onderwerp koopzondag al voor de verkiezingen tot „breekpunt” gebombardeerd. Voor de SGP in Huizen is er geen politiek standpunt dat zwaarder weegt dan de zondagsrust, licht Bource toe.

Om aandacht te vragen voor het thema koopzondag en de nadelige aspecten daarvan, organiseerden SGP en ChristenUnie in december 2013 de debatavond ”Zondag in de uitverkoop?!”. Daar werd ook een door het CDA gehouden onderzoek gepresenteerd, waaruit bleek dat bijna 60 procent van de 123 ondervraagde winkeliers tegen zondagsopenstelling is.

Verharden

Behalve dat op de avond veel gebruikelijke argumenten tegen winkelopenstelling op zondag de revue passeerden, merkte een winkelier op dat het voor Huizen belangrijker is om energie te steken in het levendiger maken van winkels in de zes dagen dat ze open zijn dan het invoeren van koopzondagen. Bource: „Dat standpunt werd vanuit de zaal met applaus beantwoord.”

De SGP bedient zich van „de volle breedte van alle bezwaren tegen koopzondagen”, aldus de fractievoorzitter. „Dat zijn behalve principiële bezwaren ook inhoudelijke argumenten. Zo wijzen wij bijvoorbeeld op de positie van werknemers en kleine ondernemers, de waarde van een rustpunt in de week, het belang van sociale cohesie, het nut van een collectieve vrije dag en milieuaspecten.”

De verwijten van andere partijen dat christelijke fracties ondernemers en winkelend publiek in hun vrijheid beknotten door hen niet zelf te laten kiezen voor koopzondagen, laat Bource niet onberoerd. „Het is aangrijpend hoe de tegenstellingen lijken te verharden en de toleranten opeens niet verdraagzaam meer zijn.”

Dat Huizen in elk geval de huidige raadsperiode gevrijwaard blijft van koopzondagen, vindt de SGP-fractievoorzitter bijzonder. „Ook de vorige collegeperiodes was dit trouwens zo. Toen waren de politieke verhoudingen zelfs nog ongunstiger dan nu. Christenpolitici in Huizen ervaren dit als een zegen van onze goede God. Niet in alle situaties geeft het telraam de doorslag.”


„Opstelling college was onfatsoenlijk”

„Onaangenaam verrast” was raadslid J. W. Dirkse van de Barendrechtse ChristenUnie/SGP-fractie toen coalitiepartner VVD eind 2013 aankondigde een proef te willen met één koopzondag per maand. „Onze partij heeft er toen zowel voor als achter de schermen alles aan gedaan om de VVD op andere gedachten te brengen.”

Het bleek echter vechten tegen de bierkaai. De proef kwam, er en daar bleef het niet bij. Nadat er na de verkiezingen in maart 2014 een nieuw college was gevormd –zonder CDA en ChristenUnie/SGP– was een van de eerste wapenfeiten van de nieuwe coalitie het verruimen van de proef. Voortaan mogen woonboulevards elke zondag open.

„Wij hebben in de raadsvergadering naar voren gebracht dat dit onderwerp ons diep raakt”, zegt Dirkse. „Helaas bekroop me regelmatig het gevoel dat er geen inhoudelijk debat plaatshad. Het was alsof het college zei: Zo en zo gaan we het doen, los van wat jullie ervan vinden. Ik ben hier erg boos en verdrietig over geweest. Tegen het college heb ik gezegd dat ik zijn opstelling in deze belangrijke kwestie onfatsoenlijk vond.”

Ervaart Dirkse het zo dat er in Barendrecht vorig jaar echt een wissel is omgezet? Ten dele, zegt Dirkse. „Bij IKEA bijvoorbeeld zal het op zondag erg druk zijn, maar dat valt buiten het gezichtsveld van veel Barendrechters. Maar in het centrum, waar het nu eens per maand koopzondag is, zie je vrijwel niemand op straat. De supermarkt daar heeft dan ook al aangekondigd te stoppen met zondagsopenstelling.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer