Binnenland

Artsen niet meer beschikbaar voor toetsen euthanasieverzoek

APELDOORN. Twee huisartsen weigeren zich nog langer beschikbaar te stellen als consulent voor het toetsen van euthanasieverzoeken waarmee hun collega-artsen worden geconfronteerd.

Redactie binnenland
15 April 2014 11:42Gewijzigd op 15 November 2020 10:05
SGP-fractievoorzitter Van der Staaij stelt zich voor aan de woordvoerders van Uit Vrije Wil. Twee jaar geleden verdedigde de initiatiefgroep zijn voorstel voor het legaliseren van hulp bij zelfdoding in de Tweede Kamer. In de samenleving kreeg Uit Vrije W
SGP-fractievoorzitter Van der Staaij stelt zich voor aan de woordvoerders van Uit Vrije Wil. Twee jaar geleden verdedigde de initiatiefgroep zijn voorstel voor het legaliseren van hulp bij zelfdoding in de Tweede Kamer. In de samenleving kreeg Uit Vrije W

De twee treden dinsdagavond naar buiten met hun verhaal in het EO-programma Dit is de Dag Reportage. Het dagblad Trouw liet de twee vanochtend al aan het woord.

De artsen constateren dat de categorie patiënten die aangeven dat ze hun leven graag beëindigd willen zien, de laatste jaren aangrijpend is veranderd. „Vroeger had ik vaak te maken met mensen die al bijna overleden waren. Ik heb nu vaker te maken met mensen die niet terminaal zijn, met psychiatrische patiënten, dementerenden en mensen die levensmoe zijn”, zegt een van hen.

Druk

Boven op deze verbreding komt nog het gegeven dat de patiënt en/of zijn familie euthanasie steeds vaker als een recht wil opeisen. „Je wordt veel vaker dan vroeger onder druk gezet om ja te zeggen”, zegt de andere arts; gevolgd door: „Zo hoeft het van mij niet meer.”

Artsenorganisatie KNMG haastte zich vanochtend in Trouw te verklaren dat de door beide artsen gemaakte keuze uitzonderlijk is. „Het om deze reden stoppen met dit werk gebeurt in de praktijk zeer weinig”, zegt een woordvoerder in de krant.

Directeur Esmee Wiegman van de Nederlandse Patiënten Vereniging (NPV) noemt de verhalen van beide artsen zeer ingrijpend. „De uitzending maakt duidelijk dat er zich momenteel een tweedeling begint te voltrekken onder artsen die principieel niet tegen euthanasie zijn. In plaats van de klassieke tegenstelling tussen voor of tegen zie je eigenlijk een driedeling ontstaan: artsen die principieel tegen waren en blijven, artsen die niet principieel tegen zijn en zich ook niet roeren, én artsen die niet principieel tegen zijn, maar wel de vinger leggen bij de enorme verschuivingen in de euthanasiepraktijk.”

Tot deze verschuivingen rekent Wiegman onder meer het groeiend aantal ingewilligde euthanasieverzoeken in de psychiatrie. „Vrijwel alle meldingen daarover zijn door de toetsingscommissies als zorgvuldig beoordeeld. De normerende werking die van dergelijke beoordelingen uitgaat, baart mij zorgen. Het signaal richting psychiatrische patiënten is duidelijk: de dood is ook een optie, je hoeft er niet te zijn. Wat betekent dat voor suïcidale patiënten die in een gesprek met een arts hun doodswens op tafel leggen? Biedt de euthanasiewet hun nog wel de nodige rechtszekerheid?”

Dilemma’s

Of het signaal dat de twee artsen geven werkelijk zo uitzonderlijk is, is volgens Wiegman nog maar de vraag. „Het kan kloppen dat niet veel artsen openlijk met hun twijfels naar buiten treden. Maar hoe groot is de groep die in de praktijk te maken heeft met enorme dilemma’s, daarmee worstelt, maar erover zwijgt? Er kunnen heel wat blokkades zijn voor artsen om aan de bel te trekken. Denk alleen maar aan hun beroepsgeheim.”

Ommezwaai

Wiegman hoopt dat artsen die worstelen met de euthanasiepraktijk hun zorgen daarover kenbaar kunnen maken bij artsenorganisatie KNMG. De koers die de organisatie vaart, is haar echter niet helemaal duidelijk. „Toen de Levenseindekliniek in 2012 haar deuren opende, was de reactie van de KNMG afwijzend. Vorige maand kondigde de nieuwe KNMG-voorzitter Van der Gaag echter aan dat hij de samenwerking met de kliniek graag wil intensiveren. 
Hij deed dat tijdens een congres waar een onderzoek werd gepresenteerd over de ervaringen van arts-consulenten met de kliniek. Een van de bevindingen was dat een deel van deze consulenten de medewerkers van de kliniek soms ervaart als vooringenomen en dwingend. Dat aandachtspunt werd nauwelijks opgepakt tijdens het congres, ook niet door de KNMG.”

Dat de artsenorganisatie inmiddels geen voorstander meer lijkt te zijn van een externe beroepscommissie vindt Wiegman nog opmerkelijker. „Dat is echt een ommezwaai. Zo’n toezichthouder zou zich kunnen buigen over controversiële oordelen van de toetsingscommissies. Het gebeurt regelmatig dat deze commissies meldingen afdoen als zorgvuldig, terwijl daar grote vraagtekens bij worden geplaatst.”

Pleidooi

De christelijke fracties in de Tweede Kamer moeten voor zo’n commissie blijven pleiten, vindt Wiegman. „Ook niet-gewetens­bezwaarde artsen vinden dat de euthanasiepraktijk dreigt te ontsporen. Voor dat argument móét het kabinet gevoelig zijn.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer